1.
hij op of omstreeks 07 maart 2015 te Enschede met het oogmerk van
wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen (uit een woning
[adres 2] ) een handtas met inhoud (o.m. identiteitspapieren en/of
een mobiele telefoon (Nokia 6300) en/of een bankpas (ING) en/of een
portemonnee met inhoud en/of een verzekeringspas en/of een agenda en/of
sleutels en/of een fotocamera (Nikon Cool Pix P300) en/of een E-reader en/of
een mobiele telefoon (Iphone Gs3), in elk geval enig goed, geheel of ten dele
toebehorende aan [slachtoffer 1] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan
verdachte, waarbij verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf
heeft verschaft en/of dat/die voornoemde goed(eren) onder zijn bereik heeft
gebracht door middel van braak, verbreking en/of inklimming en/of welke
diefstal werd voorafgegaan en/of vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of
bedreiging met geweld tegen [slachtoffer 1] , gepleegd met het oogmerk om die
diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping
op heterdaad aan zichzelf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit
van het gestolene te verzekeren, welk geweld en/of welke bedreiging met geweld
hierin bestond(en) dat verdachte (met hoofdbedekkende kleding) (meermalen)
(dreigend) heeft gezegd dat hij geld en/of sieraden wilde en/of dat hij de
pincode wilde en/of dat voornoemde [slachtoffer 1] niet naar het gezicht van verdachte
mocht kijken en/of voornoemde handtas met inhoud niet mocht afpakken, omdat
hij een pistool bij zich zou hebben;