Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
1.Het procesverloop
2.De feiten
3.Het verzoek
4.Het verweer tevens houdend zelfstandig verzoek
5.Het verweer op het zelfstandig verzoek tevens houdend zelfstandig verzoek
6.Het verweer op het zelfstandig verzoek tevens houdend zelfstandig verzoek
7.Nadere reactie van de vrouw
8.De beoordeling
€ 191.666,-) in die woning zal € 53.667,- zijn. Daarnaast acht de rechtbank het redelijk om uit te gaan van een rendement van 2% zodat een per saldo aan de vrouw te betalen vergoeding van € 1.073,- per jaar, ofwel afgerond € 90,- per maand resteert.
€ 3.358,97. 60% hiervan bedraagt € 2.014,80 zodat minus de eigen inkomsten van de vrouw van € 580,- er een behoefte van de vrouw van € 1.434,80 resteert.
€ 3.187,33 voor beide partijen per maand. De helft is het aandeel van de vrouw minus haar eigen netto inkomen van € 580,- zodat een netto behoefte van € 1.013,- per maand voor de vrouw resteert.
€ 1.610,- netto per maand.
€ 90,- per maand. De resterende behoefte voor een bijdrage in de kosten van haar levensonderhoud bedraagt voor deze periode € 887,- (€ 2.140 - € 1.163 - € 90) netto per maand, ofwel € 1.908,- bruto per maand.
€ 4.651,18 bruto per maand, zodat de rechtbank hierbij aan zal sluiten.
€ 114,86).
9.De beslissing
€ 1.627,- (zestienhonderd en zeventwintig EURO)per maand aan de vrouw voldoet als bijdrage in de kosten van het levensonderhoud, telkens bij vooruitbetaling te voldoen;