ECLI:NL:RBONE:2013:BZ0451

Rechtbank Oost-Nederland

Datum uitspraak
16 januari 2013
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
231521
Instantie
Rechtbank Oost-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • F.M.Th. Quaadvliet
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Contractuele geschil tussen Docky en Golf en Country Club Edda Huzid over de nakoming van een overeenkomst voor een personeelsfeest

In deze zaak vorderde Docky, de personeelsvereniging van VvAA groep BV, een bedrag van € 50.000,- van Golf en Country Club Edda Huzid wegens het niet nakomen van een overeenkomst voor de organisatie van een personeelsfeest. De overeenkomst was gesloten op 12 juli 2011, waarbij Docky een bedrag van € 99.973,25 had betaald voor het feest dat op 9 juni 2012 zou plaatsvinden. Golf en Country Club Edda Huzid stelde dat de overeenkomst niet met hen was gesloten, maar met de inmiddels gefailleerde Restaurant en Partycentrum Edda Huzid B.V. De rechtbank diende te beoordelen wie de contractspartner van Docky was en of de onduidelijkheid over de contractuele relatie voor rekening van Golf en Country Club Edda Huzid kwam.

De rechtbank oordeelde dat de onduidelijkheid over de contractpartner voor rekening van Golf en Country Club Edda Huzid kwam, omdat Docky gerechtvaardigd had mogen vertrouwen dat zij met hen contracteerde. De rechtbank wees de vordering van Docky toe en veroordeelde Golf en Country Club Edda Huzid tot betaling van het gevorderde bedrag, vermeerderd met wettelijke rente. Daarnaast werd Golf en Country Club Edda Huzid veroordeeld in de proceskosten en de beslagkosten. De rechtbank concludeerde dat de overeenkomst niet nakwam en dat Docky recht had op terugbetaling van het vooruitbetaalde bedrag, ongeacht dat dit bedrag op rekening van de andere vennootschap was betaald.

De uitspraak benadrukt het belang van duidelijke communicatie en contractuele afspraken tussen partijen, vooral in situaties waar meerdere entiteiten betrokken zijn die onder een vergelijkbare naam opereren. De rechtbank wees ook op de noodzaak voor partijen om helderheid te verschaffen over hun rol en verantwoordelijkheden in contractuele relaties.

Uitspraak

vonnis
RECHTBANK OOST-NEDERLAND
Team kanton en handelsrecht
Zittingsplaats Arnhem
zaaknummer / rolnummer: C/05/231512 / HA ZA 12-448
Vonnis van 16 januari 2013
in de zaak van
de vereniging met volledige rechtsbevoegdheid
DOCKY,
gevestigd te Utrecht,
eiseres in conventie,
verweerster in voorwaardelijke reconventie,
advocaat mr. N. Overeem te ‘s-Gravenhage,
tegen
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
GOLF EN COUNTRY CLUB EDDA HUZID B.V.,
gevestigd te Voorthuizen,
gedaagde in conventie,
eiseres in voorwaardelijke reconventie,
advocaat mr. J.G. Galama te Eemnes.
Partijen zullen hierna Docky en Golf en Country Club Edda Huzid genoemd worden.
1. De procedure
1.1. Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het tussenvonnis van 26 september 2012,
- het proces-verbaal van comparitie van 22 november 2012.
1.2. Ten slotte is vonnis bepaald.
2. De feiten
2.1. Docky is de personeelsvereniging van VvAA groep BV, hierna te noemen VvAA. VvAA is een ledenorganisatie en dienstverlener die opereert in de gezondheidszorg.
2.2. Docky heeft voor de organisatie van een lustrumfeest op 12 juli 2011 een overeenkomst gesloten, waarbij is afgesproken dat voor een bedrag van € 99.973,25 incl btw op 9 juni 2012 een personeelsfeest zou worden georganiseerd.
2.3. Bij brief van 12 juli 2011 is de definitieve reservering bevestigd. De kop van de bevestigingsbrief luidt: “Edda Huzid Golf Congres Evenementen”. Onder aan de brief staat genoemd de naam “Golf & Coutryclub Edda Huzid”. De brief is ondertekend door “Jenny Gerritsen Afd. Sales”. De bij die brief gevoegde “Programma Bevestiging VvAA” is afgedrukt op hetzelfde papier als de hierboven genoemde brief van 12 juli 2011. Ook hieronder is derhalve opgenomen “Golf & Coutryclub Edda Huzid”.
2.4. Docky heeft op een factuur gedateerd 5 maart 2012 waarop is opgenomen de kop “Edda Huzid Golf Congres Evenementen” een bedrag van € 50.000,- vooruitbetaald op rekening [000] van Congres & Evenementencentrum Edda Huzid BV, Voorthuizen.
2.5. Op hetzelfde adres als dat van Golf en Country Club Edda Huzid is ook gevestigd Restaurant en Partycentrum Edda Huzid B.V., tevens handelende onder de naam Congres- en Evenementencentrum Edda Huzid. Restaurant en Partycentrum Edda Huzid B.V. te Voorthuizen is op 3 april 2012 in staat van faillissement verklaard.
2.6. Bij brief van 1 mei 2012 heeft Docky Golf en Country Club Edda Huzid aangeschreven dat haar is gebleken dat Golf en Country Club Edda Huzid voornemens is geen uitvoering te geven aan de overeenkomst. Docky heeft Golf en Country Club Edda Huzid in die brief gesommeerd uiterlijk 3 mei 2012 te bevestigen dat zij de overeenkomst met Docky gestand doet.
2.7. Op 7 mei 2012 heeft een gesprek plaatsgevonden met vertegenwoordigers van Docky en mevrouw [betrokkene 1] namens Golf en Country Club Edda Huzid. Namens Golf en Country Club Edda Huzid is bevestigd dat zij de overeenkomst niet nakomt. Bij brief van 14 mei 2012 heeft Docky vervolgens geschreven dat zij de overeenkomst ontbindt bij uitblijven van een (positieve) reactie binnen 3 dagen. Voorts heeft Docky aanspraak gemaakt op terugbetaling van de de vooruitbetaalde € 50.000,-.
2.8. Docky heeft conservatoir beslag doen leggen onder Rabobank te Barneveld. Het beslag trof bij gebreke van een batig saldo geen doel.
3. Het geschil
in conventie
3.1. Docky vordert samengevat - veroordeling van Golf en Country Club Edda Huzid tot betaling van € 50.000,- vermeerderd met rente vanaf 17 mei 2012 en kosten, de beslagkosten en nakosten daaronder begrepen.
3.2. Golf en Country Club Edda Huzid voert verweer. Zij stelt dat niet met haar is gecontracteerd maar dat de overeenkomst tot het organiseren van het personeelsfeest is gesloten met een andere vennootschap, de (inmiddels gefailleerde) besloten vennootschap Restaurant en Partycentrum Edda Huzid B.V., tevens handelende onder de naam Congres- en Evenementencentrum Edda Huzid.
3.3. Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.
in voorwaardelijke reconventie
3.4. Golf en Country Club Edda Huzid heeft in voorwaardelijke reconventie, op voorwaarde dat beslag is gelegd gevorderd dat de rechtbank bepaalt dat alle beslagen zijn opgeheven en voorts gevorderd dat Docky wordt verboden ter zake van deze vordering nadere beslagen te leggen.
3.5. Docky voert verweer.
3.6. Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.
4. De beoordeling
in conventie
4.1. Kern van het geschil betreft de vraag of, zoals Docky stelt, de Golf en Country Club Edda Huzid haar contractspartner is, dan wel, zoals Golf en Country Club Edda Huzid stelt, Restaurant en Partycentrum Edda Huzid, hierna te noemen Partycentrum, de contractspartner is van Docky. Tot de omstandigheden die voor de beoordeling van deze vraag van belang zijn, behoort de context waarin partijen optraden. Door Docky dienen feiten en omstandigheden te worden gesteld en zo nodig bewezen op grond waarvan zij mocht aannemen dat Golf en Country Club Edda Huzid haar contractspartner was. De rechtbank overweegt daarover als volgt.
4.2. De onderhavige zaak kenmerkt zich om te beginnen hierdoor dat zowel Golf en Country Club Edda Huzid als Partycentrum zich steeds presenteren onder de noemer “Edda Huzid Golf Congres Evenementen”. Dit staat steevast in grote letters boven de correspondentie. Uit de overgelegde correspondentie blijkt voorts dat onder aan het briefpapier hetzij Golf en Country Club Edda Huzid, hetzij Congres en Evenementencentrum Edda Huzid staat, hetzij, onder elkaar, deze beide benamingen. Er wordt daarnaast één internetsite gehanteerd door de beide vennootschappen en op het briefpapier: www.eddahuzid.nl. Zowel Golf en Country Club Edda Huzid als Partycentrum zijn gehuisvest aan de Hunnenweg 16 te Voorthuizen en hanteren bovendien dezelfde postbus.
4.3. Over de totstandkoming van de overeenkomst is ter comparitie door de heer [betrokkene 2], penningmeester van Docky verklaard, dat hij, voordat de overeenkomst werd gesloten, samen met de toenmalige voorzitter van Docky een bezoek heeft gebracht aan Edda Huzid. Aldaar zijn diverse zaaltjes bezocht verspreid over het golfterrein. In het gebouw van de golfclub is vervolgens koffie gedronken, geluncht en overeenstemming bereikt over het lustrumfeest. [betrokkene 2] heeft over de totstandkoming van de overeenkomst verder nog verklaard dat hij in eerste instantie dacht te contracteren met Edda Huzid, het onderscheid golfclub dan wel partycentrum was hem niet duidelijk. Bij het bereiken van overeenstemming is hem de programmabevestiging overhandigd, afgedrukt op briefpapier van Golf en Country Club Edda Huzid.
4.4. Van de zijde van Golf en Country Club Edda Huzid is niemand ter comparitie verschenen. De door Docky gestelde feiten en omstandigheden zijn niet inhoudelijk bestreden. Er zijn ter comparitie geen argumenten aangevoerd die de conclusie rechtvaardigen dat Docky niet kon aannemen dat Golf en Country Club Edda Huzid haar contractspartij was.
4.5. Daarbij acht de rechtbank van groot belang dat zowel de reserveringsbevestiging als de programma bevestiging zijn afgedrukt op het briefpapier met onderaan uitsluitend de naam Golf en Country Club Edda Huzid. Nergens blijkt dat één van de in die stukken genoemde medewerkers van Edda Huzid optrad namens een andere entiteit dan de onder die stukken genoemde Golf en Country Club Edda Huzid. Daarbij acht de rechtbank overigens opmerkelijk dat de door gedaagde in het geding gebrachte ondertekende Programma Bevestiging afwijkt van de Programma Bevestiging die door eiser in het geding is gebracht. Er lijkt een regel te zijn weggevallen. Ter comparitie is door de raadsman van Golf en Country Club Edda Huzid verklaard:
“Ik weet niet waarom mijn cliënt niet aanwezig is. U houdt mij voor dat de programmabevestiging (productie 2 bij conclusie van antwoord) anders is dan die bij dagvaarding is overgelegd omdat daar “golf congres evenementen” is weggehaald en ook onderaan de pagina “golf- en countryclub Edda Huzid”. Ik heb daar geen verklaring voor.”
Of er sprake is van manipulatie van het stuk zal de rechtbank in het midden laten. Wel valt op dat op de drukproef van het feestprogramma die ter comparitie in het geding is gebracht als kop wederom is opgenomen “Edda Huzid Golf Congres Evenementen” alsmede www.eddahuzid.nl en dat onderaan zowel Golf en Country Club Edda Huzid als Partycentrum worden genoemd. Het onderscheid tussen de verschillende vennootschappen wordt dus niet steeds duidelijk gemaakt.
4.6. De onduidelijkheid die is ontstaan door het gebruik van de naam “Edda Huzid Golf Congres Evenementen” dient voor rekening van Golf en Country Club Edda Huzid te komen, terwijl uit de context waarin de overeenkomst tot stand kwam en de tenaamstelling onder het briefpapier met daarop de bevestiging en het programma naar het oordeel van de rechtbank kan worden afgeleid dat Docky er gerechtvaardigd op heeft mogen vertrouwen dat zij contracteerde met gedaagde.
4.7. Dat, zoals namens Golf en Country Club Edda Huzid in de conclusie van antwoord is aangevoerd, er feitelijk sprake is van twee verschillende entiteiten, met eigen personeel en met een eigen inschrijving in het handelsregister maakt het voorgaande niet anders. Dat, zoals verder nog is aangevoerd, de betreffende personeelsleden van Partycentrum niet bevoegd zouden zijn Golf en Country Club Edda Huzid te binden leidt evenmin tot een ander oordeel. Golf en Country Club Edda Huzid heeft op geen enkele wijze gesteld op welke wijze dat Docky duidelijk had kunnen zijn.
4.8. Zowel uit de correspondentie zoals opgenomen onder de vaststaande feiten alsmede uit hetgeen daarover ter comparitie is verklaard vloeit vervolgens voort dat Golf en Country Club Edda Huzid de overeenkomst niet wilde nakomen. Ter comparitie is daarover zijdens Docky nog verklaard:
“Op 7 mei 2012 heeft een gesprek plaatsgevonden met [betrokkene 2], [betrokkene 3] en nog een ander bestuurslid van Docky en mevrouw [betrokkene 1] van de golf- en countryclub bijgestaan door een adviseur en een derde persoon van een cateringbedrijf. Bij dat gesprek heeft [betrokkene 3] gevraagd of de golf- en countryclub bereid was om na te komen. Daarop heeft [betrokkene 1] geantwoord: wij willen en kunnen niet nakomen. De derde partij die aanwezig was, was bereid een alternatief feest te organiseren tegen betaling van € 50.000,00. Dat zou een kaal en uitgekleed feest worden.”
Deze mededeling van [betrokkene 1] van Golf en Country Club Edda Huzid is, bij afwezigheid van Golf en Country Club Edda Huzid ter comparitie niet betwist. Ook op de sommatie van 14 mei 2012 is niet gereageerd. Golf en Country Club Edda Huzid wilde de overeenkomst kennelijk niet alsnog gestand doen. Op grond van art. 6:265 BW was Docky dan ook bevoegd de overeenkomst te ontbinden.
4.9. Ontbinding verplicht tot ongedaanmaking van hetgeen reeds is uitgevoerd ( art. 6:271 BW). Dat is ook hetgeen Docky aan haar vordering ten grondslag heeft gelegd. Docky heeft van Golf en Country Club Edda Huzid terugbetaling van € 50.000,- gevorderd. Die vordering zal dan ook worden toegewezen. Dat genoemd bedrag is betaald op rekening van Partycentrum en niet op rekening van Golf en Country Club Edda Huzid, maakt dat niet anders.
4.10. Docky vordert Golf en Country Club Edda Huzid te veroordelen tot betaling van de beslagkosten. Deze vordering is gelet op het bepaalde in art. 706 Rv toewijsbaar. De beslagkosten worden begroot op € 906,20 voor verschotten en € 894,00 voor salaris advocaat (1 rekest x € 894,00).
4.11. De vordering tot vergoeding van buitengerechtelijke kosten zal worden afgewezen. Docky heeft niet (voldoende onderbouwd) gesteld dat zij deze kosten daadwerkelijk heeft gemaakt en dat die kosten betrekking hebben op verrichtingen die meer omvatten dan een enkele aanmaning, het enkel doen van een schikkingsvoorstel, het inwinnen van eenvoudige inlichtingen of het op gebruikelijke wijze samenstellen van het dossier.
4.12. Golf en Country Club Edda Huzid zal als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van Docky worden begroot op:
- dagvaarding € 87,17
- griffierecht 1.214,00
- salaris advocaat 1.788,00 (2,0 punten × tarief € 894,00)
Totaal € 3.089,17
in voorwaardelijke reconventie
4.13. De rechtbank neemt over wat zij in conventie heeft overwogen. Daaruit volgt dat de beslagen op deugdelijke gronden zijn gelegd. De vordering van Golf en Country Club Edda Huzid zal dan ook worden afgewezen.
4.14. Golf en Country Club Edda Huzid zal als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van Docky worden begroot op:
- salaris advocaat 894,00 (2 punt × factor 0,5 × tarief € 894,00)
Totaal € 894,00
5. De beslissing
De rechtbank
in conventie
5.1. veroordeelt Golf en Country Club Edda Huzid om aan Docky te betalen een bedrag van € 50.000,00 (vijftig duizend euro), vermeerderd met de wettelijke rente over het toegewezen bedrag met ingang van 17 mei 2012 tot de dag van volledige betaling,
5.2. veroordeelt Golf en Country Club Edda Huzid in de beslagkosten, tot op heden begroot op € 1.800,20,
5.3. veroordeelt Golf en Country Club Edda Huzid in de proceskosten, aan de zijde van Docky tot op heden begroot op € 3.089,17, te vermeerderen met de wettelijke rente over dit bedrag met ingang van veertien dagen na de betekening van dit vonnis tot de dag van volledige betaling,
5.4. veroordeelt Golf en Country Club Edda Huzid in de na dit vonnis ontstane kosten, begroot op € 131,00 aan salaris advocaat, te vermeerderen, onder de voorwaarde dat Golf en Country Club Edda Huzid niet binnen 14 dagen na aanschrijving aan het vonnis heeft voldaan en er vervolgens betekening van de uitspraak heeft plaatsgevonden, met een bedrag van € 68,00 aan salaris advocaat en de explootkosten van betekening van de uitspraak, en te vermeerderen met de wettelijke rente over de nakosten met ingang van veertien dagen na de betekening van dit vonnis tot aan de voldoening,
5.5. verklaart dit vonnis in conventie tot zover uitvoerbaar bij voorraad,
5.6. wijst het meer of anders gevorderde af,
in reconventie
5.7. wijst de vorderingen af,
5.8. veroordeelt Golf en Country Club Edda Huzid in de proceskosten, aan de zijde van Docky tot op heden begroot op € 894,00.
Dit vonnis is gewezen door mr. F.M.Th. Quaadvliet en in het openbaar uitgesproken op 16 januari 2013.