Uitspraak
RECHTBANK OOST-BRABANT
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 17 december 2021 in de zaak tussen
[eiseres] , te [woonplaats] , eiseres,
de Belastingdienst/Toeslagen, verweerder,
Inleiding
Procesverloop
Overwegingen
- Eiseres heeft twee kinderen. Zij kreeg in 2018 voor beide kinderen kinderbijslag.
- Op 27 december 2018 heeft de Belastingdienst/Toeslagen aan eiseres een voorschot kindgebonden budget voor het jaar 2019 verleend van € 2.925,00.
- De oudste dochter is in september 2019 HBO-onderwijs gaan volgen.
- Op 28 november 2019 heeft de Sociale Verzekeringsbank (SVB) aan de Belastingdienst/ Toeslagen gemeld dat eiseres vanaf 1 oktober 2019 geen recht op kinderbijslag meer heeft voor haar oudste dochter.
- Daarna heeft de Belastingdienst/Toeslagen het voorschot kindgebonden budget van eiseres voor het vierde kwartaal van 2019 aangepast en geen budget meer toegekend voor de oudste dochter.
- De oudste dochter is in februari 2020 18 jaar oud geworden. Eiseres heeft voor haar oudste dochter over het eerste kwartaal van 2020 weer wel kinderbijslag gekregen.
- Wanneer heb je een recht op een kindgebonden budget?
- Wie moet dit onderzoeken, de Belastingdienst/Toeslagen of de SVB?
Om kindgebonden budget te krijgen, moeten u en uw eventuele toeslagpartner aan de volgende voorwaarden voldoen:
in belangrijke mate onderhouden”. Op de website staat: “
Uw kind in belangrijke mate onderhouden betekent dat u meebetaalt aan het levensonderhoud van uw kind zoals voor zijn eten en kleding. De Sociale verzekeringsbank controleert of u uw kind in belangrijke mate onderhoudt en geeft dit aan ons door.” Daarna wordt aangegeven wat het normbedrag is: “
U onderhoudt uw kind in belangrijke mate als u per kwartaal minimaal € 433,00 (norm in 2021) bijdraagt aan het levensonderhoud.” In 2019 was dit bedrag € 425,00.
online verschijnen ter zitting, met een waarde per punt van € 748,00 en een wegingsfactor 1). Omdat de rechtbank het beroep van eiseres gegrond verklaart, moet de Belastingdienst/Toeslagen het griffierecht aan eiseres vergoeden.
- verklaart het beroep gegrond;
- vernietigt het bestreden besluit;
- draagt de Belastingdienst/Toeslagen op binnen vier weken na de dag van verzending van deze uitspraak een nieuw besluit te nemen met inachtneming van deze uitspraak;
- draagt de Belastingdienst/Toeslagen op het betaalde griffierecht van € 48,00 aan eiseres te vergoeden;
- veroordeelt de Belastingdienst/Toeslagen in de proceskosten van eiseres tot een bedrag van € 1.496,00.