Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheidLandgoed De Tol B.V.,
verweerster in reconventie,
verder te noemen De Tol,
eisers in reconventie,
Het procesverloop
-ter plaatse- gehouden, maar heeft niet tot een regeling geleid en vervolgens hebben partijen wederom vonnis verzocht.
De verdere beoordeling van het geschil en de gronden van de beslissing
1. Landgoed De Tol B.V. is eigenaresse van een landgoed van ca. 33 hectare gelegen aan de noordzijde van de [adres 1] te [woonplaats 2].
Aan de noordwestzijde van dit landgoed bevindt zich een hooggelegen akker over de gehele lengte begrensd door een houtwal.
4. In 2008 speelde er een (grens-)geschil “voor” aan de [adres 1] tussen [X] van de boerderij aan de [adres 3] en zijn buurman [Z] daarnaast.
Mede naar aanleiding daarvan heeft Landgoed De Tol B.V. het kadaster verzocht de grens tussen Landgoed De Tol B.V. en [gedaagden] uit te meten, waar het aan Landgoed De Tol B.V. niet duidelijk was waar die grens precies liep.
6. Landgoed De Tol B.V. stelt dat de (uitgemeten) kadastrale grens de eigendomsgrens tussen Landgoed De Tol B.V. en [gedaagden] vormt en vordert -kort samengevat-:
kadastrale grens;
(2.) veroordeling van [gedaagden] tot het doen opmaken van een nieuwe
grenscorrectie door het kadaster;
(3.) veroordeling van [gedaagden] tot onthouding van maken van inbreuk op die
nieuwe grens;
(4.) veroordeling van [gedaagden] in de proceskosten.
7. De litigieuze houtwal is al eeuwenlang eigendom van de familie [naam 1], voorouders van gedaagde [gedaagde 2].
Het is (nog steeds) hetzelfde erf waarop [gedaagden] thans woonachtig zijn.
(nummer [B]).
Als productie 2 hebben [gedaagden] overgelegd een kadastrale tekening uit het dienstjaar 1896 omtrent hernummering van (onder meer) het perceel [A], in welke tekening de grenzen van dat perceel staan aangegeven.
Als productie 3 leggen [gedaagden] over een afschrift van de notariële akte van notaris Ten Doesschate van 27 mei 1919, waarbij -onder meer- het perceel [A], dus de houtwal, aan de grootvader van gedaagde [naam 1] wordt toegedeeld, zodat gedaagde [naam 1] (ook) dat perceel via vererving heeft verkregen.
Dat is niet de tekening en uitmeting van het kadaster uit 2008, die op verkeerde gegevens berust dan wel fout is uitgevoerd en in ieder geval de grens van de eigendom niet juist weergeeft.
Sedertdien loopt de feitelijke perceelgrens dus langs de houtwal en derhalve over grond die in principe eigendom is van [gedaagden].
De beoordeling
Landgoed De Tol B.V. dat de in 2008 door het kadaster uitgemeten grens de eigendoms-grens tussen deze percelen vormt.
De grenzen van percelen zoals die blijken uit het kadaster, zijn dan alleen óók de eigendomsgrenzen, indien zulks uitdrukkelijk bij overdracht etc. (z.g. kadasterclausule) dan wel bij latere uitmeting vanwege het kadaster is overeengekomen; zulks is in deze niet het geval.
Dat is in dit kader de verwerving door de familie [naam 1] in 1829 en voorts blijkt in 1919 te vererven naar de grootvader van gedaagde [naam 1] als kadastraal perceel [A] en zo verder naar [gedaagden].
Duidelijk aan de orde is het verschil op het laatste (noordelijke) stuk van de houtwal, waarbij ten opzichte van die lijn op de kaart uit 1896 een veel smaller stuk (breedst op kaart 0,4 cm = 8,2 m werkelijk) wordt aangehouden vergeleken met de kadastrale uitmeting uit 2008 (breedst op kaart 1.0 cm = 20 m werkelijk).
19. De rechtbank hecht aan dit vonnis een (kleuren-)kopie van de litigieuze grens met daarin dezelfde lijn getrokken van boerderij [X] tot aan de [adres 2] (zelfde schaal als kaart van 1896: lengte lijn beide 20 cm).
Daaruit valt op te maken dat daar op het hiervoor al aangehaalde noordelijke gedeelte van de grens de afstand tussen die lijn en de houtwal thans het dubbele bedraagt, dus 16 meter om 8 meter (op Google: 0.8 cm, op kaart 1896: 0.4 cm) .
Daar is geen spat(ader) veranderd.
Tevens blijkt hieruit de door het kadaster in 2008 uitgemeten grens, die volgens die meting gedeeltelijk midden door de houtwal, bestaande uit rustieke eiken van meer dan 100 jaar oud, zou lopen, onjuist is geweest.
21. De huidige grens vanaf het hoekpunt van de “[naam 2]” in noordelijke richting van de [adres 2] tussen de percelen bestaat uit weidepalen met (prikkel)draad.
Die zijn daar door [gedaagden] geplaatst in 1994 (overeenkomst met subsidie van de provincie – productie 19 dagvaarding)) direct langs de houtwal, dat wil zeggen op eigen grond en niet op de perceelsgrens meer oostelijk (midden door de aldaar gelopen hebbende scheidingssloot).
Tevens stellen [gedaagden] niet, dat bij de (her-)plaatsing in 1994 van de weidepalen een van een vorige situatie afwijkende grens werd aangenomen, zodat de rechtbank concludeert dat de grens ook toen -in 1994- al langer feitelijk langs de rand van de houtwal liep.
Landgoed De Tol B.V. en [gedaagden] -met name het noordelijke gedeelte vanaf het hoekpunt van de “[naam 2]” loopt zoals hij in 1994 door [gedaagden] (wederom) is uitgezet, derhalve direct langs de oostgrens van de houtwal.
Gezien de hiervoor weergegeven historie ligt de eigendomsgrens echter (een aantal meters) meer oostelijk en staan de palen mitsdien op grond, die eigendom is van [gedaagden].
26. Het voorgaande tezamen genomen, leidt ertoe dat de rechtbank van oordeel is dat de vorderingen van Landgoed De Tol B.V. feitelijke grondslag ontberen en dienvolgens moeten worden afgewezen.
Landgoed De Tol B.V. zal als in het ongelijk gestelde partij, in de proceskosten worden veroordeeld.