Uitspraak
RECHTBANK OOST-BRABANT
[verdachte] ,
De tenlastelegging.
De formele voorvragen.
Bewijs.
De bewijsoverwegingen.
‘lokken naar de woning van [slachtoffer] ’. [slachtoffer] heeft wisselend verklaard over het eerste contactmoment met [verdachte] en [medeverdachte] . Voor dit onderdeel van de tenlastelegging biedt de verklaring van [slachtoffer] onvoldoende aanknopingspunten en is er geen ander bewijs. Gelet hierop spreekt de rechtbank verdachte partieel vrij van het
‘lokken naar de woning van [slachtoffer] ’.
De bewezenverklaring.
De strafbaarheid van de feiten.
Oplegging van straf en maatregel.
- een gevangenisstraf voor de duur van 24 maanden, met aftrek van het voorarrest overeenkomstig artikel 27 Sr;
- een contactverbod met aangever [slachtoffer] op grond van artikel 38v Sr, voor de duur van vijf jaren, dadelijk uitvoerbaar en bij iedere overtreding een hechtenis van zeven dagen met een maximum van zes maanden.
De vordering van de benadeelde partij [slachtoffer] .
Toepasselijke wetsartikelen.
DE UITSPRAAK
gevangenisstrafvoor de duur van
18 maandenmet aftrek overeenkomstig artikel 27 Wetboek van Strafrecht.
5 jaren, bestaande uit een
contactverbod, inhoudende dat veroordeelde gedurende 5 jaren op geen enkele wijze - direct of indirect - contact zal opnemen, zoeken of hebben met het slachtoffer [slachtoffer] , geboren op [geboortedatum 2] 1998 te [geboorteplaats 2] .