ECLI:NL:RBOBR:2021:2559

Rechtbank Oost-Brabant

Datum uitspraak
1 juni 2021
Publicatiedatum
3 juni 2021
Zaaknummer
01/369692 / KG ZA 21-222
Instantie
Rechtbank Oost-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot nakoming distributieovereenkomst en geschil over contractsovername

In deze zaak heeft de vennootschap naar Spaans recht, I-Team Spain Cleaning S.L. (hierna: ITS), een kort geding aangespannen tegen de besloten vennootschap I-Team Professional B.V. (hierna: ITP) over de nakoming van een distributieovereenkomst. De procedure begon met een dagvaarding op 21 april 2021, gevolgd door een mondelinge behandeling op 17 mei 2021. ITS vorderde onder andere dat ITP zou worden verplicht om de leveringen van i-mop producten aan ITS te hervatten en dat ITP zich zou onthouden van directe verkoop aan derden in Spanje. De rechtbank heeft vastgesteld dat ITP niet de juiste partij is die gedagvaard is, omdat de rechten en verplichtingen uit de distributieovereenkomst niet zijn overgegaan op ITP. De voorzieningenrechter oordeelde dat er geen akte van contractsovername was en verklaarde ITS niet-ontvankelijk in haar vorderingen. Tevens werd ITS veroordeeld in de proceskosten van ITP, die zijn begroot op € 2.191,00. Dit vonnis is uitgesproken op 1 juni 2021 door mr. E. Loesberg.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK OOST-BRABANT

Civiel Recht
Zittingsplaats 's-Hertogenbosch
zaaknummer / rolnummer: C/01/369692 / KG ZA 21-222
Vonnis in kort geding van 1 juni 2021
in de zaak van
de vennootschap naar Spaans recht
I-TEAM SPAIN CLEANING S.L.,
gevestigd te (Girona) Spanje,
eiseres,
advocaat mr. M.H. Bressers te Barcelona Spanje,
tegen
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
I-TEAM PROFESSIONAL B.V.,
gevestigd te Eindhoven,
gedaagde,
advocaat mr. M.A.J. Kemps te Eindhoven.
Partijen zullen hierna ITS en ITP genoemd worden.

1.De procedure

1.1.
De procedure blijkt uit:
  • de dagvaarding van 21 april 2021 met 17 producties;
  • de brief van mr. Kemps van 12 mei 2021 met 10 producties;
  • de mondelinge behandeling op 17 mei 2021 die plaatsvond via Skype;
  • de pleitaantekeningen van ITS;
  • de pleitaantekeningen van ITP.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De feiten

2.1.
Gedaagde partij, ITP, maakt deel uit van een groep van vennootschappen waarvan i-Team Global B.V. aan het hoofd staat. Deze groep (‘i-Team Groep; ) houdt zich bezig met de ontwikkeling, productie en verkoop van geavanceerde schoonmaakmachines en schoonmaakoplossingen. De i-Team Groep is via distributiepartners actief in vijftig landen. Het succesvolste product van de i-Team Groep is de i-mop: een schrobzuigmachine.
2.2.
ITS heeft op 1 januari 2016 (toen nog geheten “Hefter Cleantech S.L.”) een distributieovereenkomst (i-partner agreement) gesloten met Future Cleaning Technologies B.V. (hierna te noemen: FCT) voor de exclusieve distributie in Spanje van schoonmaakmachines, in het bijzonder de i-mop. FCT is evenals ITP, een van de vennootschappen van de i-Team Groep.
2.3.
ITS heeft een verkoopnetwerk in Spanje opgezet voor de distributie van de i-mop producten.
2.4.
Volgens ITS zijn de rechten en verplichtingen uit de distributieovereenkomst tussen ITS en FCT omstreeks juli 2018 overgegaan op ITP.
2.5.
In de loop van 2020 hebben partijen besprekingen gevoerd over een andere wijze van distributie in Spanje om te komen tot een vergroting van het marktaandeel.
2.6.
Omstreeks september 2020 is het ITS duidelijk geworden dat ITP niet meer voornemens is om ITS, anders dan in de besprekingen van partijen is besproken, een grotere rol te geven in de het distributienetwerk in Spanje.
2.7.
Op 25 november 2020 ontvangt ITS een bericht van ITP dat de distributieovereenkomst is beëindigd (
As was communicated earlier we terminated the i-partner agreement with Hefter/i-team Spain Cleaning S.L.)”.
2.8.
Op 10 februari 2021 heeft ITP ITS medegedeeld dat de distributieovereenkomst is beëindigd en dat de beëindiging zou hebben plaatsgevonden op grond van het niet bereiken van “agreed targets”.
2.9.
Op 10 maart 2021 heeft de advocaat van ITS ITP gesommeerd de distributieovereenkomst na te komen.
2.10.
In reactie hierop heeft de advocaat van ITP op 12 maart 2021 ITS medegedeeld dat ITS inbreukmakende producten van het merk Miko uit China te koop heeft aangeboden die als slaafse nabootsing van de i-mop zijn aan te merken. Volgens ITP is dit een ernstige tekortkoming in de nakoming van de i-partner agreement. Voorzover de distributieovereenkomst niet zou zijn opgezegd, heeft de advocaat van ITP de overeenkomt met onmiddellijke ingang opgezegd zonder inachtneming van een opzegtermijn. Volgens ITP heeft zij dat kunnen doen op grond van artikel 4.2. van de distributieovereenkomst
(“The contract shall be terminable without notice, the termination taking effect immediately, where there is justifiable reason”). Voorts heeft de advocaat van ITP ITS medegedeeld dat voor zover FCT als contractspartij zou hebben te gelden, de overeenkomst namens deze vennootschap wordt opgezegd.
2.11.
ITS heeft zich hierna in de correspondentie tussen partijen op het standpunt gesteld dat zij geen inbreukmakende producten heeft verkocht.

3.Het geschil

3.1.
ITS vordert bij wijze van voorlopige voorziening en uitvoerbaar bij voorraad, verstrekt met dwangsommen en met veroordeling van ITS in de proceskosten en in de nakosten vermeerderd met de wettelijke rente– samengevat weergegeven –
Primair:
I. ITP te veroordelen de leveringen aan ITS van de i-mop producten en
bijbehorende accessoires en reserveonderdelen te hervatten overeenkomstig de
daartoe van ITS (te) ontvangen bestellingen en de distributieovereenkomst en alle andere in dat kader tussen partijen bestaande additionele afspraken (zoals de contributo-vergoedingen) na te komen en te blijven nakomen, totdat aan de distributieovereenkomst tussen partijen op rechtsgeldige wijze een einde is gekomen;
II. te bepalen dat ITP bij een eventuele opzegging van de distributieovereenkomst een opzegtermijn van minimaal één jaar in acht zal dienen te nemen, danwel een opzegtermijn met een duur die de rechtbank aangewezen acht;
III. ITP te verbieden de i-mop producten, bijbehorende accessoires, en reserveonderdelen rechtstreeks te verkopen of aan te bieden aan derden in Spanje, totdat aan de distributieovereenkomst tussen partijen op rechtsgeldige wijze een einde is gekomen, of ITP aantoont dat voldaan is aan de vereisten voor rechtstreekse verkoop als bedoeld in artikel 3.2 van de distributieovereenkomst tussen partijen;
IV. ITP te veroordelen om binnen 48 uur na betekening van dit vonnis alle op productie 2 bij deze dagvaarding genoemde partijen een bericht te sturen, waarin (uitsluitend) de volgende tekst zal zijn opgenomen:
“Dear Madam, Sir,
In compliance of a conviction imposed on US by district court of Oost-Brabant, location ‘s-Hertogenbosch, the Netherlands, of [datum vonnis], we hereby inform you that i-Team Spain Cleaning S.L. (
formerly known as Hefner) is still the exclusive distributor of the i-mop products in Spain. Any appointment of your company by us as a new distributor for the said products should therefore be considered null and void. Herewith we request you to immediately refrain from any actions as distributor of the said products, untill the relationship between us and I Team Spain Cleaning S.L. has ended. Should that happen, we will inform you
inmediately. We apologize for the inconvenience and confusion we may have caused.
Kind regards, The board of i-Team Professional B. V.”
(..)
Subsidiair
V. ITP te veroordelen aan ITS te betalen, als voorschot op de schadevergoeding wegens onregelmatige of onrechtmatige beëindiging van de distributieovereenkomst, een bedrag van € 285.916,58 althans subsidiair € 216.421,39;
VI. ITP te veroordelen aan ITS te betalen een bedrag van € 107.352,37, zijnde de waarde van de zich bij ITS bevindende en voor terugkoop in aanmerking komende voorraad i-mop producten, reserve-onderdelen en accessoires met bepaling dat ITS na ontvangst van het genoemde bedrag en de desbetreffende credit-facturen, binnen drie werkdagen op haar kosten dient zorg te dragen voor toezending van genoemde voorraad aan gedaagde;
Primair en subsidiair
VII. ITP te veroordelen om schriftelijk aan ITS opgave te doen van alle door ITP sedert 1 juli 2020 (al dan niet via een Spaanse vennootschap of andere gelieerde partijen) aan derden in Spanje rechtstreeks gedane verkopen onder meezending van de desbetreffende facturen;
VIII. ITP te veroordelen tot betaling aan ITS van een bedrag gelijk aan 10% van de omzet die zal blijken uit de in de vorige alinea bedoelde stukken;
IX. zich te onthouden van verdere mededelingen aan derden die de goede reputatie van
ITS of de heer [A] kunnen schaden, en binnen vijf werkdagen na betekening dit vonnis aan alle partijen die de hierboven geciteerde onjuiste mededeling hebben ontvangen
(“At this moment, the name iteam Spain is blocked by our former i-partner Hefter, Mr [A] . He was not allowed to use the name i-team Spain but did and registered it. We have tried to get this name back, but this will go via legal methods. “), althans in ieder geval aan alle onder IV van dit petitum genoemde partijen, per email een rectificatie te sturen met (uitsluitend) de volgende Engelse tekst:
“Dear Sir/Madam,
On Februari 10, 202] we sent you an email with the following paragraph: “At this moment, the name i-team Spain is blocked by our former i-partner Hefter, Mr [A] . He was not allowed to use the name i-team i-team Spain but did and registered it. We have tried to get this name back, but this will go via legal
methods.” That message contained several inaccuracies. By judgment of the court of Oost Brabant, location ‘s-Hertogenbosch, the Netherlands dated [date], we have been ordered to send you this recitfication. Therefore, we hereby inform you that i-Team Spain Cleaning S.L., formerly known as Hefner, and Mr. [A] , are indeed entitled to use the name “i-team” and registered the name in 2020 with our consent.”
Kind regards, The board of i-Team Professional B. V.”
met de verplichting van ITP om van alle emails en brieven gelijktijdig een kopie te sturen aan ITS (…).
3.2.
ITP voert gemotiveerd verweer.
3.3.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4.De beoordeling

Rechtsmacht en toepasselijk recht

4.1.
Omdat ITS in Spanje is gevestigd, rijst de vraag of de voorzieningenrechter rechtsmacht heeft en in het bevestigende geval welk recht op de verhouding van partijen van toepassing is.
4.2.
Hierna zal blijken dat de distributieovereenkomst tussen ITS en FCT niet door ITP is overgenomen en ITP niet gebonden is aan het tussen ITS en FCT overeengekomen arbitraal beding noch door de forumkeuze in de algemene voorwaarden die van toepassing zijn verklaard op de distributieovereenkomst tussen ITS en FCT. Vgl. [B] , Contractsoverneming, Diss. Nijmegen 2016, p. 173.
4.3.
Of de voorzieningenrechter rechtsmacht toekomt moet aan de hand van de Verordening (EG) 1215/2012 (hierna: herschikte EEX-Vo) worden beantwoord. De hoofdregel, neergelegd in artikel 4 herschikte EEX-Vo is dat zij die woonplaats hebben op het grondgebied van een lidstaat opgeroepen worden voor de gerechten van die lidstaat. ITP heeft woonplaats in Nederland. Gelet hierop heeft de Nederlandse voorzieningenrechter in deze zaak rechtsmacht.
4.4.
De vraag of ITP als rechtsopvolger van FCT moet worden beschouwd dient naar Nederlands internationaal privaatrecht te worden beantwoord aan de hand van Verordening (EG) nr. 593/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 17 juni 2008 inzake het recht dat van toepassing is op verbintenissen uit overeenkomst (hierna: Rome-I). Volgens artikel 3 lid 1 Rome-I wordt een overeenkomst beheerst door het recht dat partijen hebben gekozen. De distributieovereenkomst, waarvan ITS stelt dat deze door ITP is overgenomen, bevat een keuze voor het Nederlandse recht (artikel 5.1 van de distributieovereenkomst). Dat betekent dat op de verhouding tussen ITS en FCT Nederlands recht van toepassing is. Omdat ITP en FCT in Nederland zijn gevestigd, is op de rechtsverhouding tussen hen Nederlands recht van toepassing. Contractsovername is niet met zoveel woorden in Rome-I geregeld. Aansluiting kan evenwel worden gezocht bij art. 14 lid 2 van Rome-I met betrekking tot cessie. Vgl. Hoge Raad 24 oktober 2003, JOR 2004/33 (Lambrecht/Paardekooper & Hoffman). Dit leidt ertoe dat de vraag of de distributieovereenkomst met ITS door ITP van FCT is overgenomen, moet worden beantwoorden door het Nederlandse recht.
Is de juiste (contract(partij) gedagvaard?
4.5.
Als meest verstrekkende verweer heeft ITP zich op het standpunt gesteld dat, anders dan ITS stelt, de rechten en verplichtingen uit hoofde van deze overeenkomst niet zijn overgegaan op ITP. FCT (een zustervennootschap van ITP) is nog steeds partij bij de distributieovereenkomst, reden waarom van ITP geen nakoming kan worden gevorderd, aldus ITP. Dienaangaande overweegt de voorzieningenrechter als volgt.
4.6.
Op grond van artikel 6:159 lid 1 BW is voor de overeenkomst tussen de overdragende partij (FCT) en de overnemende partij (ITP) een akte vereist is. Gesteld noch gebleken van een dergelijke akte. Van contractsoverneming kan dan dus geen sprake zijn.
4.7.
Nu ITS niet de juiste partij in dit geding heeft betrokken, dient zij niet-ontvankelijk in haar vorderingen te worden verklaard.
4.8.
Gelet hierop komt de voorzieningenrechter niet toe aan een inhoudelijke beoordeling van het geschil. Al hetgeen partijen hebben aangevoerd kan daarom onbesproken blijven.
4.9.
Omdat ITS niet ontvankelijk in haar vorderingen zal worden verklaard zal zij in de proceskosten worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van ITP worden begroot op:
- griffierecht € 667,00
- overige kosten 0,00
- salaris advocaat
1.524,00
Totaal € 2.191,00

5.De beslissing

De voorzieningenrechter
5.1.
verklaart ITS niet-ontvankelijk in haar vorderingen,
5.2.
veroordeelt ITS in de proceskosten, aan de zijde van ITP tot op heden begroot op € 2.191,00,
5.3.
verklaart dit vonnis wat betreft de kostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. E. Loesberg en in het openbaar uitgesproken op 1 juni 2021.