Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
1.[verzoeker 1],
2. [verzoeker 2]
3. [verzoeker 3],
4. [verzoeker 4],
5. [verzoeker 5],
6. [verzoeker 6],
7. [verzoeker 7],
8. [verzoekers],
9. [verzoeker 8],
10. [verzoeker 9],
11. [verzoeker 10],
12. [verzoeker 11],
1. De procedure
- het verzoekschrift,
- de brief van officier van justitie mr. G.H. Agelink d.d. 1 december 2014,
- productie 1 aan de zijde van [verweerder],
- de mondelinge behandeling op 15 december 2014,
- de pleitnota van verzoekers,
- de pleitnota van [verweerder].
2.De feiten
3.De beoordeling
Ten aanzien van de voor een dergelijk beslag(verlof) vereiste gegronde vrees voor verduistering overweegt de voorzieningenrechter dat daartoe in het (aangevulde) verzoekschrift onvoldoende wordt gesteld (immers enkel de vrees wordt geuit dat [verweerder] te zijner tijd niet in staat zal zijn een vordering te voldoen) en ter zitting enkel over een tweetal anonieme tips is gerept, hetgeen de voorzieningenrechter ter onderbouwing van voormeld vereiste volstrekt onvoldoende acht.