Uitspraak
RECHTBANK Oost-Brabant
[bedrijfsnaam gedaagde],
1.[gedaagde in de hoofdzaak en eiser in de incidenten 1] V.O.F.,
2.
[gedaagde in de hoofdzaak en eiser in de incidenten 2],
3.
[gedaagde in de hoofdzaak en eiser in de incidenten 3] B.V.,
1.De procedure
2.De beoordeling in beide incidenten
kan hebben(en niet:
heeft) is geen reden om de vordering tot vrijwaring niet toe te wijzen. In dit stadium, waarin slechts een zeer summier oordeel plaatsvindt over de stellingen aangaande de plicht tot vrijwaring (alleen bij evident onjuiste stellingen wordt de vrijwaring afgewezen), behoefde de aannemer niet meer aan zijn vordering tot vrijwaring ten grondslag te leggen.
3.De beslissing
woensdag 30 juli 2025,
woensdag 13 augustus 2025voor conclusie van antwoord,