ECLI:NL:RBOBR:2025:7568
Rechtbank Oost-Brabant
- Wraking
- Rechtspraak.nl
Wraking van de rechters na einduitspraak in huurovereenkomstzaak
In de zaak met procedurenummer 11869771 CV EXPL 25-656 is verzoeker gedaagde in een huurovereenkomst. De mondelinge behandeling vond plaats op 8 oktober 2025, waarna de rechter, mr. E.C. Zandman, het onderzoek sloot en uitspraak deed op 22 oktober 2025. Op 10 oktober 2025 diende verzoeker een wrakingsverzoek in tegen mr. Zandman, dat op 28 oktober 2025 door de wrakingskamer kennelijk ongegrond werd verklaard (WR 25/027).
Vervolgens diende verzoeker op 30 oktober 2025 een nieuw wrakingsverzoek in, met een aanvullende toelichting op 4 november 2025. De wrakingskamer, bestaande uit mrs. H.M.H. de Koning, M.E. Bartels en M. de Vries, heeft op 13 november 2025 de beslissing genomen dat verzoeker niet-ontvankelijk is in zijn verzoek. De wet staat geen wraking van een rechterlijk college toe na het geven van een eindbeslissing, wat in deze zaak op 28 oktober 2025 is gebeurd.
De rechtbank verklaart verzoeker kennelijk niet-ontvankelijk in het verzoek tot wraking. Deze beslissing is openbaar uitgesproken op 13 november 2025, en tegen deze beslissing staat geen rechtsmiddel open.