Uitspraak
RECHTBANK Oost-Brabant
1.De procedure
- de conclusie van antwoord met producties 1-10,
- de brief waarin is meegedeeld dat een mondelinge behandeling is bepaald,
2.De feiten
3.Het geschil en de beoordeling
huurdersvan DWD. Met betrekking tot de kosten van deskundige bijstand herhaalt DWD juist – en terecht, zo vindt de rechtbank – dat daarover wel afspraken zijn gemaakt.
- de presentatie van de plannen voor de sanering (prod. 7 dagv.)
- het saneringsplan (prod. 11 dagv.)
- de uitwerking van het saneringsplan (prod. 15 dagv.)
- e-mail van Signify van 3 december 2021 (prod. 10 dagv.)
aanlegfase. Dat heeft met oplevering niets te maken. Daarna moet de sanering nog doorgaan. Onder het kopje ‘Hinder’ staat daarom dat vanaf 4 juli 2022 de procescontainers op het Lichtplein aanwezig zullen zijn. De
beoogdestandtijd van de opstelling van de procesinstallatie Lichtplein/Witte Dame is 4 maanden, van juli tot en met oktober 2022. De rechtbank is het met Signify eens dat hierin geen harde datum voor oplevering van het terrein (waar Tres Tapas haar terras wilde exploiteren) is te lezen. Ook het saneringsplan biedt geen steun voor de stelling van DWD. Zij verwijst naar paragraaf 5.6. Daarin staat echter ook niet meer dan dat de aanlegfase van de sanering in de periode maart tot en met juli 2022 zal plaatsvinden. Verder staat er alleen een
globaleplanning in. Niet valt in te zien waarom daar rechten aan zouden kunnen worden ontleend. Ook het document dat DWD betitelt als het uitwerkingsplan (de Notitie Beoordeling effecten saneringsmaatregelen op gebouw Witte Dame Eindhoven) bevat geen harde einddatum met betrekking tot de oplevering. Gelet op het vorenstaande slaagt het verweer van Signify dat zij nooit een (expliciete) toezegging heeft gedaan met betrekking tot de termijn waarbinnen de saneringswerkzaamheden zouden zijn afgerond en wanneer de installaties zouden worden verwijderd. Dat Signify in haar e-mail van 3 december 2021 schrijft dat zij de sanering conform het saneringsplan zal uitvoeren leidt, in het licht van wat de rechtbank hiervoor over onder meer dat saneringsplan heeft overwogen, niet tot een ander oordeel. Alleen al daarom zal de vordering wegens huurderving worden afgewezen. Voor een andere conclusie zou een tekortkoming van Signify nodig zijn in haar algemene (impliciete) verplichting om binnen redelijke grenzen voortvarend te handelen als professionele saneerder; over een dergelijke tekortkoming is niets gesteld. De rechtbank meldt tot slot dat enkele stellingen van DWD over het gestelde causaal verband vragen oproepen: was het bij in de ogen van DWD onberispelijk handelen gelukt om te verhuren vanaf het gestelde tijdstip voor de gestelde huurprijs? Maar het is niet nodig om hier verder op in te gaan, omdat het verweer van Signify zoals hiervoor gemeld slaagt.