Uitspraak
1.De procedure
3.Het geschil
4.De beoordeling
‘nog openstaande facturen van de huur in 2020 kwijt te schelden, betreft de maanden juni, november en december 2021’.Dat achter de opsomming van de maanden het jaartal 2021 is opgenomen is volgens [eiser] een typefout. Dat had volgens hem ook 2020 moeten zijn. Volgens de Parochie is de eerste vermelding van 2020 juist een typefout en moet daar worden gelezen ‘nog openstaande facturen van de huur in
2021kwijt te schelden’.
de achterstallige huren van 2021’ wel nog moet betalen. Als de lezing van de Parochie zou worden gevolgd, zouden deze twee uitlatingen die in de brief direct op elkaar volgen haaks tegenover elkaar staan: eerst worden de openstaande huurtermijnen van 2021 kwijtgescholden en meteen daarna moeten de openstaande facturen van 2021 nog wel betaald worden. Deze uitleg kan niet standhouden. De kantonrechter volgt daarom de uitleg van de brief van [eiser] en gaat er daarom van uit dat bedoeld is dat de verschenen huurtermijnen over 2020 - en die per 8 oktober 2021 nog niet door [eiser] waren betaald - door de Parochie zijn kwijtgescholden.