Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
1.De procedure
3.De wrakingsverzoeken
4.Het standpunt van mrs. Van Vuure, Versteeg en Meijer
5.De beoordeling
dat de inbeslaggenomen documenten en gegevens in afwachting van de beslissing van de raadkamer op het in te dienen bezwaarschrift niet ter beschikking zullen komen van de politie en het Openbaar Ministerie, maar dat deze zolang op zijn kabinet in een kluis zullen worden bewaard”. Dat [verbalisant 1] volgens mr. Van Vuure niet betrokken is bij het politieteam dat het strafrechtelijk onderzoek verricht, doet daar niet aan af. Daarbij betrekt de wrakingskamer dat verzoeker op 14, 22, 23 en vooral op 25 september 2015 onder verwijzing naar de relevante wettekst uitdrukkelijk aan mr. Van Vuure heeft verzocht niet tot kennisneming van de inbeslaggenomen documenten en digitale bestanden over te gaan dan nadat onherroepelijk op het klaagschrift is beslist. Daar komt bij dat mr. Van Vuure op het laatste verzoek (25 september 2015 te 17:33 uur) in het geheel niet meer heeft gereageerd, daarbij verzoeker in het ongewisse latend of hij het verzoek van de raadsman wel of niet zou honoreren. Evenmin heeft hij eigener beweging het resultaat van zijn beslissing om wel tot kennisneming over te gaan, welk resultaat is neergelegd in het proces-verbaal van 28 oktober 2015, aan verzoeker toegezonden of doen toezenden.