ECLI:NL:RBONE:2013:BZ9541
Rechtbank Oost-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Handhaving verzoek gemeente Steenwijkerland niet-ontvankelijk verklaard
In deze zaak heeft de Rechtbank Oost-Nederland op 29 maart 2013 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiser, wonende te Wetering, en het college van burgemeester en wethouders van Steenwijkerland. Eiser had verzocht om handhavend op te treden tegen het gebruik van open plekken in het gebied 'de Wetering', dat de bestemming 'Landschappelijk waardevol landbouwgebied' heeft. De gemeente heeft het verzoek van eiser op 30 juli 2012 niet-ontvankelijk verklaard, waarop eiser bezwaar heeft gemaakt. Het bestreden besluit van 20 december 2012 verklaarde het bezwaar deels ongegrond en deels niet-ontvankelijk. Eiser heeft hiertegen beroep ingesteld.
Tijdens de zitting op 26 maart 2013 heeft eiser erkend dat er op de percelen waar zijn verzoek betrekking op heeft, geen sprake is van strijdig gebruik. De rechtbank heeft vastgesteld dat eiser geen rechtstreeks belang heeft bij handhaving, omdat de perceelnummers waarop hij zich beroept niet naast zijn perceel zijn gelegen en hij geen zicht heeft op de betrokken schuren en beplanting. De rechtbank oordeelt dat eiser geen belanghebbende is in de zin van artikel 1:2 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb).
De rechtbank heeft geconcludeerd dat de gemeente terecht het bezwaar van eiser niet-ontvankelijk heeft verklaard en heeft het beroep ongegrond verklaard. Er zijn geen gronden voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gedaan en ondertekend door mr. A. Oosterveld en mr. A. Landstra als griffier.