ECLI:NL:RBOVE:2013:2424

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
3 oktober 2013
Publicatiedatum
8 oktober 2013
Zaaknummer
C/08/144274 / KG ZA 13-329
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Rechters
  • G.G. Vermeulen
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot betaling van een geldsom in kort geding op basis van een mantelovereenkomst

In deze zaak, die diende voor de Rechtbank Overijssel op 3 oktober 2013, heeft de besloten vennootschap PNO CONSULTANTS B.V. (hierna: PNO) een kort geding aangespannen tegen de besloten vennootschap EUROPEAN DESIGN CENTRE B.V. (hierna: EDC) wegens een geldvordering. PNO vorderde betaling van een bedrag van € 84.302,16, inclusief BTW, dat EDC volgens een tussen hen gesloten mantelovereenkomst verschuldigd zou zijn. EDC was niet verschenen ter zitting, waardoor de door PNO gestelde feiten als vaststaand werden aangenomen.

De voorzieningenrechter oordeelde dat de vordering van PNO niet onrechtmatig of ongegrond was. Voor toewijzing van een geldvordering in kort geding is vereist dat het bestaan en de omvang van de vordering in hoge mate aannemelijk zijn, en dat er sprake is van onverwijlde spoed. Aangezien EDC de vordering erkende, maar desondanks niet had betaald, was het bestaan en de omvang van de vordering aannemelijk. Bovendien was het restitutierisico laag, wat de toewijzing van de vordering verder ondersteunde.

De rechter heeft ook de gevorderde vergoeding van buitengerechtelijke incassokosten toegewezen, omdat EDC deze niet had betwist. EDC werd veroordeeld in de proceskosten, die aan de zijde van PNO op € 2.439,71 werden begroot. De voorzieningenrechter heeft EDC veroordeeld om aan PNO een totaalbedrag van € 99.928,48 te betalen, en verklaarde het vonnis uitvoerbaar bij voorraad. Dit vonnis is openbaar uitgesproken door mr. G.G. Vermeulen in aanwezigheid van de griffier.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK OVERIJSSEL

Team kanton en handelsrecht
Zittingsplaats Almelo
zaaknummer / rolnummer: C/08/144274 / KG ZA 13-329
Vonnis in kort geding van 3 oktober 2013(lm)
in de zaak van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
PNO CONSULTANTS B.V.,
gevestigd te Hengelo,
eiseres,
hierna te noemen PNO,
advocaat mr. J.M. van der Woude te Schiphol,
tegen
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
EUROPEAN DESIGN CENTRE B.V.,
gevestigd te 's-Hertogenbosch,
gedaagde,
hierna te noemen EDC,
niet verschenen.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • de dagvaarding
  • de mondelinge behandeling
  • het tijdens de behandeling tegen EDC verleende verstek.
1.2.
Ten slotte is vonnis gevraagd. Het vonnis is bepaald op vandaag.

2.De beoordeling

2.1.
Bij de dagvaarding zijn de bij de wet voorgeschreven formaliteiten in acht genomen, zodat ter zitting het gevraagde verstek is verleend.
2.2.
PNO vordert in dit geding betaling van een geldsom en stelt daartoe dat EDC uit
hoofde van een tussen partijen gesloten mantelovereenkomst een (restant)bedrag ter hoogte van € 84.302,16 (inclusief 19% BTW) verschuldigd is. EDC erkent de vordering, maar laat, ondanks sommatie daartoe, betaling van het verschuldigde bedrag na. De verschenen en berekende rente bedraagt € 5.000,00. De contractuele buitengerechtelijke incassokosten bedragen € 10.626,32.
2.3.
Nu namens EDC ter zitting niemand is verschenen moeten voormelde door PNO gestelde feiten en omstandigheden als vaststaand worden aangenomen.
2.4.
De vordering komt de voorzieningenrechter niet onrechtmatig of ongegrond voor en zal worden toegewezen, met inachtneming van het navolgende.
2.5.
Voor toewijzing van een geldvordering in kort geding is slechts dan aanleiding, indien het bestaan en de omvang van de vordering in hoge mate aannemelijk is, terwijl voorts uit hoofde van onverwijlde spoed een onmiddellijke voorziening vereist is en het risico van onmogelijkheid van terugbetaling - bij afweging van de belangen van
partijen - aan toewijzing niet in de weg staat. Gelet op de omstandigheid dat de vordering van PNO onbetwist is gebleven, alsmede de ter zitting overlegde productie, waarin staat dat EDC de vordering van PNO ter hoogte van € 70.842,15 (exclusief 19% BTW) erkent en bereid is te betalen, is het bestaan en de omvang van de vordering in hoge mate aannemelijk geworden. Daar komt bij dat het restitutierisico laag is.
2.6.
De door PNO gevorderde vergoeding van buitengerechtelijke (incasso)kosten zal worden toegewezen, nu EDC de verschuldigdheid daarvan op grond van de tussen hen gesloten overeenkomst niet heeft betwist en geen termen aanwezig zijn om (ambtshalve) tot matiging van de gevorderde vergoeding over te gaan.
2.7.
EDC zal als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van PNO worden begroot op:
- dagvaarding €  76,71
- griffierecht 1.836,00
- salaris advocaat
527,00
Totaal €  2.439,71.

3.De beslissing

De voorzieningenrechter
3.1.
veroordeelt EDC om aan PNO te betalen een bedrag van € 99.928,48 (negenennegentigduizendnegenhonderdachtentwintig euro en achtenveertig cent),
3.2.
veroordeelt EDC in de proceskosten, aan de zijde van PNO tot op heden begroot op € 2.439,71,
3.3.
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. G.G. Vermeulen en in het openbaar uitgesproken op 3 oktober 2013 in tegenwoordigheid van de griffier. [1]

Voetnoten

1.type: