ECLI:NL:RBOVE:2013:3075
Rechtbank Overijssel
- Kort geding
- Rechtspraak.nl
Opheffing van executoriaal beslag in een executiegeschil betreffende kinderalimentatie
In deze zaak, die zich afspeelt in de Rechtbank Overijssel, heeft de voorzieningenrechter op 22 november 2013 uitspraak gedaan in een kort geding tussen [eiser] en [gedaagde]. De zaak betreft een executiegeschil waarbij [gedaagde] executoriaal beslag heeft gelegd op de woning van [eiser] ter verzekering van een vordering uit hoofde van achterstallige kinderalimentatie. De rechtbank heeft vastgesteld dat er een achterstand in de betaling van kinderalimentatie is ontstaan, maar dat de hoogte van het gelegde beslag niet in verhouding staat tot de door [gedaagde] gepretendeerde vordering. [eiser] vorderde primair de opheffing van het beslag, stellende dat hij altijd aan zijn betalingsverplichtingen heeft voldaan en dat het beslag misbruik van recht oplevert. De voorzieningenrechter oordeelde dat [eiser] een spoedeisend belang heeft bij de gevorderde voorzieningen en dat het beslag op de woning van [eiser] onterecht was. De rechtbank heeft het beslag opgeheven en de proceskosten gecompenseerd, waarbij iedere partij de eigen kosten draagt. De uitspraak is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.