ECLI:NL:RBOVE:2013:CA0907

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
22 mei 2013
Publicatiedatum
22 juni 2013
Zaaknummer
C/08/137755 / KG ZA 13-116
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Rechters
  • M.L.J. Koopmans
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vonnis inzake ontruiming van een woning in kort geding

In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Overijssel op 22 mei 2013 uitspraak gedaan in een kort geding over de ontruiming van een woning. Eiseres, vertegenwoordigd door mr. K. ter Mors, heeft gevorderd dat gedaagde, die zonder vaste woon- of verblijfplaats is, de woning aan [adres] te [plaats] binnen vierentwintig uur na betekening van het vonnis zou ontruimen. Gedaagde, vertegenwoordigd door mr. H. Versluis, heeft zich bij de vordering neergelegd, terwijl eiseres enkele andere vorderingen heeft ingetrokken.

De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat partijen eerder tot overeenstemming waren gekomen, zoals blijkt uit de correspondentie tussen de advocaten. De rechter heeft geoordeeld dat de vordering tot ontruiming voor toewijzing gereed ligt, maar heeft de gevorderde machtiging om de ontruiming zelf te realiseren afgewezen. Dit omdat volgens de wet de ontruiming altijd door een deurwaarder dient te geschieden, die geen aparte machtiging nodig heeft om de ontruiming ten uitvoer te leggen. De kosten van de ontruiming komen voor rekening van gedaagde.

De voorzieningenrechter heeft ook rekening gehouden met de affectieve relatie tussen partijen en heeft besloten de proceskosten te compenseren, zodat iedere partij de eigen kosten draagt. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat gedaagde onmiddellijk moet voldoen aan de ontruimingsbevelen, ongeacht eventuele hoger beroep procedures.

Uitspraak

RECHTBANK OVERIJSSEL
Team kanton en handelsrecht
Zittingsplaats Almelo
zaaknummer: C/08/137755 / KG ZA 13-116
datum vonnis: 22 mei 2013
Vonnis van de voorzieningenrechter in de rechtbank Overijssel, rechtdoende in kort geding, in de zaak van:
[Eiseres],
wonende te [plaats],
eiseres,
advocaat: mr. K. ter Mors te Almelo,
tegen
[gedaagde],
zonder vaste woon- of verblijfplaats, doch thans verblijvende te [plaats],
gedaagde,
advocaat: mr. H. Versluis te Almelo.
1. Het procesverloop
1.1. Eiseres heeft gevorderd als vermeld in de dagvaarding.
1.2. Bij brief van 15 mei 2013 heeft mr. K. ter Mors de griffie van de rechtbank het volgende meegedeeld:
“Na overleg met de raadsman van [gedaagde], mr. H. Versluis, kan ik u melden dat partijen tot overeenstemming zijn gekomen.
[Eiseres] persisteert bij haar vordering onder 1, [gedaagde] legt zich daar bij neer terwijl [eiseres] de vorderingen 2, 3 en 4 intrekt.
Ik zal u dit ter zitting van vrijdag a.s. nogmaals mededelen tenzij u dit bericht voldoende vindt en bereid bent een veroordelend vonnis te wijzen waarbij de vordering onder 1 wordt toegekend.
Een kopie van deze faks zend ik aan mr. Versluis die mij heeft meegedeeld ter zitting niet te zullen verschijnen.
(…)”
1.3. Bij e-mailbericht van 16 mei 2013 heeft mr. H. Versluis de griffie van de rechtbank het volgende meegedeeld:
“Hierbij bericht ik u dat ik op de hoogte ben van de inhoud van de brief van de advocaat van de wederpartij aan de rechtbank Overijssel van 15 mei 2013.
Ik bevestig u namens mijn cliënt, de heer [gedaagde], hierbij de juistheid van de inhoud van deze brief, met welke inhoud cliënt akkoord kan zijn.
(…)”
1.4. Op verzoek van partijen heeft de behandeling ter zitting dus geen doorgang gevonden.
1.5. Het vonnis is bepaald op vandaag.
2. De beoordeling van het geschil en de motivering van de beslissing
2.1. Eiseres vordert - na wijziging van eis - bij vonnis, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad, gedaagde te veroordelen per direct dan wel binnen vierentwintig uur na de betekening van dit vonnis de woning aan de [adres] te [plaats] te ontruimen en te verlaten en ter vrij beschikking van eiseres te stellen en te laten met machtiging aan eiseres om bij gebreke van volledige voldoening hieraan de verlating en de ontruiming zelf te realiseren met behulp van de sterke arm van de politie en justitie dan wel de ontruiming zelf te doen bewerkstelligen door een deurwaarder, alles op kosten van gedaagde.
2.2. Gelet op de eerdergenoemde brief van 15 mei 2013 van mr. K. ter Mors en het eerdergenoemde e-mailbericht van mr. H. Versluis van 16 mei 2013 is de voorzieningenrechter van oordeel dat het gevorderde voor toewijzing gereed ligt, met dien verstande dat de voorzieningenrechter de termijn voor het ontruimen en het verlaten van de woning door gedaagde als vermeld in het dictum aangewezen acht en de gevorderde machtiging om de ontruiming zo nodig zelf te doen bewerkstelligen, met behulp van de sterke arm van politie en justitie dan wel de deurwaarder, afwijst, nu dit ingevolge artikel 556 lid 1 en artikel 557 Rv overbodig is. Ingevolge artikel 556 lid 1 Rv geschiedt (gedwongen) ontruiming immers altijd door de deurwaarder, die geen machtiging behoeft om de veroordeling tot ontruiming ten uitvoer te leggen. Indien het de deurwaarder noodzakelijk voorkomt kan hij de hulp van de sterke arm van de politie inroepen. Deze bevoegdheid ontleent hij rechtstreeks aan artikel 557 Rv, waarin artikel 444 Rv van overeenkomstige toepassing is verklaard, waarbij de kosten van de ontruiming ingevolge het Besluit tarieven ambtshandelingen gerechtsdeurwaarders voor rekening van gedaagde komen.
2.3. De voorzieningenrechter zal, gelet op het feit dat partijen een affectieve relatie hebben gehad, de proceskosten tussen hen compenseren op na te melden wijze.
De beslissing
De voorzieningenrechter:
I. Veroordeelt gedaagde om binnen vierentwintig uur na de betekening van dit vonnis de woning aan de [adres] te [plaats] te ontruimen en te verlaten en ter vrij beschikking van eiseres te stellen en te laten, alles op kosten van gedaagde.
II. Verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad.
III. Compenseert de proceskosten in die zin dat iedere partij de eigen kosten draagt.
IV. Wijst af het meer of anders gevorderde.
Dit vonnis is gewezen te Almelo door mr. M.L.J. Koopmans, voorzieningenrechter, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 22 mei 2013, in tegenwoordigheid van de griffier.