ECLI:NL:RBOVE:2014:1264
Rechtbank Overijssel
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- H.R.K. Valk
- Rechtspraak.nl
Voorwaardelijk verzoek tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst wegens poging tot diefstal
In deze zaak verzoekt de besloten vennootschap Autobedrijf Noordegraaf B.V. de voorwaardelijke ontbinding van de arbeidsovereenkomst met een werknemer die al 23 jaar in dienst is. De werknemer is op staande voet ontslagen omdat hij ervan wordt verdacht een poging te hebben gedaan tot diefstal van een fiets van een collega. De werknemer betwist deze beschuldiging en stelt dat het om een grap ging. De kantonrechter heeft de zaak behandeld op 21 januari en 4 maart 2014, waarbij de camerabeelden zijn bekeken die de werknemer in een verdachte situatie tonen. De kantonrechter oordeelt dat er gerede twijfel bestaat over het oogmerk tot wederrechtelijke toeëigening van de fiets, wat essentieel is voor de kwalificatie van diefstal. Hierdoor kan de kantonrechter niet concluderen dat er sprake is van een dringende reden voor ontbinding van de arbeidsovereenkomst.
De kantonrechter wijst erop dat het verzoek tot ontbinding voorwaardelijk is, wat betekent dat er op het moment van ontbinding nog een arbeidsovereenkomst moet bestaan. Aangezien de werknemer op staande voet is ontslagen, moet eerst worden vastgesteld of dit ontslag rechtsgeldig was. Als het ontslag niet als een dringende reden kan worden gekwalificeerd, blijft de arbeidsovereenkomst bestaan. De kantonrechter concludeert dat Noordegraaf te voortvarend heeft gehandeld en onvoldoende rekening heeft gehouden met de belangen van de werknemer. De kantonrechter wijst het verzoek tot voorwaardelijke ontbinding af en compenseert de proceskosten tussen partijen.
De uitspraak is gedaan door mr. H.R.K. Valk, kantonrechter, op 11 maart 2014 in Enschede.