In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Oost-Brabant op 8 september 2022 uitspraak gedaan over een verzoek om voorlopige voorziening van verzoeker, die eigenaar is van een woning in Veldhoven. De zaak betreft een last onder dwangsom die door het college van burgemeester en wethouders van Veldhoven is opgelegd in verband met de huisvesting van arbeidsmigranten. De voorzieningenrechter heeft de last onder dwangsom geschorst, maar onder voorwaarden. De voorzieningenrechter oordeelt dat verzoeker toezicht moet houden op de arbeidsmigranten en dat er geen nieuwe arbeidsmigranten in de woning mogen worden gehuisvest. De schorsing van het bestreden besluit blijft van kracht tot twee weken na de beslissing op bezwaar, mits aan de voorwaarden wordt voldaan. Indien niet aan de voorwaarden wordt voldaan, vervalt de voorlopige voorziening en kan verzoeker een dwangsom verbeuren. De voorzieningenrechter heeft ook bepaald dat verweerder het griffierecht en de proceskosten aan verzoeker moet vergoeden. De uitspraak is gedaan in het kader van bestuursrecht en omgevingsrecht, waarbij de voorzieningenrechter rekening heeft gehouden met de illegale situatie van de huisvesting van arbeidsmigranten en de noodzaak om overlast voor omwonenden te voorkomen. De uitspraak is openbaar uitgesproken en er staat geen hoger beroep of verzet open.