ECLI:NL:RBOVE:2014:6934

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
22 december 2014
Publicatiedatum
29 december 2014
Zaaknummer
08.963612-13
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling voor mensensmokkel door het faciliteren van verblijf in Frankrijk

Op 22 december 2014 heeft de Rechtbank Overijssel een vrouw uit Schiedam veroordeeld tot 150 uur werkstraf voor mensensmokkel. De verdachte had zich schuldig gemaakt aan het vergemakkelijken van het verblijf van een Nigeriaan in Frankrijk door middel van een schijnhuwelijk. De rechtbank hield rekening met de openheid van zaken die de verdachte vanaf het begin had getoond en het feit dat zij zich had teruggetrokken voor het sluiten van het huwelijk. De zaak kwam aan het licht na een onderzoek dat begon op 8 december 2014, waarbij de officier van justitie mr. D. Stikkelbroeck de verdachte had aangeklaagd. De tenlastelegging omvatte het helpen van de Nigeriaan bij het verkrijgen van toegang en verblijf in Frankrijk, terwijl de verdachte en haar mededaders wisten dat dit verblijf wederrechtelijk was. De rechtbank oordeelde dat de verdachte niet was getrouwd, maar dat iemand anders op haar naam was getrouwd, en sprak haar vrij van het helpen bij het verkrijgen van toegang tot Frankrijk. Echter, de rechtbank vond het bewezen dat de verdachte uit winstbejag had gehandeld door de Nigeriaan te helpen bij het verkrijgen van verblijf in Frankrijk. De rechtbank benadrukte dat het helpen bij illegaal verblijf een ernstige schending van het overheidsbeleid is en dat de verdachte de strafwaardigheid van haar gedrag inzag. De opgelegde straf van 150 uur werkstraf werd als passend beschouwd, met een vervangende hechtenis van 75 dagen indien de taakstraf niet naar behoren werd verricht.

Uitspraak

Rechtbank Overijssel

Afdeling Strafrecht
Zittingsplaats Zwolle
Parketnummer: 08.963612-13
Datum vonnis: 22 december 2014
Vonnis (promis) op tegenspraak van de rechtbank Overijssel, meervoudige kamer voor strafzaken, rechtdoende in de zaak van de officier van justitie tegen:
[verdachte],
geboren op [geboortedatum 1] 1991 te [geboorteplaats] (Nederlandse Antillen),
wonende te [woonplaats].

1.Het onderzoek op de terechtzitting

Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzitting van 8 december 2014. De rechtbank heeft kennis genomen van de vordering van de officier van justitie mr. D. Stikkelbroeck en van hetgeen door de verdachte en diens raadsman mr. J.W.G.M. Kral, advocaat te Berlicum, naar voren is gebracht.

2.De tenlastelegging

De verdenking komt er, kort en feitelijk weergegeven, op neer dat verdachte een man uit Nigeria behulpzaam is geweest bij het zich verschaffen van toegang tot dan wel verblijf in Frankrijk door onder meer een schijnhuwelijk met hem aan te gaan.
Voluit luidt de tenlastelegging aan de verdachte, dat:
zij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 13 juni 2013 tot
en met 31 augustus 2013,
te Rotterdam en/althans (elders) in Nederland en/of in Frankrijk,
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
een ander, te weten een man genaamd of zich noemende [naam 1]
(geboren op [geboortedatum 2] 1977 te Nigeria), (telkens)
-behulpzaam is geweest bij het zich verschaffen van toegang tot en/of
-uit winstbejag behulpzaam is geweest bij het zich verschaffen van verblijf in
Frankrijk, in elk geval in een lidstaat van de Europese Unie of een staat die
is toegetreden tot het op 15 november 2000 te New York totstandgekomen
Protocol tegen de smokkel van migranten over land, over de zee en in de lucht,
tot aanvulling van het op 15 november 2000 te New York totstandgekomen Verdrag
tegen transnationale georganiseerde misdaad,
en/of hem daartoe gelegenheid, middelen of inlichtingen heeft verschaft,
terwijl verdachte en/of haar mededader(s) wist(en) of ernstige redenen
had(den) te vermoeden dat dat verblijf wederrechtelijk was,
immers heeft/hebben/is/zijn verdachte en/of haar mededader(s) (telkens):
-contact gehad en/of onderhouden met en/of instructies ontvangen van en/of
afspraken gemaakt met verdachtes mededader(s) en/of een of meer organisatoren
en/althans personen in Frankrijk en/of met/over een - onrechtmatig in
Frankrijk wonende/verblijvende - man genaamd of zich noemende [naam 1]
, over de organisatie en het sluiten van een zogenaamd schijnhuwelijk
tussen die [naam 1] en verdachte (zijnde [verdachte]) en/of over het
vervoer en/of verblijf van voornoemd(e) perso(o)n(en) naar/in Frankrijk en/of
-een uittreksel uit de gemeentelijke basisadministratie van de
gemeente Rotterdam (op naam van verdachte) opgevraagd en/of laten opvragen
en/of afgehaald en/of aan verdachtes mededader(s) afgegeven en/of laten
(af)geven en/of
-met verdachtes mededader(s) en/of met een man genaamd of zich noemende [naam 1]
en/althans met een of meer organisatoren en/althans personen in
Frankrijk besproken/afgesproken dat zij (verdachte) in Frankrijk een
(schijn)huwelijk zou aangaan met een man genaamd of zich noemende [naam 1]
en/of daarvoor een bepaald geldbedrag zou ontvangen en/of
-(meermalen) al dan niet met verdachtes mededader(s) naar Parijs afgereisd
en/of in Parijs verbleven en/of naar de Nederlandse Ambassade in Parijs
gegaan en/of (aldaar) een uittreksel uit de gemeentelijke basisadministratie
van de gemeente Rotterdam (op naam van verdachte) afgegeven en/of overlegd
en/of (vervolgens) een zogenaamde "Certificat de Coutume pour le mariage"
aangevraagd en/of laten aanvragen en/of afgehaald en/of afgegeven aan
verdachtes mededader(s) en/of een of meer documenten ondertekend en/of
-een zogenaamde "Attestation sur l'honneur" en/of "Attestation de célibat"
en/of een factuur voor een telefoonabonnement, (alle) op naam van Roselane
Veranda [verdachte] en (alle) bedoeld als bewijs van inschrijving/huisvesting van
die [verdachte] in Frankrijk (valselijk) opgemaakt en/of (valselijk) laten
opmaken en/of ondertekend en/of aan verdachtes mededader(s) afgegeven en/of
laten (af)geven en/of
-een (huwelijks)dossier, met onder meer voornoemde (valse/vervalste) documenten
bij de gemeente Tours ingediend en/of laten indienen en/of daarmee kenbaar
gemaakt dat een man genaamd of zich noemende [naam 1] en/of die
[verdachte] voornemens waren met elkaar te trouwen en/of (daarbij) een paspoort
(op naam van die [verdachte]) overlegd en/of getoond en/of een of meer documenten
ondertekend en/of (aldus) met die [naam 1] in ondertrouw gegaan en/of
-(op 17 augustus 2013) in de gemeente Tours een (schijn)huwelijk aangegaan
en/of laten sluiten tussen verdachte en een man genaamd of zich noemende
[naam 1] en/of
-(aldus) een of meer handeling(en) verricht teneinde een man genaamd of zich
noemende [naam 1] een legaal verblijf in Frankrijk te verschaffen
en/of de toegang tot en/of het verblijf in Frankrijk van die [naam 1]
georganiseerd en/of gefaciliteerd.

3.De vordering van de officier van justitie

De officier van justitie heeft gevorderd verdachte vrij te spreken van het behulpzaam zijn bij het verschaffen van toegang tot Frankrijk en te veroordelen ter zake het uit winstbejag behulpzaam zijn bij het verschaffen van verblijf in Frankrijk tot een werkstraf voor de duur van 200 uur subsidiair 100 dagen hechtenis.

4.De voorvragen

De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig is, dat zij bevoegd is tot kennisneming van deze zaak, dat de officier van justitie ontvankelijk is in de vervolging en dat er geen redenen zijn voor schorsing van de vervolging.

5.De beoordeling van het bewijs

Deze paragraaf bevat het oordeel van de rechtbank over de vraag of het tenlastegelegde feit bewezenverklaard kan worden of dat daarvan moet worden vrijgesproken. In het geval de rechtbank tot een bewezenverklaring komt, steunt de beslissing dat verdachte het feit heeft begaan op de inhoud van bewijsmiddelen die als bijlage aan het vonnis zijn gehecht en daarvan op die wijze deel uitmaken. Deze bewijsmiddelen bevatten dan de redengevende feiten en omstandigheden op grond waarvan de rechtbank de overtuiging heeft gekregen dat verdachte het tenlastegelegde heeft begaan.
5.1
De standpunten van de officier van justitie en de verdediging
De officier van justitie heeft gevorderd verdachte vrij te spreken van het behulpzaam zijn bij het verschaffen van toegang tot Frankrijk en te veroordelen ter zake het uit winstbejag behulpzaam zijn bij het verschaffen van verblijf in Frankrijk.
De verdediging heeft verzocht verdachte vrij te spreken van het behulpzaam zijn bij het verschaffen van toegang tot Frankrijk omdat [naam 1] reeds in Frankrijk verbleef. De verdediging heeft voorts verzocht verdachte te ontslaan van alle rechtsvervolging nu sprake is van vrijwillige terugtred.
5.2
De bewijsoverwegingen van de rechtbank
De rechtbank is van oordeel dat verdachte allereerst vrijgesproken dient te worden van het behulpzaam zijn bij het verschaffen van toegang tot Frankrijk, nu [naam 1] reeds in Frankrijk verbleef ten tijde van de verweten gedragingen.
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat verdachte voorwaardelijk opzet heeft gehad op het sluiten van het schijnhuwelijk, doordat verdachte documenten heeft afgegeven. De rechtbank is van oordeel dat het vaststaat dat verdachte niet is getrouwd, maar dat iemand anders op haar naam is getrouwd. Naar het oordeel van de rechtbank ontbreekt bij verdachte het opzet op die handeling. Gelet hierop zal verdachte van dit gedachtestreepje worden vrijgesproken.
De rechtbank acht gelet op de bewijsmiddelen, waaronder de verklaringen van verdachte, wettig en overtuigend bewezen dat verdachte uit winstbejag [naam 1] behulpzaam is geweest bij het zich verschaffen van verblijf in Frankrijk. De rechtbank is van oordeel dat sprake is van een voltooid delict, nu verdachte door een uittreksel uit de gemeentelijke basisadministratie op te vragen en af te geven aan haar mededaders en door een document op te halen bij de Nederlandse Ambassade in Parijs en af te geven aan haar mededaders, het verblijf in Frankrijk van [naam 1] heeft bevorderd of gemakkelijk gemaakt en dat zij aldus [naam 1] behulpzaam is geweest bij het zich verschaffen van verblijf in Frankrijk in de zin van artikel 197a Sr. Dat verdachte uiteindelijk niet aanwezig is geweest bij de huwelijksvoltrekking maakt vorenstaande niet anders. Voor de bewezenverklaring is evenmin is van belang dat die [naam 1] op grond van het schijnhuwelijk een verblijfsvergunning heeft aangevraagd en gekregen. Het behulpzaam zijn is voltooid zodra verdachte enige handeling verricht waardoor de mogelijkheden tot illegaal verblijf worden verruimd. Gelet hierop behoeft het verweer van de raadsman dat ziet op een vrijwillige terugtred geen nadere bespreking meer.
De rechtbank is van oordeel dat het wettig en overtuigend bewezen is dat verdachte heeft gehandeld uit winstbejag, nu verdachte ter terechtzitting heeft verklaard dat zij 500 euro heeft gekregen en dat zij geholpen zou worden met onder meer huisvesting in Frankrijk teneinde zich daar te kunnen vestigen.
5.3
De conclusie
De rechtbank is door de inhoud van de wettige bewijsmiddelen tot de overtuiging gekomen, dat de verdachte het tenlastegelegde heeft begaan, met dien verstande dat:
zij in de periode van 13 juni 2013 tot en met 31 augustus 2013, te Rotterdam en in Frankrijk,
tezamen en in vereniging met anderen, een ander, te weten een man genaamd of zich noemende [naam 1] (geboren op [geboortedatum 2] 1977 te Nigeria),
-uit winstbejag behulpzaam is geweest bij het zich verschaffen van verblijf in
Frankrijk, en hem daartoe gelegenheid, middelen of inlichtingen heeft verschaft, terwijl verdachte en haar mededaders wisten dat dat verblijf wederrechtelijk was, immers hebben/zijn verdachte en haar mededaders:
-contact gehad en onderhouden met en instructies ontvangen van en afspraken gemaakt met verdachtes mededaders en met een - onrechtmatig in Frankrijk wonende/verblijvende - man genaamd of zich noemende [naam 1], over de organisatie en het sluiten van een zogenaamd schijnhuwelijk tussen die [naam 1] en verdachte (zijnde [verdachte]) en
-een uittreksel uit de gemeentelijke basisadministratie van de gemeente Rotterdam (op naam van verdachte) opgevraagd en afgehaald en aan verdachtes mededader(s) afgegeven en
-met verdachtes mededaders en met een man genaamd of zich noemende [naam 1] besproken/afgesproken dat zij (verdachte) in Frankrijk een schijnhuwelijk zou aangaan met een man genaamd of zich noemende [naam 1] en daarvoor een bepaald geldbedrag zou ontvangen en
-(meermalen) al dan niet met verdachtes mededader(s) naar Parijs afgereisd en in Parijs verbleven en naar de Nederlandse Ambassade in Parijs gegaan en (aldaar) een uittreksel uit de gemeentelijke basisadministratie van de gemeente Rotterdam (op naam van verdachte) afgegeven en (vervolgens) een zogenaamde "Certificat de Coutume pour le mariage"
aangevraagd en afgehaald en afgegeven aan verdachtes mededader(s) en documenten ondertekend en
-een zogenaamde "Attestation sur l'honneur" en "Attestation de célibat" en een factuur voor een telefoonabonnement, (alle) op naam van [verdachte] en (alle) bedoeld als bewijs van inschrijving/huisvesting van die [verdachte] in Frankrijk (valselijk) opgemaakt en/of (valselijk) laten opmaken en/of ondertekend en aan verdachtes mededader(s) afgegeven en/of
laten (af)geven en
-een (huwelijks)dossier, met onder meer voornoemde (valse/vervalste) documenten bij de gemeente Tours ingediend en/of laten indienen en daarmee kenbaar gemaakt dat een man genaamd of zich noemende [naam 1] en die [verdachte] voornemens waren met elkaar te trouwen en (daarbij) een paspoort (op naam van die [verdachte]) overlegd en/of getoond en een of meer documenten ondertekend en (aldus) met die [naam 1] in ondertrouw gegaan en
-(aldus) een of meer handeling(en) verricht teneinde een man genaamd of zich noemende [naam 1] een legaal verblijf in Frankrijk te verschaffen en het verblijf in Frankrijk van die [naam 1] georganiseerd en gefaciliteerd.
De rechtbank heeft de eventueel in de tenlastelegging voorkomende schrijffouten verbeterd in de bewezenverklaring. Verdachte wordt hierdoor niet in zijn verdediging geschaad.
De rechtbank acht niet bewezen wat aan de verdachte meer of anders is tenlastegelegd, zodat zij haar daarvan zal vrijspreken.

6.De strafbaarheid van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde is strafbaar gesteld bij artikel 197a Sr. Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het feit uitsluiten. Het bewezenverklaarde levert op:
het misdrijf: een ander uit winstbejag behulpzaam zijn bij het zich verschaffen van verblijf in Nederland, een andere lidstaat van de Europese Unie, IJsland, Noorwegen of een staat die is toegetreden tot het op 15 november 2000 te New York totstandgekomen Protocol tegen de smokkel van migranten over land, over de zee en in de lucht, tot aanvulling van het op 15 november 2000 te New York totstandgekomen Verdrag tegen transnationale georganiseerde misdaad, of hem daartoe gelegenheid, middelen of inlichtingen verschaffen, terwijl hij weet of ernstige reden heeft te vermoeden dat dat verblijf wederrechtelijk is, terwijl het feit in vereniging wordt begaan door meerdere personen.

7.De strafbaarheid van de verdachte

Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluiten. De rechtbank oordeelt daarom dat verdachte strafbaar is voor het bewezenverklaarde feit.

8.De op te leggen straf of maatregel

8.1
De gronden voor een straf of maatregel
Bij de strafoplegging houdt de rechtbank rekening met de aard en de ernst van het gepleegde feit, de omstandigheden waaronder dit is begaan en de persoon van de verdachte zoals die uit het dossier en tijdens de behandeling ter terechtzitting naar voren zijn gekomen. Ook neemt de rechtbank de volgende factoren in aanmerking.
De verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan mensensmokkel door het verblijf van [naam 1] in Frankrijk te vergemakkelijken. Verdachte heeft daarmee het overheidsbeleid dat wordt gevoerd in de landen die behoren tot de Europese Economische Ruimte, waaronder Nederland en Frankrijk, doorkruist. Het belang van strafbaarstelling van hulp bij illegaal verblijf is daarin gelegen, dat op het grondgebied van een staat alleen mensen verblijven die daartoe gerechtigd zijn.
De rechtbank heeft ten voordele van verdachte rekening gehouden met de omstandigheden dat verdachte vanaf het begin openheid van zaken heeft gegeven en dat zij zich voor het sluiten van het huwelijk heeft teruggetrokken. Zij heeft daarmee aangetoond de strafwaardigheid van haar gedrag in te zien.
De rechtbank is - alles overwegende - van oordeel dat een taakstraf van na te noemen duur een passende en geboden reactie vormt.

9.De toegepaste wettelijke voorschriften

De hierna te nemen beslissing berust op de hiervoor genoemde wetsartikelen. Daarnaast berust deze beslissing op de artikelen 22c, 22d en 27 Sr.

10.De beslissing

De rechtbank:
vrijspraak/bewezenverklaring
  • verklaart bewezen, dat verdachte het tenlastegelegde heeft begaan, zoals hierboven omschreven;
  • verklaart niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is tenlastegelegd en spreekt haar daarvan vrij;
strafbaarheid
  • verklaart het bewezenverklaarde strafbaar;
  • verklaart dat het bewezenverklaarde het volgende strafbare feit oplevert:
  • verklaart verdachte strafbaar voor het bewezenverklaarde;
straf
  • veroordeelt verdachte tot een
  • beveelt, voor het geval dat de veroordeelde de taakstraf niet naar behoren verricht, dat
  • beveelt dat de tijd die de veroordeelde vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering heeft doorgebracht, bij de uitvoering van de taakstraf in mindering wordt gebracht, waarbij als maatstaf geldt dat voor de eerste 60 in verzekering of voorlopige hechtenis doorgebrachte dagen, twee uren en voor de resterende dagen één uur per dag aftrek plaatsvindt.
Dit vonnis is gewezen door mr. R.P. van Eerde, voorzitter, mr. S.M.M. Bordenga en mr. B.T.C. Jordaans, rechters, in tegenwoordigheid van mr. C.C. van Druten, griffier, en is in het openbaar uitgesproken op 22 december 2014.
Bijlage bewijsmiddelen
Leeswijzer
Deze bijlage maakt deel uit van het vonnis en bevat de bewijsmiddelen.
Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpagina’s, zijn dit bladzijden uit het dossier van de Koninklijke Marechaussee met onderzoeksnummer 27QRVALB06, onderzoek Valburg. Tenzij hieronder anders wordt vermeld, wordt steeds verwezen naar bladzijden van een in de wettelijke vorm, door daartoe bevoegde personen, opgemaakt proces-verbaal.
1.Het proces-verbaal van bevindingen betreffende ontvangen documenten huwelijk [verdachte], inhoudende, zakelijk weergegeven [1] :
Op 7 november 2013 werden, aan mij verbalisant, diverse schriftelijke bescheiden van een
huwelijksdossier van de gemeente Tours te Frankrijk verstrekt door de Assistente Politie Attaché [naam 2] van de Nederlandse Ambassade te Parijs (Frankrijk).
Het betrof het huwelijksdossier van Mevrouw [verdachte] en Meneer [naam 1].
In het huwelijksdossier bevonden zich diverse documenten op naam van Mevrouw [verdachte] en Meneer [naam 1]. Waaronder onder andere geboorteaktes en consulaire verklaringen die nodig zijn om een huwelijk af te sluiten.
Ook was een ondertekende erewoord verklaring aanwezig waarin werd verklaard dat Mevrouw [verdachte] en Meneer [naam 1] sinds januari 2012 woonachtig waren op het adres [adres] Tours.
Rekening van het telefoonbedrijf Numericable, met tenaamstelling Mr [naam 1], [adres] Tours.
2.Het proces-verbaal van verhoor verdachte d.d. [geboortedatum 1] 2013 te 09:55 uur, inhoudende, zakelijk weergegeven [2] :
0: Gisteren hebben we met je gesproken over [naam 3] en [naam 4]. [naam 4] zou je helpen met het zoeken van een appartement voor jou en je kind in Frankrijk.
V: Wat kun je hier verder over verklaren?
A: De eerste keer ging ik daar heen, dit was eind juni 2013. (…)
V: Wanneer was je de tweede keer in Tours?
A: De tweede keer was denk ik de tweede week van juli 2013. (…)
V: Heb je [naam 4] toen ook gesproken?
A: (…) Ik vertelde [naam 4] dat ik het heel leuk vind in Frankrijk. [naam 4] legde me toen
uit dat alles heel snel gaat in Frankrijk om een appartement te krijgen en je krijgt veel geld voor je kind. Hij vertelde ook over het bedrijf van hem in Londen. Hij zei dat hij mij kon helpen. Hij vertelde ook dat hij soms slechte dingen doet. (…) Tijdens dit gesprek zei hij ook dat hij alles kon regelen maar dat ik dan een kopie van mijn paspoort moest meenemen.
V: Wat bedoelde hij met “alles regelen”?
A: Voor een appartement en school. (…)
V: Wanneer was de derde keer dat je naar Tours ging?
A: De derde keer was denk ik eind juli 2013.
V: En toen?
A: Ik ging met mijn kopie van mijn paspoort, die ik gemaakt had bij YAR internetcafé in
Rotterdam, naar Frankrijk.(…)
V: Wie haalde jou op in Parijs.
A: [naam 4] en [naam 5]. (…)
A: Ze stonden op mij te wachten, daarna gingen we naar de parkeergarage. In de garage stond de grijze audi en gingen we naar de Nederlandse ambassade. Dit was in Parijs. (…) Ik
gaf daar mijn kopie van mijn paspoort aan [naam 4]. [naam 4] stopte dit in het dashboardkastje. [naam 5] en [naam 4] bleven in de auto. Ik ging alleen de ambassade in. Hier heb ik een Courton dé mariagé gehaald. Toen kwam ik naar buiten en heb dit aan [naam 4] gegeven. [naam 4] heeft dit document bekeken en zei dat het goed was en stopte dit daarna
bij mijn kopie van het paspoort in het dashboardkastje van de auto.
V: Wat heb je in de ambassade gedaan?
A: Ik heb gezegd dat ik de Courton dé mariagé nodig had. Ik moest mijn paspoort laten zien. (…)
A: De volgende dag ging ik naar een plekje waar ik ging tekenen. Dit was in Tours. Er stond een bushalte bij dat plekje, ik zag dat er bussen reden met N34 ofzo.
V: Met wie was je daar?
A: Ik was daar met [naam 4].
V: Wat heb je getekend?
A: [naam 4] vertelde me dat het was om heel snel school te krijgen.
V: Hoe vaak heb je dit ondertekend?
A: Eén keer.
V: Wie waren er aanwezig?
A: Een vrouw die daar werkte en Frans praatte en [naam 4] en ik. [naam 4] en de vrouw
waren in gesprek. (…) Na een hele tijd ging de mevrouw een formulier printen en dit ging ik
tekenen. (…)
A: (…) de volgende dag ben ik terug gegaan naar Nederland. (…)
A: [naam 4] heeft me begin augustus 2013 gebeld en dat ik een appartement had gekregen, alleen kon hij het niet aannemen voor mij omdat hij mijn paspoort nodig had. (…)
A: (…) toen ging ik twee weken daarna, eind augustus, mijn identiteitskaart geven. Ik
ging toen weer naar Frankrijk. (…)
A: Toen we terug waren bij de auto heb ik mijn ID gegeven en die heeft [naam 4] in zijn
dashboardkastje gedaan. (…)
(…) 0: Wij tonen verdachte een kopie van een uittreksel uit de basisadministratie van de gemeente Rotterdam, op naam van verdachte en afgegeven op 29 juli 2013.
(…) V: Wat kun je hierover verklaren?
A: Deze heb ik bij de gemeente opgehaald. (…)
0: Wij tonen verdachte een kopie van een Attestation de Célibat ou de non re remariage op naam van verdachte en getekend op 31 juli 2013. (…) V:Wat kun je hierover verklaren?
A: Ik zie mijn naam en mijn handtekening en hetzelfde adres als op de andere formulieren.
3.Het proces-verbaal van verhoor verdachte d.d. 15 november 2013 te 09:35 uur, inhoudende, zakelijk weergegeven [3] :
V: Welke van de documenten die we gisteren aan je hebben laten zien heb je ondertekend?
A: Eentje heb ik getekend.
V: Welke?
A: Eén van de documenten waar gisteren mijn handtekening op stond. Er waren twee papiertjes en één heb ik getekend maar toen wilde ik niet meer. Ik denk dat het de Attestation sur l’honneur was. Die heb ik ondertekend, voor het trouwen.
V: Wie heeft dit formulier ingevuld?
A: [naam 4], ik moest alleen tekenen.
V: Wat is nu het hele verhaal?
A: Toen we op het punt stonden om te trouwen ben ik niet gegaan.
(…)
A: [naam 4] vroeg aan mij of ik wilde trouwen. Ik zei toen ja. Hij ging toen met mij naar heel veel plekken en zo, daar moest ik heel veel dingen tekenen van hem.
(…)
A: Hij ging heel veel dingen knippen en hij ging mijn document scannen en mijn naam erop schrijven en de naam van [naam 1]. Hij was heel veel aan het knippen en plakken. (…)
A: We gingen toen met alle papieren naar een plaats waar ik moest zitten en een formulier moest tekenen, deze plaats was in Parijs. Deze plaats had goede controle, ik moest mijn spullen in een bakje doen en dan door een scanner lopen. [naam 4] deed op alle plaatsen alsof hij [naam 1] was. Hij kwam met een klein papiertje dat ik moest tekenen en gaf het daarna aan een vrouw die daar werkte en toen gingen we weer weg. Daarna moest ik
nog meer papieren tekenen in Tours, we gingen ook naar een plek dat op een ziekenhuis leek en daar hebben we iets getekend voor een pasje te krijgen, zodat de overheid betaalde. (…)
[naam 3] zei toen dat [naam 6] voor mij in de plaats kon trouwen en ik ben toen blijven wachten, terwijl [naam 1] en [naam 6] trouwden. Ze kwamen toen naar buiten en [naam 4] zei dat ik
getrouwd was met [naam 1]. (…)
0: [naam 7] zegt ook dat jij geld krijgt van [naam 1]. V: Hoe zit dat dan?
A: Hij vraagt altijd of ik geld nodig heb, [naam 4] doet dat ook. (…)
4.Het proces-verbaal ter terechtzitting d.d. 8 december 2014, inhoudende de verklaring van verdachte, zakelijk weergegeven [4] :
Meneer [naam 4] zou me gaan helpen om in Frankrijk te gaan wonen. Ik moest een uittreksel uit de gemeentelijke basisadministratie halen bij de gemeente en die moest ik aan hem geven. We gingen naar de Nederlandse Ambassade in Paris Nord. Ik kreeg een papiertje met mijn naam erop. (…) Ik kende [naam 4] via zijn vrouw. (…) Die vrouw zei dat ik in Frankrijk snel een huis zou krijgen en veel geld voor mijn kind zou krijgen. (…) Ik ging naar Frankrijk. Op de trouwdag zag ik die man voor het eerst waar ik mee zou trouwen. (…) Ik kreeg een envelop met 500 euro en hij zette mij op de bus naar Rotterdam. (…)

Voetnoten

1.Pagina 3460-3461 met bijlagen
2.Pagina 3506-3518
3.Pagina 3530-3540
4.Het proces-verbaal ter terechtzitting d.d. 8 december 2014