ECLI:NL:RBOBR:2025:7146

Rechtbank Oost-Brabant

Datum uitspraak
4 november 2025
Publicatiedatum
4 november 2025
Zaaknummer
11808117 \ EJ VERZ 25-426
Instantie
Rechtbank Oost-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontslag op staande voet wegens heimelijk werkzaamheden uitvoeren voor een andere onderneming tijdens ziekte

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Oost-Brabant op 4 november 2025 uitspraak gedaan in een geschil tussen [verzoeker] en ASML NETHERLANDS B.V. [verzoeker] was sinds 3 oktober 2022 in dienst bij ASML en meldde zich op 9 december 2024 ziek. Tijdens zijn ziekte heeft ASML signalen ontvangen dat hij nevenwerkzaamheden verrichtte voor een ander bedrijf, [bedrijfsnaam]. Na een intern onderzoek en een surveillance door een extern bureau, werd [verzoeker] op 17 juni 2025 op staande voet ontslagen. Hij verzocht de kantonrechter om het ontslag te vernietigen, maar de kantonrechter oordeelde dat het ontslag rechtsgeldig was. De kantonrechter concludeerde dat [verzoeker] zonder toestemming van ASML werkzaamheden had verricht voor een andere onderneming, wat in strijd was met zijn arbeidsovereenkomst. De kantonrechter wees ook het verzoek van ASML om [verzoeker] te veroordelen tot betaling van onderzoekskosten toe. De proceskosten werden voor rekening van [verzoeker] gesteld, omdat ASML overwegend ongelijk kreeg in het verzoek.

Uitspraak

RECHTBANKOOST-BRABANT
Civiel recht
Kantonrechter
Zittingsplaats Eindhoven
Zaaknummer / rekestnummer: 11808117 \ EJ VERZ 25-426
Beschikking van 4 november 2025
in de zaak van
[verzoeker],
wonende te [woonplaats] ,
verzoekende partij,
verwerende partij in het tegenverzoek,
hierna te noemen: [verzoeker] ,
gemachtigde: mr. E.G. Hoorn,
tegen
ASML NETHERLANDS B.V.,
statutair gevestigd en kantoorhoudende te Veldhoven,
verwerende partij,
verzoekende partij in het tegenverzoek,
hierna te noemen: ASML,
gemachtigde: mr. C.P. van den Eijnden.
De zaak in het kort
[verzoeker] vindt dat ASML hem ten onrechte op staande voet heeft ontslagen. Hij verzoekt om vernietiging van het ontslag op staande voet. De kantonrechter wijst het verzoekt af, omdat het ontslag (rechts)geldig is. ASML verzoekt in het tegenverzoek om [verzoeker] te veroordelen tot vergoeding van de onderzoekskosten. De kantonrechter wijst het tegen-verzoek toe. Hieronder wordt toegelicht hoe de kantonrechter tot dit oordeel is gekomen.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het verzoekschrift met producties 1 tot en met 11 en 13;
- het verweerschrift, met een (voorwaardelijk) tegenverzoek, met producties 1 tot en met 4;
- het e-mailbericht van [verzoeker] van 25 september 2025, met productie 12;
- de mondelinge behandeling van 7 oktober 2025, waarvan door de griffier aantekeningen zijn gemaakt.
1.2.
De mondelinge behandeling heeft plaatsgevonden op 7 oktober 2025. [verzoeker] is verschenen, vergezeld door zijn vader en zijn partner en bijgestaan door zijn gemachtigde mr. Hoorn. Namens ASML zijn verschenen de heer [A] (HR Business Partner) en mevrouw [B] (HR), bijgestaan door hun gemachtigde mr. C.P. van den Eijnden.
Mr. Van den Eijnden heeft spreekaantekeningen overgelegd en voorgedragen. Van wat besproken is op de mondelinge behandeling zijn door de griffier aantekeningen gemaakt
1.3.
De beschikking is bepaald op vandaag.

2.De feiten

2.1.
[verzoeker] , geboren [geboortedatum] 1997, is sinds 3 oktober 2022 in dienst bij ASML. De functie van [verzoeker] is Assembler 3 met een loon van € 5.056,42 bruto per maand.
2.2.
Per 9 december 2024 is [verzoeker] arbeidsongeschikt wegens ziekte. Er is sprake van symptomen van een burn-out en/of depressie. Op advies van de bedrijfsarts is [verzoeker] onder behandeling bij een psycholoog (HSK).
2.3.
[verzoeker] is gestart met re-integreren. In het advies van de bedrijfsarts van 11 juni 2025 (week 24) is het volgende opgenomen:
What are the limitation and possibilities?
Employee reported sick due to a medical situation and has attempted to start re-integration with 1x2h thus far.
The limitations in energy, personal (concentration, memory) and social functioning (emotion regulation, dealing with emotional problems of others and conflicts) are still present and have only slightly improved. I believe that re-integration and activation are needed to help improve rhythm and structure to enhance recovery.
I advise to maintain the evaluation moments with manager every 2 weeks to assess what is helpful and what needs to be adjusted. The goal of re-integration at this point in recovery is to build routine and structure in fitting re-integration tasks (no deadlines, no peak load, no end responsibility, possibility for frequent microbreaks, avoiding conflicts and tasks with leadership aspects). A practical tip to support employee in remembering agreements is to write these down together.
If offering routine and tasks that match these conditions is not possible, I advise to consider involving HR to find an alternative department re-integration.
I advise the following schedule as a guideline.
w25: 3x2h
w26-27:4x2h
w28-29: 4x3h
w30-31: 4x4h
w32-33: 4x5h
w34-35: 4x6h
etc”
2.4.
Begin juni 2025 heeft ASML signalen ontvangen dat [verzoeker] tijdens zijn arbeidsongeschiktheid elders aan het werk is. ASML heeft het interne CRE Security onderzoek laten verrichten, een zogenaamd “Open-Source Intelligence Investigation (OSINT)”. Het doel van dit onderzoek is om vast te stellen of er informatie is in openbare bronnen waaruit blijkt dat [verzoeker] nevenwerkzaamheden verricht.
Uit het rapport dat door CRE Security is opgemaakt (productie 10 bij verzoekschrift) volgt dat het (privé) telefoonnummer van [verzoeker] gekoppeld is aan “ [bedrijfsnaam] ”, een auto
service/schoonmaakbedrijf. Zowel in de bedrijfsinformatie op Google.nl als op diverse Social Media accounts wordt naar het telefoonnummer van [verzoeker] verwezen bij de contactgegevens van het bedrijf. Tevens is [verzoeker] zelf, althans zijn armen en handen met daarop zijn tatoeage, zichtbaar in een video waarin hij werkzaamheden verricht voor [bedrijfsnaam] .
2.5.
ASML heeft vervolgens aan onderzoeksbureau Security & Investigation Group B.V. (verder te noemen: SIG) opdracht gegeven om een surveillance onderzoek uit te voeren. Op 12 juni 2025 heeft de surveillance plaatsgevonden. SIG heeft een rapport opgesteld (productie 6 bij verzoekschrift). Uit dit rapport volgt dat [verzoeker] op 12 juni 2025 de gehele dag aanwezig was op de locatie van [bedrijfsnaam] , dat hij contact heeft gehad met (meerdere) klanten van [bedrijfsnaam] en dat hij zichtbaar werkzaamheden heeft uitgevoerd aan (meerdere) auto’s.
2.6.
[verzoeker] is door ASML uitgenodigd voor een gesprek op 17 juni 2025. Tijdens dit gesprek is [verzoeker] geconfronteerd met de bevindingen van SIG.
2.7.
[verzoeker] is op 17 juni 2025 op staande voet ontslagen. In de ontslagbrief van die datum is, onder andere, het volgende vermeld:
“Wij, dhr. [A] (HR Business partner) en [C] (onderzoeker namens SIG), hebben u vandaag, 17 juni 2025, geconfronteerd met de bevindingen omtrent het verrichten van
werkzaamheden voor een derde partij ( [bedrijfsnaam] ) zonder toestemming van, en terwijl u zich ziekgemeld heeft bij, ASML.
Op 9 december 2024 heeft u zich ziek gemeld bij ASML, en gedurende een lange periode heeft u niet gewerkt / kunnen werken. Sinds week 22 (26-30 mei 2025) bent u gestart met re-integratie-werkzaamheden voor (ongeveer) 4 uur per week.
Begin juni ontvingen wij meerdere anonieme meldingen over het feit dat u naast uw werk bij ASML werkzaam zou zijn voor een auto wrapping en/of auto reparatie bedrijf. Gezien de zorgwekkende berichten, hebben wij uitvoerig onderzoek gedaan naar de situatie.
Op basis van de uitkomsten van het onderzoek kunnen we het volgende concluderen:
  • Uw prive-telefoon nummer ( [telefoonnummer] ) is gekoppeld aan het bedrijf [bedrijfsnaam] . Zowel in de bedrijfsinformatie op Google.nl als op de facebookpagina “ [bedrijfsnaam] ” wordt naar uw telefoonnummer verwezen onder de contactgegevens van het bedrijf. Daarnaast wordt er op het Tiktok account van dit bedrijf (@ [bedrijfsnaam] ) verwezen naar uw telefoonnummer. Zo staat er in een post van 17 mei 2025 “Wil jij jouw auto ook weer in de staat krijgen als hoe jij de auto hebt gekocht? Maak dan nu een afspraak via DM of bel: [telefoonnummer] ”.
  • Indien contact wordt opgenomen met dit telefoonnummer dan bent u ook degene die de telefoon aanneemt.
  • Het Instagram account van [bedrijfsnaam] ( [bedrijfsnaam] ) toont meerdere video’s waarop u (gedeeltelijk) te zien bent (geweest) terwijl u werkt aan een auto. Bijvoorbeeld op het dagelijkse verhaal van 5 Juni 2025 is te zien hoe een auto wordt schoongemaakt. De tatoeage op de hand/pols van de persoon die dit aan het doen is, komt overeen met uw tatoeage. Daarnaast is (een deel van) deze zelfde tatoeage te zien op een video die geplaatst is op 3 juni 2025.
  • In zowel uw oorspronkelijke arbeidsovereenkomst (d.d. 8 augustus 2022), als uw
contractverlenging (d.d. 10 augustus 2023) is nadrukkelijk opgenomen dat het uitvoeren van nevenwerkzaamheden alleen is toegestaan met toestemming van werkgever. Deze toestemming heeft u nooit gevraagd noch gekregen.
  • Op 11 juni 2025 vond uw meest recente consult met de bedrijfsarts plaats. Op basis van uw input heeft de bedrijfsarts het volgende vastgesteld: “The limitations in energy, personal (concentration, memory) and social functioning are still present and have only slightly improved.”.
  • Op basis van bovenstaande informatie heeft ASML vanuit zorgvuldigheid een
onderzoeksbureau gevraagd om een observatie onderzoek uit te voeren, dat plaatsvond op donderdag 12 juni 2025.
  • Op 16 juni 2025 ontving ASML het onderzoeksrapport. Hieruit blijkt dat u op 12 juni 2025 (voor het grootste gedeelte van de werkdag) aanwezig was op locatie van [bedrijfsnaam] .
  • U heeft gedurende deze (hele) werkdag contact gehad met (meerdere) klanten van [bedrijfsnaam] alsook zichtbaar werkzaamheden uitgevoerd aan (meerdere) auto's.
Tijdens het gesprek op 17 juni 2025 hebben we u met bovenstaande bevindingen geconfronteerd, en u de gelegenheid gegeven om hierop te reageren. In eerste instantie gaf u aan dat u gedurende de dag probeert actief te blijven, door bijvoorbeeld te wandelen of boodschappen te doen. Dit laatste lukt ook vaak niet, gezien uw energetische beperkingen. U gaf aan dat het bedrijf [bedrijfsnaam] van uw vader is, en deze onderneming sinds ongeveer 2 maanden actief is. U heeft uw vader geholpen bij het uitzoeken van een locatie, maar verder belast hij u niet met de onderneming gezien uw ziekte. Later gaf u aan dat u wel eens langs gaat als uw energie goed is, maar nooit werkzaamheden uitvoert. Uw telefoonnummer zou gekoppeld zijn aan het bedrijf omdat uw vader slecht Nederlands zou spreken, echter geeft u aan niet open te staan voor telefoontjes van mensen die u niet kent. U bevestigde meerde keren dat u nooit werkzaamheden uitvoert, en ook geen auto's poetst. Nadat we u confronteerde met de beelden op social media van 3 juni 2025 gaf u toe deze video (toevallig wel) gemaakt te hebben, maar bleef u volhouden geen werkzaamheden uit te oefenen. Nadat we u confronteerde met het onderzoek dat plaatsvond op 12 juni 2025 erkende u die dag aanwezig te zijn geweest bij [bedrijfsnaam] . U gaf aan alleen af en toe auto’s droog te maken. In uw ogen kan dit niet gezien worden als werkzaamheden omdat u hier geen verdiensten aan over houdt.
Het is duidelijk dat u dit verhaal geleidelijk verandert naarmate we u met meer feiten confronteerden. Hieruit moeten wij ook concluderen dat uw verhaal onbetrouwbaar is. Tijdens het gesprek toonde u geen enkel teken van berouw of spijt, maar u blijft steeds met nieuwe excuses komen. U heeft met bovengenoemde toevoegingen niet het vertrouwen kunnen herstellen.
Door zonder toestemming van ASML nevenwerkzaamheden te verrichten, heeft u in strijd gehandeld met uw arbeidsovereenkomst. Bovendien heeft u, terwijl u zich ziek heeft gemeld bij ASML (en (volledige) loondoorbetaling ontvangt), werkzaamheden verricht voor een andere onderneming. Dit terwijl op basis van uw meest recente input bij de bedrijfsarts nog werd geconcludeerd dat uw limitaties in energie, persoonlijk en sociaal functioneren slechts licht zijn verbeterd, en u vanaf deze week slechts in staat zou zijn tot het verrichten van arbeid voor 3x 2 uur per week.
Door werkzaamheden te verrichten voor een andere onderneming, terwijl u aan onze bedrijfsarts aangeeft niet in staat te zijn werkzaamheden te verrichten, kunnen wij ons niet aan de indruk onttrekken dat u doelbewust heeft getracht de bedrijfsarts een verkeerde voorstelling van zaken te geven. Hiermee hebt u in strijd gehandeld met de ethische normen en waarden zoals die zijn omschreven in onze Code of Conduct.
Binnen onze organisatie is vertrouwen, voor ASML als werkgever, in u als persoon een essentieel vereiste. Dat vertrouwen kunnen wij u niet meer geven. Uw gedrag wordt door ASML beschouwd als ernstig verwijtbaar. Dit heeft ertoe geleid dat wij geen mogelijkheid meer zien om de arbeidsrelatie te laten voortduren.
Wij hebben naar aanleiding van het voorgaande uitvoerig intern overleg gevoerd en zijn van
mening dat we u in uw positie niet kunnen handhaven. Daarom heeft ASML, op basis van dit gesprek en de gepresenteerde feiten, besloten uw dienstverband met onmiddellijke ingang te beëindigen.
De hiervoor genoemde omstandigheden vormen zowel in objectieve als in subjectieve zin een dringende reden voor een ontslag op staande voet. Er is geen vertrouwen meer in uw persoon en uw functioneren binnen onze organisatie. De hiervoor genoemde feiten vormen ieder afzonderlijk, evenals in combinatie met één dan wel enkele van de andere redenen, een
dringende reden voor ontslag op staande voet.”
2.8.
[verzoeker] heeft zich verzet tegen het ontslag op staande voet.

3.Het verzoek, het verweer en het tegenverzoek

3.1.
[verzoeker] verzoekt de kantonrechter
primairhet ontslag op staande voet te vernietigen en ASML te veroordelen tot betaling van loon.
Subsidiairverzoekt hij ASML te veroordelen tot betaling aan hem van een vergoeding wegens onregelmatige opzegging van € 5.056,42 bruto, een transitievergoeding van € 5.309,14 bruto en een billijke vergoeding van € 70.585,06 bruto, te vermeerderen van de wettelijke rente over alle voorgaande bedragen. Zowel
primair als subsidiairmet veroordeling van ASML in de proceskosten.
3.2.
[verzoeker] legt aan zijn verzoeken ten grondslag – kort gezegd – dat hij ten onrechte op staande voet is ontslagen. Hij stelt daartoe dat er geen sprake is van onverwijldheid, noch van een dringende reden. De opzegging dient te worden vernietigd en ASML dient het salaris van [verzoeker] door te betalen.
Subsidiair, in het geval vernietiging niet plaatsvindt, dan is ASML schadeplichtig aan [verzoeker] uit hoofde van onregelmatige opzegging. ASML is dan ook aan [verzoeker] een transitievergoeding en billijke vergoeding verschuldigd.
3.3.
ASML voert verweer en stelt dat het verzoek moet worden afgewezen. ASML voert ‑ samengevat ‑ aan dat zij [verzoeker] op goede gronden en met inachtneming van de geldende regels op staande voet ontslagen heeft. Op het verweer wordt hieronder verder ingegaan.

4.Het (voorwaardelijk) tegenverzoek en het verweer

4.1.
ASML verzoekt [verzoeker] te veroordelen tot betaling aan ASML van € 3.473,36 ter zake de onderzoekskosten van SIG, vermeerderd met de wettelijke rente en de proceskosten.
4.2.
ASML legt aan dit verzoek ten grondslag – kort gezegd – dat zij SIG heeft ingeschakeld om vast te stellen dat [verzoeker] tijdens zijn arbeidsongeschiktheid, zonder toestemming of melding vooraf, ergens anders aan het werk is, waarmee hij het nevenwerkzaamhedenbeding in zijn arbeidsovereenkomst en de Code of Conduct van ASML heeft geschonden. Daarmee is de dringende reden, en dus de aansprakelijkheid en schade in de zin van artikel 6:96 lid 2 onder b BW vast komen staan. Redelijke kosten ter vaststelling van schade en aansprakelijkheid komen voor vergoeding in aanmerking.
De kosten van SIG zijn inzichtelijk en gespecificeerd en komen daarom voor toewijzing in aanmerking.
4.3.
Daarnaast verzoekt ASML de arbeidsovereenkomst met [verzoeker] voorwaardelijk
– indien die niet tot een rechtsgeldig einde is gekomen – op zo kort mogelijke termijn te ontbinden,
primairvanwege (ernstig) verwijtbaar handelen,
subsidiairvanwege een verstoorde arbeidsverhouding en
meer subsidiairvanwege een combinatie van omstandigheden. Een en ander met veroordeling van [verzoeker] in de proceskosten.
4.4.
[verzoeker] voert verweer en stelt dat de verzoeken van ASML moeten worden afgewezen. Op het verweer wordt hieronder verder ingegaan.

5.De beoordeling van het verzoek

5.1.
In de kern genomen ziet het geschil tussen partijen op de vraag of [verzoeker] rechtsgeldig op staande voet heeft ontslagen.
Juridisch kader
5.2.
Bij de beoordeling wordt het volgende vooropgesteld. Omdat het ontslag op staande voet een uiterste middel is, stelt de wet daaraan strenge eisen. Deze zijn terug te vinden in artikel 7:677 lid 1 BW: de opzegging moet onverwijld zijn en vergezeld gaan van mededeling van de reden voor ontslag, die bovendien als dringende reden moet gelden.
Onverwijlde opzegging
5.3.
Het standpunt van [verzoeker] dat de opzegging niet onverwijld heeft plaatsgevonden, wordt verworpen. Voor het antwoord op de vraag of een ontslag op staande voet al dan niet onverwijld is gegeven, is beslissend het tijdstip waarop de dringende reden van dat ontslag ter kennis is gekomen van degene die bevoegd was het ontslag te verlenen. De eis van onverwijldheid laat ruimte voor de werkgever om onderzoek te doen naar de juistheid van het vermoeden, om deskundig (juridisch) advies in te winnen of om het tot ontslag bevoegde orgaan bijeen te roepen alvorens tot ontslagaanzegging over te gaan. Wel moet steeds met de nodige voortvarendheid worden gehandeld.
ASML heeft toegelicht dat zij eerst een intern onderzoek op basis van openbare bronnen heeft uitgevoerd. Omdat op basis van dat onderzoek niet onomstotelijk kon worden vastgesteld of [verzoeker] ook daadwerkelijk aan het werk was voor [bedrijfsnaam] , is daarna opdracht gegeven aan SIG om een surveillance onderzoek te doen. Het rapport van SIG is gedateerd op 16 juni 2025, dat is het moment waarop zij op de hoogte was van de dringende reden, aldus ASML. De volgende dag, 17 juni 2025 heeft zij wederhoor gepleegd en [verzoeker] vervolgens onverwijld ontslagen.
Nu op ASML de verplichting rust om zorgvuldig te handelen en gelet op de omschreven gang van zaken, heeft zij voldoende voortvarend gehandeld. Het interne onderzoek zag enkel op onderzoek van openbare bronnen. Dat ASML voordat zij overging tot een ontslag op staande voet eerst ook nog een surveillance onderzoek wenste te verrichten, is zorgvuldig en staat niet aan een onverwijld ontslag in de weg. Dat de heer [A] ten tijde van het ontslag niet in het bezit was van een getekende arbeidsovereenkomst, maakt dat niet anders. Niet valt in te zien waarin dit invloed zou hebben op de onverwijldheid.
Onbevoegd ontslag
5.4.
[verzoeker] stelt dat het ontslag onbevoegd is verleend en om die reden niet rechtsgeldig is, omdat onduidelijk is of de heer [A] die bevoegdheid had. ASML heeft zowel in het verweerschrift als op zitting bevestigd dat [A] bevoegd is tot het verlenen van ontslag. De kantonrechter volgt [verzoeker] niet in zijn stelling dat het delegatiebesluit overgelegd dient te worden, nu in ieder heeft te gelden dat – voor zover [A] niet bevoegd zou zijn – het ontslag door bevoegde functionarissen is bekrachtigd door in deze procedure te verschijnen en verweer te voeren.
Dringende reden
5.5.
Naast een onverwijlde opzegging moet sprake zijn van een dringende reden. Op grond van artikel 7:678 lid 1 BW worden als dringende redenen in de zin van artikel 7:677 lid 1 BW beschouwd, zodanige daden, eigenschappen of gedragingen van de werknemer die tot gevolg hebben dat van de werkgever redelijkerwijs niet kan worden gevergd de arbeidsovereenkomst te laten voortduren. Een dringende reden zal onder andere aanwezig geacht kunnen worden wanneer de werknemer grovelijk de plichten veronachtzaamt, welke de arbeidsovereenkomst hem oplegt (artikel 7:678 lid 2 onder k BW).
5.6.
Bij de beoordeling van de rechtsgeldigheid van een ontslag op staande voet moeten alle omstandigheden van het geval, in onderling verband en samenhang bezien, in aanmerking worden genomen. Hierbij moeten de aard en ernst van de aangevoerde dringende reden worden afgewogen tegen de door de werknemer aangevoerde persoonlijke omstandigheden. Relevant daarbij zijn aard en duur van de dienstbetrekking, de wijze waarop de werknemer zijn werk heeft vervuld en ook de persoonlijke omstandigheden van de werknemer. Ook als de gevolgen van een ontslag op staande voet ingrijpend zijn, kan een afweging van de persoonlijke omstandigheden tegen aard en ernst van de dringende reden tot de slotsom leiden dat onmiddellijke beëindiging van de arbeidsovereenkomst was gerechtvaardigd.
Er is sprake van een dringende reden
5.7.
De reden voor het ontslag op staande voet die ASML in de brief van 17 juni 2025 geeft, is – kort gezegd – dat [verzoeker] tijdens ziekte heimelijk werkzaamheden voor een andere onderneming heeft uitgevoerd, terwijl hij aan de bedrijfsarts had aangegeven niet in staat te zijn werkzaamheden te verrichten. Deze nevenwerkzaamheden heeft [verzoeker] zonder toestemming van ASML verricht, in strijd met het nevenwerkzaamhedenbeding in zijn arbeidsovereenkomst.
5.8.
[verzoeker] verzoekt de rapporten van CRE Security en SIG niet toe te laten als bewijs. De kantonrechter ziet daar geen aanleiding voor. ASML heeft gemotiveerd betwist dat een onderzoeksprotocol toegepast had moeten worden, dat sprake is van strijd met de AVG of dat de rapporten om een andere reden niet toegelaten kunnen worden.
5.9.
Tegen de achtergrond van voornoemd toetsingskader is de kantonrechter van oordeel dat het ontslag op staande voet in de gegeven situatie terecht is gegeven. Voor dit oordeel is het volgende redengevend
5.10.
[verzoeker] heeft zich met ingang van 9 december 2024 ziekgemeld en tot mei 2025 was het voor hem niet mogelijk om te re-integreren. Naar aanleiding van het spreekuur van 2 mei 2025 heeft de bedrijfsarts een voorzichtige start met re-integratie geadviseerd van 2x 2 uur per week en een opbouw naar 3 en 4x 2 uur per week. Op 11 juni 2025 is het [verzoeker] slechts gelukt 1x 2 uur per week te re-integreren. Uit het verslag van de bedrijfsarts van die datum blijkt dat de beperkingen op het gebied van energie, persoonlijk functioneren (concentratie, geheugen) en sociaal functioneren (emotieregulatie, omgaan met emotionele problemen van anderen en conflicten) nog steeds aanwezig zijn en zijn slechts licht verbeterd. Desondanks blijkt uit de rapporten van CRE Security en SIG dat [verzoeker] in die periode intensief betrokken is geweest bij het opstarten van de nieuwe onderneming van zijn vader, [bedrijfsnaam] :
  • Zijn telefoonnummer is gekoppeld aan [bedrijfsnaam] . Zowel in de bedrijfsinformatie op google.nl als op diverse Social Media accounts wordt zijn nummer vermeld en worden potentiële klanten uitgenodigd dit nummer te bellen. [verzoeker] heeft de telefoon ook beantwoord wanneer hij gebeld werd. Pas nadat [verzoeker] met deze bevindingen werd geconfronteerd, is zijn telefoonnummer verwijderd. De verklaring van [verzoeker] dat zijn telefoonnummer gekoppeld was in verband met verificatie bij het aanmaken van de Social Media accounts wordt niet geloofwaardig geacht. Zijn telefoonnummer wordt immers ook actief gepromoot in het geval potentiële klanten willen bellen.
  • Op het Instagramaccount van [bedrijfsnaam] zijn op verschillende data video’s geplaatst van iemand die een auto aan het schoonmaken is, met een tatoeage op de hand/pols. Deze tatoeage komt overeen met de tatoeage van [verzoeker] . [verzoeker] betwist niet dat hij degene op deze videpo’s is en hij erkent video’s gemaakt te hebben ter promotie van het bedrijf van zijn vader.
  • Uit de observatie die heeft plaatsgevonden op 12 juni 2025 – één dag na zijn bezoek aan de bedrijfsarts – volgt dat [verzoeker] de hele dag op het bedrijf van zijn vader aanwezig was, contact had met klanten en werkzaamheden heeft uitgevoerd aan auto’s.
5.11.
Toen [verzoeker] op 17 juni 2025 door ASML met de bevindingen uit het rapport werd geconfronteerd, gaf hij aan dat hij probeerde actief te blijven door te wandelen of boodschappen te doen, maar dat dit laatste ook vaak niet lukt gezien zijn energetische beperkingen. De hierboven geschetste mate van betrokkenheid rijmt niet met wat [verzoeker] over zijn (on)mogelijkheden voor re-integratie en zijn energetische beperkingen tegen de bedrijfsarts en ASML heeft verklaard.
5.12.
Het uitvoeren van de hierboven omschreven activiteiten buiten de werkgever om terwijl de werknemer zich feitelijk dient bezig te houden met re-integratie bij de werkgever, is ontoelaatbaar. Niet van belang is of deze werkzaamheden betaald of op vrijwillige basis werden verricht. Dit handelen is naar het oordeel van de kantonrechter een vorm van bedrog en zo ernstig van aard dat dit kwalificeert als een dringende reden voor het gegeven ontslag op staande voet. Het is voor ASLM van groot belang dat zij haar medewerkers volledig kan vertrouwen. Een medewerker die tijdens arbeidsongeschiktheid heimelijk elders werkzaamheden verricht verspeelt dat vertrouwen, zeker als ook nog eens bij een eerste confrontatie met de feiten door hem daarover wordt gelogen.
Daar komt nog bij dat in de arbeidsovereenkomst van [verzoeker] een nevenwerkzaamheden beding is opgenomen, dat kort gezegd inhoudt dat hij zonder toestemming van ASML geen werkzaamheden voor derden zal uitvoeren, al dan niet betaald.
5.13.
Dat [verzoeker] arbeidsongeschikt is en dat de gevolgen van een ontslag op staande voet zeer ingrijpend zijn, legt, gezien de aard en ernst van de feiten die de dringende reden vormen, onvoldoende gewicht in de schaal om tot een ander oordeel te komen. Hetgeen [verzoeker] verder nog heeft aangevoerd, kan evenmin tot een ander oordeel leiden.
5.14.
Het voorgaande leidt tot de conclusie dat het verzoek van [verzoeker] tot vernietiging van het ontslag op staande voet wordt afgewezen, omdat het ontslag rechtsgeldig is.
Billijke vergoeding, vergoeding wegens onregelmatige opzegging en transitievergoeding
5.15.
Het verzoek van [verzoeker] tot toekenning van een billijke vergoeding wordt afgewezen, omdat het ontslag rechtsgeldig is.
5.16.
Uit de rechtsgeldigheid van het ontslag op staande voet volgt tevens dat van een onregelmatig ontslag geen sprake is, zodat de door [verzoeker] gevorderde schadevergoeding op basis van onregelmatige opzegging evenmin toewijsbaar is.
5.17.
Het verzoek om ASML te veroordelen tot betaling van een transitievergoeding wordt eveneens afgewezen. Indien het eindigen van de arbeidsovereenkomst het gevolg is van ernstig verwijtbaar handelen of nalaten van de werknemer, is geen transitievergoeding verschuldigd. Hierboven is geoordeeld dat het ontslag op staande voet terecht is gegeven, omdat daarvoor een dringende reden aanwezig was. Weliswaar valt een dringende reden niet zonder meer samen met ernstig verwijtbaar handelen of nalaten van de werknemer, maar in dit geval leveren de feiten en omstandigheden die de dringende reden vormen ook een dergelijke ernstige verwijtbaarheid op. Immers, [verzoeker] is tijdens vrijwel volledige arbeidsongeschiktheid, waarbij het nauwelijks mogelijk is om re-integratiewerkzaamheden uit te voeren voor ASML, wel betrokken bij (het opzetten van) een andere onderneming.
Proceskosten
5.18.
De proceskosten komen voor rekening van [verzoeker] , omdat ASML overwegend ongelijk krijgt en sprake is van (ernstig) verwijtbaar handelen of nalaten van [verzoeker] . De proceskosten aan de zijde van ASML worden begroot op € 949,00 (€ 814,00 aan salaris gemachtigde en € 135,00 aan nakosten), plus de kosten van betekening zoals vermeld in de beslissing.
5.19.
De gevorderde wettelijke rente over de proceskosten wordt toegewezen zoals vermeld in de beslissing.

6.De beoordeling van het tegenverzoek

6.1.
Op het verzoek van ASML om de arbeidsovereenkomst te ontbinden, hoeft niet te worden beslist. De voorwaarde waaronder ASML dat verzoek heeft gedaan, is namelijk niet vervuld. Hiervoor is immers beslist dat het ontslag op staande voet niet wordt vernietigd.
6.2.
ASML heeft ook verzocht om [verzoeker] te veroordelen tot betalen van de kosten voor het onderzoek van SIG.
6.3.
Vast staat dat ASML onderzoek heeft laten verrichten door SIG. Onderbouwd is gesteld dat SIG voor haar werkzaamheden € 3.479,36 bij ASML in rekening heeft gebracht. De hoogte van dit bedrag is niet betwist. ASML wil vergoeding van deze kosten. Op de voet van artikel 6:96 lid 2, aanhef en onder b, BW komen deze kosten voor vergoeding in aanmerking. Daarom wordt [verzoeker] veroordeeld tot betaling aan ASML van € 3.479,36 aan onderzoekskosten.
6.4.
[verzoeker] wordt als de in het ongelijk gestelde partij veroordeeld in de proceskosten. Nu ASML in het kader van het tegenverzoek geen extra kosten heeft hoeven maken, worden deze proceskosten begroot op nihil.

7.De beslissing

De kantonrechter
op het verzoek
7.1.
wijst het verzoek af
7.2.
veroordeelt [verzoeker] in de proceskosten van € 949,00, te betalen binnen veertien dagen na aanschrijving daartoe, te vermeerderen met de kosten van betekening als [verzoeker] niet tijdig aan de veroordeling voldoet en de beschikking daarna wordt betekend,
7.3.
veroordeelt [verzoeker] tot betaling van de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW over de proceskosten als deze niet binnen veertien dagen na aanschrijving zijn betaald,
7.4.
verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad [1] ,
op het tegenverzoek
7.5.
veroordeelt [verzoeker] tot betaling aan ASML van een bedrag ad € 3.479,36 ter zake de onderzoekskosten van SIG, vermeerderd met de wettelijke rente over dat bedrag vanaf 26 september 2025 tot de dag der algehele voldoening;
7.6.
veroordeelt [verzoeker] in de proceskosten, die de kantonrechter aan de kant van ASML tot en met vandaag vaststelt op nihil;
7.7.
verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad1,
7.8.
wijst af het meer of anders verzochte.
Deze beschikking is gegeven door mr. J.T.G. Roovers en in het openbaar uitgesproken op 4 november 2025.

Voetnoten

1.Uitvoerbaar bij voorraad betekent dat de veroordelingen in de beschikking uitgevoerd moeten worden, ook als eventueel in hoger beroep wordt gegaan.