Uitspraak
RECHTBANK OOST-BRABANT
1.De procedure
- de dagvaarding van 5 juli 2021 met 25 producties
- de conclusie van antwoord met 15 producties
- de mondelinge behandeling van 19 augustus 2021 die vanwege de coronamaatregelen via Skype heeft plaatsgevonden
- de pleitnota van CNU
- de pleitnota van Berkley.
2.De feiten
De bank stelt zich onherroepelijk garant jegens de crediteur voor de betaling
De bank verbindt zich op eerste schriftelijk verzoek van de crediteur, onder gelijktijdige overlegging van:
een afschrift van een beslissing van een Nederlandse rechter met betrekking tot de vordering, gewezen in een procedure tussen de crediteur en de debiteur, vergezeld van een verklaring van een in Nederland ingeschreven advocaat dat de wettelijke termijn, voor zover van toepassing, voor verzet, hoger beroep of cassatie is verstreken en dat voor zover hem bekend tegen die beslissing niet binnen die termijn hoger beroep of cassatie is ingesteld, dan wel bij verstekvonnis dat niet binnen zes weken na betekening van dat vonnis aan de bank verzet is gedaan; of
een origineel afschrift van een arbitraal vonnis met betrekking tot de vordering gewezen in een procedure tussen de crediteur en de debiteur; of
een door partijen gewaarmerkt afschrift van een akte, houdende een minnelijke regeling tussen de crediteur en de debiteur met betrekking tot de vordering,
Ingeval van faillissement van de debiteur of het van toepassing verklaren van een wettelijke schuldsaneringsregeling op de debiteur ……. aan de crediteur voldoen hetgeen de crediteur schriftelijk verklaart terzake van de vordering opeisbaar van de debiteur te vorderen te hebben, tenzij……
3.Het geschil
4.De beoordeling
1.524,00