ECLI:NL:RBOVE:2015:1726
Rechtbank Overijssel
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Weigering van planschadevergoeding voor het oprichten van windmolens in de gemeente Noordoostpolder
In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Overijssel, hebben eisers, N. Knoppers h.o.d.n. Knoppers Windstroom en Knoppers Exploitatie BV, een beroep ingesteld tegen de weigering van het college van burgemeester en wethouders van Noordoostpolder om hen een tegemoetkoming in planschade te verlenen. De aanvraag werd afgewezen op 2 november 2010, en het daartegen gemaakte bezwaar werd op 10 mei 2011 ongegrond verklaard. De rechtbank heeft eerder, in een tussenuitspraak van 20 december 2011, verweerder de gelegenheid gegeven om het bestreden besluit te herstellen of een nieuw besluit te nemen. Verweerder heeft op 14 februari 2012 een aanvullend besluit genomen, maar eisers hebben hun beroep niet ingetrokken, ondanks gesprekken over een minnelijke oplossing.
De behandeling ter zitting vond plaats op 17 maart 2015, waarbij eisers werden vertegenwoordigd door hun gemachtigde en een deskundige. De rechtbank heeft vastgesteld dat de zaak oorspronkelijk bij de rechtbank Zwolle-Lelystad was ingediend, maar door herstructurering van de rechtbanken is de zaak overgenomen door de rechtbank Oost-Nederland, die later is gesplitst in de rechtbank Gelderland en de rechtbank Overijssel. Partijen hebben geen bezwaar gemaakt tegen de behandeling door de rechtbank Overijssel.
Eisers hebben gesteld dat zij planschade hebben geleden door het niet meer kunnen oprichten van windturbines op hun percelen, als gevolg van een wijziging in het bestemmingsplan. Verweerder heeft zich gebaseerd op een advies van de SAOZ, waaruit blijkt dat er geen sprake is van planologisch nadeel. De rechtbank heeft geoordeeld dat verweerder het advies van de SAOZ mocht volgen en dat de beroepsgronden van eisers niet slagen. De rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard, wat betekent dat de weigering van de planschadevergoeding standhoudt.