Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
Team kanton en handelsrecht
[gedaagde],
Het procesverloop
- een proces-verbaal van het getuigenverhoor aan de zijde van de gedaagde partij;
- een proces-verbaal van het getuigenverhoor in contra-enquête;
- een conclusie na enquête van de zijde van [gedaagde];
- een conclusie na enquête tevens antwoordconclusie na enquête van de zijde van de gemeente.
De overwegingen
In conventie en in reconventie
geen werkzaamheden ten behoeve van Waterrijk hoeven te worden uitgevoerd”. Ook in de onderhandelingen is tussen partijen duidelijk besproken dat het [gedaagde] er om ging dat zijn percelen daadwerkelijk werden gebruikt voor het doel waarvoor zij werden aangekocht, dus voor bebouwing en niet voor agrarisch gebruik. [gedaagde] heeft immers verklaard: “
Onze grond werd toen door derde agrariërs gebruikt en dat hoefde voor mij niet. Dan wilde ik de grond zelf wel gebruiken.” Dat is niet anders als de gemeente de grond zelf gaat bewerken.
werkzaamheden ten behoeve van Waterrijk. De rechtbank heeft in het tussenvonnis van 11 september 2013 overwogen dat voldoende is elke werkzaamheid die tot doel heeft te komen tot de uitvoering van het bestemmingsplan.
In conventie en in reconventie
€ 25,00 +