ECLI:NL:RBOBR:2025:5297
Rechtbank Oost-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid beroep inzake WOZ-beschikking door gebrek aan bewijs van erfrecht
In deze zaak heeft eiseres beroep ingesteld tegen de WOZ-beschikking van de heffingsambtenaar van de gemeente Son en Breugel, die de waarde van haar woning op € 434.000 heeft vastgesteld. Eiseres, als erfgenaam, heeft echter geen verklaring van erfrecht overgelegd, waardoor de rechtbank niet kon vaststellen dat zij tot de kring van beroepsgerechtigden behoort. De rechtbank heeft op 22 augustus 2025 geoordeeld dat het beroep niet-ontvankelijk is, omdat eiseres niet kon aantonen dat zij gerechtigd was om beroep in te stellen. De rechtbank heeft daarbij benadrukt dat de heffingsambtenaar een zelfstandige onderzoeksverplichting heeft en dat het feit dat de heffingsambtenaar eiseres als beroepsgerechtigde heeft beschouwd, niet voldoende is om het beroep ontvankelijk te verklaren. Eiseres krijgt geen griffierecht terug en ook geen vergoeding van proceskosten. De uitspraak is openbaar gemaakt en partijen zijn geïnformeerd over de mogelijkheid tot hoger beroep.