Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
[eiser],
verder te noemen [eiser],
2. [gedaagde],wonende te [woonplaats 2],
verder te noemen Inferno c.s.,
Het procesverloop
Op 21 januari 2015 is desgevraagd zijdens [eiser] medegedeeld dat de Franse getuige op de bepaalde datum niet beschikbaar was en is zijdens [eiser] verzocht de zaak eind februari voor dagbepaling op de rol te zetten.
Na gemaakt bezwaar tegen deze gang van zaken vanwege Inferno is door de rechtbank bepaald, dat [eiser] een laatste kans kreeg tot het horen van de nog op te geven getuige, waartoe ter rolle van 11 februari 2015 dagbepaling voor verhoor te houden vóór 15 april 2015 diende plaats te vinden aan de hand van tijdig voordien op te geven verhinderdata en naam van die getuige.
Echter eerst op 12 februari 2015 liet [eiser] weten dat hem die week pas gebleken was, dat de betrokken getuige ([R]) overleden was en het beoogde verhoor geen doorgang kon vinden.
Het verzoek van [eiser] om nog een aanhouding te verkrijgen van vier weken om nog andere potentiele getuigen te gaan benaderen, is na bezwaar van Inferno afgewezen.
Wel is [eiser] vervolgens op diens verzoek de gelegenheid geboden om ter rolle van 11 maart 2015 bij akte na tussenvonnis (anderszins) aan zijn bewijsopdracht te voldoen.
Van die gelegenheid heeft [eiser] echter geen gebruik gemaakt en vervolgens op 11 maart 2015 aan de rechtbank verzocht vonnis te wijzen.
De verdere beoordeling van het geschil en de gronden van de beslissing
De stelling van [eiser] dat hij tijdens de tweede start aarzelde en –naar de rechtbank begrijpt- eigenlijk die start ook wilde afbreken, maar instructeur [gedaagde] dat door fysiek ingrijpen heeft verhinderd en hem –letterlijk dan wel figuurlijk- “over de rand heeft geduwd”.
Evenmin is instructeur [gedaagde] in dat kader enig onrechtmatig handelen en/of nalaten ten opzichte van [eiser] te verwijten, dat aanleiding zou kunnen geven tot enige vorm van toewijzing van diens vordering.
5. De vordering van [eiser] tegen Inferno en/of [gedaagde] zullen worden afgewezen en [eiser] zal als in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld.