ECLI:NL:RBOVE:2014:4390
Rechtbank Overijssel
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beëindiging arbeidsovereenkomst en recht op WW-uitkering na vaststellingsovereenkomst
In deze zaak heeft de Rechtbank Overijssel op 19 augustus 2014 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiseres, een werkneemster, en de Raad van Bestuur van het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV) over de beëindiging van de arbeidsovereenkomst en het recht op een uitkering op grond van de Werkloosheidswet (WW). Eiseres had op 28 november 2013 een vaststellingsovereenkomst ondertekend met haar werkgever, de Rabobank, waarin was overeengekomen dat de arbeidsovereenkomst per 1 januari 2014 zou eindigen. De werkgever had echter de mogelijkheid om de overeenkomst te laten vervallen indien zij eiseres voor die datum in een passende functie kon plaatsen.
Eiseres verzocht om een WW-uitkering, maar het UWV weigerde dit en stelde dat zij tot en met 31 maart 2014 geen recht had op een uitkering, omdat de vaststellingsovereenkomst nog niet definitief was door de ontbindende voorwaarde. Eiseres ging hiertegen in beroep. Tijdens de zitting op 10 juni 2014 werd eiseres vertegenwoordigd door haar gemachtigde, mr. P.D. Koren, terwijl de verweerder werd vertegenwoordigd door M. van Leeuwen.
De rechtbank oordeelde dat de arbeidsovereenkomst met de ondertekening van de vaststellingsovereenkomst op 28 november 2013 daadwerkelijk was beëindigd. De rechtbank stelde vast dat de ontbindende voorwaarde in de overeenkomst niet betekende dat de arbeidsovereenkomst niet was geëindigd. De rechtbank verklaarde het beroep gegrond, vernietigde het bestreden besluit van het UWV en kende eiseres met terugwerkende kracht vanaf 1 maart 2014 een WW-uitkering toe. Tevens werd het UWV veroordeeld tot het vergoeden van de proceskosten en het griffierecht aan eiseres.
Deze uitspraak benadrukt het belang van de datum van ondertekening van een vaststellingsovereenkomst en de gevolgen daarvan voor het recht op een WW-uitkering. De rechtbank heeft duidelijk gemaakt dat de afspraken in de overeenkomst bindend zijn, ook al zijn er ontbindende voorwaarden opgenomen.