ECLI:NL:RBOVE:2016:1775

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
21 april 2016
Publicatiedatum
24 mei 2016
Zaaknummer
C/08/180670 ES RK 15-4469
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek tot herstel van beschikking inzake verdeling huwelijksgoederen-gemeenschap

In deze zaak heeft de Rechtbank Overijssel op 21 april 2016 uitspraak gedaan in een verzoek tot herstel van een eerdere beschikking van 8 maart 2016. Het verzoek tot herstel werd ingediend door de advocaat van de vrouw, mr. L.J.A. Eshuis-Nijmeijer, die stelde dat de eerdere beschikking onjuist was, omdat daarin werd vermeld dat partijen overeenstemming hadden bereikt over de verdeling van de huwelijksgoederen-gemeenschap. De man, vertegenwoordigd door zijn advocaat mr. A.J.A. Assink, stemde in met het verzoek tot herstel en gaf aan dat de weergave in de beschikking niet correct was.

De rechtbank heeft het verzoek tot herstel beoordeeld aan de hand van de relevante artikelen uit het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv). Artikel 31 Rv biedt de mogelijkheid om een beschikking te verbeteren bij kennelijke fouten, terwijl artikel 32 Rv de mogelijkheid biedt om een beschikking aan te vullen indien de rechter verzuimd heeft te beslissen over een onderdeel van het verzochte. De rechtbank oordeelde dat de eerdere beschikking correct was en dat de gang van zaken zoals weergegeven in het proces-verbaal van de zitting leidend was. De rechtbank concludeerde dat er geen sprake was van een kennelijke fout of een verzuim in de eerdere beschikking.

Uiteindelijk heeft de rechtbank het verzoek tot herstel afgewezen, waarbij zij benadrukte dat de door partijen bereikte overeenstemming correct was opgenomen in de beschikking. De uitspraak werd openbaar uitgesproken in Almelo op 21 april 2016.

Uitspraak

RECHTBANK OVERIJSSEL

Team Familierecht en Jeugdrecht
Zittingsplaats Almelo
zaaknummer: C/08/180670 ES RK 15-4469 (SL(O)
beschikking van de rechtbank Overijssel, enkelvoudige kamer voor burgerlijke zaken d.d. 21 april 2016
inzake

[verzoeker] ,

verder ook de man te noemen,
wonende te [woonplaats 1] , [adres 1] ,
verzoeker,
advocaat: mr. A.J.A. Assink,
tegen

[belanghebbende] ,

verder ook de vrouw te noemen,
wonende te [woonplaats 2] , [adres 2] ,
belanghebbende,
advocaat: mr. L.J.A. Eshuis-Nijmeijer

De feiten

De rechtbank heeft in bovenvermelde zaak op 08 maart 2016 een beschikking gegeven.

Het verzoek tot herstel

De rechtbank verwijst naar haar tussen partijen gegeven beschikking van 8 maart 2016.
Op 24 maart 2016 is ter griffie binnengekomen een brief van mr. Eshuis-Nijmeijer. In deze brief wordt verzocht de beschikking van 8 maart 2016 op grond van artikel 31 jo. artikel 32 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv) te herstellen, dan wel aan te vullen.
Gesteld wordt dat ten onrechte in de beschikking is opgenomen dat partijen ter zitting overeenstemming hebben bereikt omtrent de verdeling van de huwelijksgoederen-gemeenschap. Nu overeenstemming omtrent de wijze van verdeling ontbreekt, wordt verzocht alsnog te beslissen over de verdeling.
De wederpartij is in de gelegenheid gesteld te reageren op het verzoek. Mr. Assink heeft bij brief van 30 maart 2016, ingekomen ter griffie op 31 maart 2016 laten weten in te stemmen met het verzoek van mr. Eshuis-Nijmeijer en eveneens van mening te zijn dat hetgeen in de beschikking is opgenomen in rechtsoverweging 7.4 geen juiste weergave is.

De beoordeling van het verzoek tot herstel

De rechtbank overweegt dat op grond van artikel 31 Rv een beschikking kan worden verbeterd, wanneer deze een kennelijke rekenfout, schrijffout of andere kennelijke fout bevat, die zich voor eenvoudig herstel leent. Artikel 32 Rv geeft de mogelijkheid om een beschikking aan te vullen, indien de rechter verzuimd heeft te beslissen over een onderdeel van het verzochte.
Hetgeen in rechtsoverweging 7.4 van de beschikking is opgenomen, is conform het proces-verbaal van de zitting, dat in deze als leidend moet worden beschouwd. Dat partijen stellen dat de gang van zaken anders zou zijn geweest, doet daaraan niet af. De situatie van artikel 31 Rv is daarmee niet aan de orde. Evenmin is er sprake van een situatie waarin verzuimd is te beslissen over een onderdeel van het verzochte, nu partijen ter gelegenheid van de mondelinge behandeling hebben verzocht de door hen bereikte overeenstemming in de beschikking op te nemen en dit verzoek is gehonoreerd.

De beslissing

De rechtbank:
Wijst af het verzoek tot het verbeteren van de beschikking van de rechtbank Almelo van
8 maart 2016.
Deze beschikking is gegeven te Almelo door mr. M.H. van der Lecq, in tegenwoordigheid van J.H.A.L. Koelen-Goosink als griffier en in het openbaar uitgesproken op 21 april 2016.