Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
1.De procedure in de zaak 12-130
- het tussenvonnis van 5 september 2012
- de door Tandartsenpraktijk A1 B.V. ten behoeve van de comparitie overgelegde producties
- het proces-verbaal van comparitie van 22 oktober 2012
- de conclusie na comparitie houdende vermeerdering van eis van Tandartsenpraktijk A1 B.V.
- de antwoordconclusie van TP A1 B.V.
- de akte uitlating producties van Tandartsenpraktijk A1 B.V.
2.De procedure in de zaak 12-236
- de dagvaarding van TP A1 B.V.
- de rolverwijzing inhoudende het gelasten van een (gezamenlijke) comparitie van partijen
- de door Tandartsenpraktijk A1 B.V. ten behoeve van de comparitie overgelegde producties
- het proces-verbaal van comparitie van 22 oktober 2012
- de conclusie van antwoord van Tandartsenpraktijk A1 B.V.
- de antwoordconclusie na comparitie van TP A1 B.V.
- de akte uitlating producties van Tandartsenpraktijk A1 B.V.
3.De feiten
in de zaak 12-130 en in de zaak 12-236
“De volmachtgever verklaart: (…) volmacht te verlenen, met het (…) recht van substitutie aan:
de heer [naam 2], (…) om de volmachtgever in alle opzichten te vertegenwoordigen en al zijn rechten en belangen zonder enige uitzondering, zowel op het gebied van het personenrecht, als op dat van het vermogensrecht, het erfrecht, het fiscaalrecht en het procesrecht, als ieder ander rechtsgebied waar te nemen en uit te oefenen.
Deze volmacht strekt ook tot het verkrijgen, vervreemden, en bezwaren van registergoederen (…) om schenkingen te doen en aan te nemen en om andere daden van eigendom en/of beschikking te verrichten (…).
De volmachtgever verklaart, dat de opsomming van deze speciale handelingen niet tot strekking heeft enige andere handeling, welke dan ook, uit te sluiten. (…)
4.Het geschil in de zaak 12-130
I) voor recht te verklaren dat de overeenkomst gedateerd 21 december 2012 nietig is, en
II) voor recht te verklaren dat de door gedaagde gebruikte handelsnaam TP A1 inbreuk maakt op de handelsnaam van eiseres,
a) een schadevergoeding ter zake de waarde van de praktijk en de overige activa, alsmede de daarmee gerealiseerde winst en (bij correct en kundig beheer) te realiseren winst vanaf het moment van onttrekking aan het vermogen van Tandartsenpraktijk A1 B.V., te weten 21 december 2011, waarop eventueel in mindering strekt de opbrengst van de (gepretendeerde) verkoop van de activa, te bepalen op € 0,00, althans een schadevergoeding op te maken bij staat, en
5.Het geschil in de zaak 12-236
een en ander met veroordeling van Tandartsenpraktijk A1 B.V. in de proceskosten, en met de wettelijke rente daarover en met nakosten.
6.De verdere beoordeling
in de zaak 12-130 en in de zaak 12-236
toedoenvan de vertegenwoordigde (Vgl. Hoge Raad 6 mei 1926, NJ 1926, 721 [naam 6]/[naam 7]). Dat deze situatie zich hier heeft voorgedaan, is door TP A1 B.V. gesteld nog gebleken.
7.De beslissing
21 augustus 2013voor het nemen van een akte door beide partijen over hetgeen is vermeld onder 6.5.,