Uitspraak
RECHTBANK OOST-BRABANT
1.De procedure
- de dagvaarding van 31 augustus 2021 met 2 producties
- de conclusie van antwoord met één productie
- de mondelinge behandeling via Skype op 7 september 2021.
Rechtbank Oost-Brabant
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Oost-Brabant op 7 september 2021 uitspraak gedaan in een kort geding waarin de man vervangende toestemming vorderde om zijn minderjarige dochter mee te nemen naar Polen voor zijn bruiloft. De man en de vrouw, die een affectieve relatie hebben gehad, hebben gezamenlijk het ouderlijk gezag over hun dochter, die op dat moment vijf jaar oud was. De vrouw weigerde toestemming te geven voor de reis, omdat zij vond dat het niet in het belang van de minderjarige was. De man had de vrouw verzocht om toestemming voor de periode van 13 tot en met 20 september 2021, maar de vrouw had gegronde redenen om deze toestemming te weigeren. De voorzieningenrechter heeft in zijn beoordeling het belang van de minderjarige vooropgesteld en geconcludeerd dat de reis naar Polen niet in haar belang was, gezien het feit dat zij al anderhalf jaar geen contact meer had gehad met haar vader en de overgang naar een week met hem en zijn nieuwe partner in het buitenland te groot zou zijn. De voorzieningenrechter heeft de vordering van de man afgewezen en de proceskosten gecompenseerd, zodat iedere partij de eigen kosten draagt.