Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
1.De procedure
- de dagvaarding,
- het faxbericht van Soffimat van 28 juli 2014,
- het faxbericht van Triogen van 28 juli 2014,
- de mondelinge behandeling,
- de pleitnota van Triogen,
- de pleitnota van Soffimat.
2.De feiten
3.Het standpunt van Triogen
EET-Verordening) juncto artikel 2 lid 4 van de Uitvoeringswet verordening Europese executoriale titel.
4.Het standpunt van Soffimat
- inclusief schadevergoeding en wettelijke rente - terug moeten betalen, over voldoende middelen beschikt. Soffimat heeft daarentegen vernomen dat Triogen het afgelopen jaar maar 3 OCR’s heeft verkocht en dat de zaken niet goed gaan. Rekening houdend met de kosten van normale bedrijfsvoering, beschikt Triogen niet over voldoende middelen om het bedrag aan Soffimat te restitueren. Daarbij dient ook stil te worden gestaan bij het belang van Soffimat, die bij toewijzing van de vordering van Triogen zonder vermogen zal komen te staan en geen bodemprocedure zal kunnen instellen en de oppositie in Frankrijk niet langer zal kunnen voortzetten.
5.De beoordeling
€ 1.750.000,-- en zal Soffimat veroordelen tot betaling van een voorschot van
€ 1.750.000,--, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 31 maart 2014.
€ 3.906,52 aan verschotten en € 816,-- aan salaris van de advocaat.
6.De beslissing
€ 1.750.000,-- vanaf 31 maart 2014 tot de dag van volledige betaling.