In deze zaak, behandeld door de kantonrechter van de Rechtbank Oost-Brabant, betreft het een deelgeschil in het kader van letselschade. De verzoekers, bestaande uit de heer [eiser sub 1], mevrouw [eiser sub 2], en hun zoons [eiser sub 3] en [eiser sub 4], hebben Dura Vermeer Bouw Zuid B.V. aangesproken na een brand in hun nieuwbouwwoning, die was veroorzaakt door een ondeugdelijke installatie van zonnepanelen. De verzoekers stellen dat de brand hen een traumatische ervaring heeft bezorgd en eisen een immateriële schadevergoeding van € 7.500,- per persoon op basis van artikel 6:106 lid 1 sub b BW.
De kantonrechter heeft echter geoordeeld dat de deelgeschilprocedure niet geschikt is voor deze zaak, omdat de verzoekers het gehele geschil ter beoordeling voorleggen. De deelgeschilprocedure is bedoeld voor het oplossen van specifieke geschilpunten die kunnen bijdragen aan een minnelijke regeling, maar in dit geval is er sprake van een alomvattend geschil dat niet in een deelgeschil kan worden behandeld. De kantonrechter heeft daarom de verzoeken van de eisers afgewezen, met de overweging dat het gebruik van de deelgeschilprocedure voor dit doel niet is toegestaan.
De beschikking is op 8 oktober 2021 openbaar uitgesproken, waarbij de kantonrechter de verzoeken van de eisers afwees, en de kosten van de procedure niet verder zijn beoordeeld omdat de verzoeken zich niet lenen voor een deelgeschilprocedure.