Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[eiser 1] en [eiser 2] te Nijverdal, eisers,
het college van burgemeester en wethouders van Hellendoorn, verweerder.
Procesverloop
Overwegingen
.
Rechtbank Overijssel
In deze zaak hebben eisers, [eiser 1] en [eiser 2], een aanvraag ingediend voor een bijstandsuitkering op grond van de Participatiewet (Pw). De aanvraag is door het college van burgemeester en wethouders van Hellendoorn op 27 maart 2015 buiten behandeling gesteld, omdat de gevraagde gegevens niet tijdig waren aangeleverd. Eisers hebben bezwaar gemaakt tegen deze beslissing, maar het college heeft het bezwaar ongegrond verklaard. Hierop hebben eisers beroep ingesteld bij de rechtbank Overijssel.
De rechtbank heeft op 7 december 2015 de zaak behandeld. Tijdens de zitting is eiseres [eiser 2] verschenen, bijgestaan door een gemachtigde. De vertegenwoordigers van verweerder, I. ter Avest en M. Eggink, waren ook aanwezig. De rechtbank heeft overwogen dat de gemeente eisers op goede gronden heeft verzocht om aanvullende gegevens, die noodzakelijk waren voor de beoordeling van de aanvraag. Eisers hebben echter niet tijdig de gevraagde gegevens aangeleverd, ondanks dat zij twee keer een hersteltermijn hebben gekregen.
De rechtbank concludeert dat de gemeente bevoegd was om de aanvraag buiten behandeling te stellen op basis van artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De rechtbank oordeelt dat de gedragslijn van de gemeente om aanvragen buiten behandeling te stellen indien de gevraagde gegevens na de gestelde termijn worden aangeleverd, niet onredelijk is. Het beroep van eisers wordt ongegrond verklaard, en er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door mr. A. Oosterveld, rechter, en is openbaar uitgesproken.