ECLI:NL:RBOVE:2015:3241
Rechtbank Overijssel
- Kort geding
- M.H. van Rhijn
- Rechtspraak.nl
Afwijzing vorderingen in kort geding wegens verkeerde partij gedagvaard
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Overijssel op 3 juli 2015 uitspraak gedaan in een kort geding tussen [eiseres] en Alvast B.V. [Eiseres] had Alvast gedagvaard, maar de rechter oordeelde dat [eiseres] de verkeerde partij had aangesproken. De vorderingen van [eiseres] om toegang te verkrijgen tot de door haar gehuurde woonruimte werden afgewezen. De rechter stelde vast dat Alvast B.V. handelde als gevolmachtigde van de eigenaar van het pand en dat de rechtsgevolgen van de bruikleenovereenkomst niet voor Alvast, maar voor de eigenaar van het pand waren ingetreden. Hierdoor kon [eiseres] geen vordering instellen tegen Alvast, maar alleen tegen de eigenaar van het pand. De rechter oordeelde dat het voor [eiseres] duidelijk had moeten zijn in welke hoedanigheid Alvast handelde, en dat zij had moeten nagaan wie de eigenaar van het pand was. De vordering werd afgewezen en [eiseres] werd veroordeeld in de kosten van het geding. Alvast werd in de reconventionele vordering ook in het ongelijk gesteld en veroordeeld in de kosten van het geding.