ECLI:NL:RBOVE:2014:271
Rechtbank Overijssel
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- A. Oosterveld
- M.W. Hulsman
- Rechtspraak.nl
Bestuurlijke boete opgelegd wegens overtredingen van de Meststoffenwet met betrekking tot stikstof- en fosfaatnormen
In deze zaak heeft de Rechtbank Overijssel op 23 januari 2014 uitspraak gedaan in een geschil tussen een melkrundveehouderij annex pluimveehouderij en de staatssecretaris van Economische Zaken. De eiseres, gevestigd te Lemelerveld, had bezwaar gemaakt tegen een bestuurlijke boete van in totaal € 29.610,-- die was opgelegd wegens drie overtredingen van de Meststoffenwet. Na een gedeeltelijke gegrondverklaring van het bezwaar door verweerder, werd de boete gewijzigd vastgesteld op € 1.022,--. Eiseres heeft hiertegen beroep ingesteld.
De rechtbank heeft de zaak behandeld op 13 januari 2014. Eiseres voerde aan dat bij de berekening van het overschot aan fosfaat en stikstof ook het negatieve saldo van de pluimveetak in de berekening mee moest worden genomen. De rechtbank oordeelde echter dat het onmogelijk is om een negatieve hoeveelheid fosfaat en stikstof op of in de bodem te brengen, en dat verweerder de berekening op juiste wijze had uitgevoerd.
Daarnaast betwistte eiseres de toepassing van de stikstofgebruiksnorm voor tijdelijk grasland in plaats van permanent grasland. De rechtbank stelde vast dat de regelgeving duidelijk was en dat verweerder zich op het standpunt kon stellen dat de stikstofnorm voor tijdelijk grasland van toepassing was. Eiseres had ook geen gerechtvaardigd vertrouwen kunnen ontlenen aan een mededeling van het LNV-loket aan de Gasunie.
Tot slot stelde eiseres dat verweerder ten onrechte voorbijging aan de door haar aangedragen gegevens voor de herberekening van de eindvoorraad graasdierenmest. De rechtbank oordeelde dat de materiële bewijslast bij de landbouwer ligt en dat eiseres niet aannemelijk had gemaakt dat de gebruiksnormen niet waren overschreden. De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond en liet het bestreden besluit in stand.