Uitspraak
RECHTBANK OOST-BRABANT
[verdachte] ,
De tenlastelegging.
De formele voorvragen.
De bewijsvraag.
De bewezenverklaring.
De strafbaarheid van het feit en de verdachte.
Oplegging van straf en/of maatregel.
Ambtshalve opleggen schadevergoedingsmaatregel.
Toepasselijke wetsartikelen.
DE UITSPRAAK
gevangenisstrafvoor de duur van
15 maandenmet aftrek overeenkomstig artikel 27 van het Wetboek van Strafrecht, waarvan
6 maanden voorwaardelijken een proeftijd van 2 jaren. Voorwaarde is, dat de veroordeelde zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig zal maken aan een strafbaar feit.
maatregel tot schadevergoeding,bestaande uit de verplichting om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer [slachtoffer 3] , ter zake van de bewezen verklaarde feit en 1 en 3 op de tenlastelegging met parketnummer 01.402.956.24, een bedrag te betalen van
1.000,00 euro als vergoeding voor materiële schade,vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 19 december 2024 tot aan de dag der algehele voldoening, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
20 dagen hechtenis, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.