Uitspraak
RECHTBANK OOST-BRABANT
[verdachte] ,
De tenlastelegging.
1) al dan niet met anderen cocaïne heeft ingevoerd;
2) al dan niet met anderen een geldbedrag of geldbedragen heeft witgewassen en daar een gewoonte van heeft gemaakt;
3) een hoeveelheid cocaïne aanwezig heeft gehad;
4) al dan niet met anderen cocaïne heeft verkocht en afgeleverd en
5) al dan niet met anderen strafbare voorbereidings- en/of bevorderingshandelingen van Opiumwetdelicten heeft gepleegd.
Geldigheid van de dagvaarding.
De rechtbank stelt vast dat in de tenlastelegging van feit 2 staat dat “
(een) hoeveelheid/hoeveelheden (contant) geld”is/zijn witgewassen. Om welk(e) bedrag(en) het zou gaan, wordt niet nader gespecificeerd.
In de tenlastelegging zijn daarnaast alle mogelijke witwashandelingen weergegeven die artikel 420bis Wetboek van Strafrecht noemt. Een verfeitelijking van deze witwashandelingen ontbreekt.
Uit de verschillende zaakdossiers, in het bijzonder het onder de tekst van de tenlastelegging opgenomen ZD04, noch uit het aanvullende proces-verbaal met financiële bevindingen valt naar het oordeel van de rechtbank eenduidig af te leiden op welk(e) geldbedrag(en) en welke witwashandelingen in verband daarmee specifiek wordt gedoeld.
Door deze algemene bewoordingen is het voor de verdachte onduidelijk waartegen hij zich moet verdedigen, waardoor de tenlastelegging niet voldoet aan de vereisten uit artikel 261 Wetboek van Strafvordering. De rechtbank zal de dagvaarding ten aanzien van feit 2 nietig verklaren.
De overige formele voorvragen.
Bewijs.
Naar aanleiding van deze informatie werd opsporingsonderzoek Tijgerlelie gestart. Het onderzoek waar de onderhavige zaak een uitvloeisel van is.
Tevens bleek dat zij gebruik hadden gemaakt van een andere cryptocommunicatiedienst; te weten Sky ECC. Ook deze data werden, via onderzoek Argus (ADRAA20126), aan onderzoek Tijgerlelie ter beschikking gesteld.
- Volkswagen Sharan met kenteken [kenteken] (taxi) tot 27-04-2023;
- Volkswagen Sharan met kenteken [kenteken] (taxi) vanaf 31-03-2023.
invoervan cocaïne. Of de verdachte zich in de periode van 20 mei 2023 tot en met 22 juli 2023 schuldig heeft gemaakt aan – kort gezegd – de handel in cocaïne in Nederland, zal de rechtbank bij de bespreking van feit 4 beoordelen. Evenals de officier van justitie en de verdediging acht de rechtbank niet wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte zich heeft schuldig gemaakt aan de invoer van cocaïne in Nederland.
De inhoud van de OVC-gesprekken die in ZD04 zijn opgenomen, zijn naar het oordeel van de rechtbank onvoldoende concreet om tot het wettig en overtuigend bewijs van de invoer van cocaïne te kunnen oordelen. Het zou hier inderdaad om ‘grootspraak’ kunnen gaan, maar dergelijke gesprekken kunnen ook worden gevoerd door iemand die betrokken is bij de handel in cocaïne in Nederland, maar die geen rol heeft gespeeld bij de invoer daarvan. De rechtbank zal de verdachte van feit 1 vrijspreken.
Over de telefoon die op het hoofdbord van het bed lag (telefoon 2) heeft hij verklaard dat dit zijn privételefoon was.
Nadat hij zich in eerste instantie op het standpunt had gesteld dat de overige telefoons niet door hem waren gebruikt, heeft de verdachte op vragen van de rechtbank over telefoon 4 ter zitting van 1 september 2025 verklaard dat deze telefoon, gelet op het e-mailadres van de Apple ID, een oude privételefoon van hem was.
Apparaatnaam iPhone
De data op deze telefoon werd veiliggesteld en inzichtelijk gemaakt. Uit onderzoek aan de inhoud van deze telefoon bleek het volgende:
De data op deze telefoon werd veiliggesteld en inzichtelijk gemaakt. Uit onderzoek aan de inhoud van deze telefoon bleek onder andere het volgende:
Apple ID: [e-mailadres 1]
Phone Model: iPhone 7 (A1778)
Device Name: iPhone
IMEI: [IMEI-nummer]
Last Used MSISDN: [MSISDN]
MSISDN: + [MSISDN]
Passcode: [pincode 2]
Snapchat: username: [gebruikersnaam] / accountname: [gebruikersnaam]
Apparaat naam iPhone
Apple ID [mailadres]
IMEI [IMEI-nummer]
Last used MSISDN [telefoonnummer 4]
MSISDN [MSISDN]
WhatsApp [telefoonnummer 4] , gebruikersnaam: [gebruikersnaam]
Apple ID [e-mailadres 3]
Last user ICCID [ICCID ]
IMEI [IMEI-nummer]
MSISDN [MSISDN]
Passcode [pincode 1]
Last Used MSISDN [telefoonnummer 5]
WhatsApp [telefoonnummer 5] , gebruikersnaam: [gebruikersnaam]
De data op deze telefoon werd veiliggesteld en inzichtelijk gemaakt. Uit onderzoek aan de inhoud van deze telefoon bleek het volgende:
Apparaatnaam: iPhone
- Apple ID: [mailadres]
- IMEI: [IMEI-nummer]
- Last used MSISDN: [telefoonnummer 6]
- MSISDN: [MSISDN]
- WhatsApp: [telefoonnummer 6] , naam: [gebruikersnaam]
- Pincode: [pincode 1]
Gelet op de verklaring van de verdachte zal de rechtbank de telefoon en het belastende berichtenverkeer gevoerd in de periode 16 februari 2023 tot en met 12 mei 2024 aan de verdachte toeschrijven.
Bovendien komt het e-mailadres van de Apple ID van telefoon 5 ( [mailadres] ) terug in een notitie op telefoon 4 (de oude privételefoon van de verdachte). Deze notitie is aangemaakt op 1 juli 2020 en voor het laatst gewijzigd op 27 december 2021. Daarbij valt op dat op die datum van 27 december 2021 vanaf telefoon 5 het eerste WhatsApp bericht wordt verstuurd waarin onder meer staat
“Beste dames en heren, Ik wou eventjes doorgeven dat ik een nieuwe nummer heb groetjes [gebruikersnaam] !!”Uit het gegeven dat de notitie op 27 december 2021 is gewijzigd op de privételefoon van de verdachte (telefoon 4) en op diezelfde datum het betreffende bericht vanaf telefoon 5 wordt verstuurd, leidt de rechtbank af dat telefoon 5 vanaf het begin af aan door de verdachte is gebruikt.
Boli: Boliviaanse cocaïne (p. 109)
Peru’s: cocaïne (p. 109)
Kratje: aanduiding voor een bepaalde hoeveelheid (p. 9)
Pils: aanduiding voor een bepaalde hoeveelheid (p. 123)
Sos: cocaïne (p. 150)
Brokjes: cocaïne (p. 174)
Wit: cocaïne (p. 181)
Verbalisanten hebben onderzoeksbevindingen in samenvattende vorm weergegeven in een relaas van bevindingen met bijbehorende verwijzingen naar de onderliggende brondocumenten. De rechtbank heeft de samenvattende onderzoeksbevindingen van de verbalisanten gecontroleerd aan de hand van onderliggende brondocumenten en heeft hierin geen noemenswaardige verschillen geconstateerd. De rechtbank verenigt zich met de inhoud van het relaas van bevindingen. De rechtbank neemt uit praktische overwegingen en om de leesbaarheid van de bewijsmiddelen te bevorderen, in voorkomend geval de samenvattende weergave van de bewijsmiddelen als uitgangspunt en volstaat in die gevallen met de vermelding en vindplaats van het relaas van bevindingen, waarin vervolgens de vindplaats is opgenomen van de onderliggende brondocumenten.
De bewezenverklaring.
De strafbaarheid van de feiten.
De strafbaarheid van de verdachte.
Oplegging van straffen.
In de omstandigheid dat de verdachte niet eerder voor Opiumwet-delicten is veroordeeld, ziet de rechtbank nog ruimte om de gevangenisstraf voor een gedeelte voorwaardelijk op te leggen. Dit om de verdachte ervan te weerhouden opnieuw strafbare feiten te plegen.
Beslag.
Toepasselijke wetsartikelen.
DE UITSPRAAK
De rechtbank:
gevangenisstrafvoor de duur van
36 maandenmet aftrek overeenkomstig artikel 27 Wetboek van Strafrecht waarvan
12 maanden voorwaardelijk en een proeftijd van 3 jaren.
verbeurdverklaringvan de in beslag genomen goederen, te weten:
een geldbedrag van € 260,-;
een geldbedrag van € 265,-;
een geldbedrag van € 800,-;
een geldbedrag van € 4.300,-;
een geldbedrag van € 170,-;
een geldbedrag van € 350,-;
een geldbedrag van € 100,-;
een geldbedrag van € 10.020,-;
de teruggavevan het in beslag genomen goed, 1 stk autobus [kenteken] , Volkswagen, vermeld op de lijst van in beslag genomen voorwerpen aan de beslagene, zijnde de verdachte.