Uitspraak
RECHTBANK OOST-BRABANT
uitspraak van de meervoudige kamer van 25 augustus 2025 in de zaak tussen
[eiseres], uit [vestigingsplaats], eiseres
de minister van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur, de minister
Samenvatting
Procesverloop
Beoordeling door de rechtbank
.Op grond van artikel 5:41 van de Awb legt het bestuursorgaan geen bestuurlijke boete op voor zover de overtreding niet aan de overtreder kan worden verweten. Het bestuursorgaan mag verwijtbaarheid voor de overtreding veronderstellen als daderschap vaststaat, mits tegenbewijs mogelijk is. Met de overtreding door eiseres van artikel 14 van de Msw heeft de minister ook mogen veronderstellen dat eiseres deze overtreding verweten kan worden. De vervolgvraag is of eiseres erin geslaagd is om tegenbewijs te leveren [7] .
dierlijkemeststoffen genomen monster zoals de norm voorschrijft. De norm richt zich, anders dan eiseres stelt, ook tot eiseres als intermediaire onderneming. Ten aanzien van de stelling dat zij geen fosfaatkunstmest heeft toegevoegd, wijst de rechtbank op haar overwegingen met betrekking tot gestelde afwezigheid van alle schuld die hier ook onverkort gelden. De minister was dus bevoegd om eiseres voor overtreding van artikel 77, eerste lid, van de Urm een boete op te leggen.