Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
[A],
1.De procedure
- de dagvaarding
- de conclusie van antwoord in conventie en van eis in reconventie
- de conclusie van repliek in conventie en van antwoord in reconventie
- de conclusie van dupliek in conventie en van repliek in reconventie
- de conclusie van dupliek in reconventie.
2.De feiten
[C] . [A] is enig aandeelhouder en enig bestuurder van [E] .
2.6. Op 15 april 2007 is Hamerstaete een maatschap aangegaan met de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid De Swaen Exploitatie B.V.
(verder: De Swaen) onder de naam [D] . [F] was middellijk aandeelhouder en bestuurder van De Swaen. Zijn adviseur was mevrouw [G] .
“[…] In de loop van 2008 bleken een aantal door de groep ontwikkelde projecten minder rendabel dat verwacht. Daarnaast stagneerde de verkoop van de projecten. Als gevolg hiervan staat de liquiditeit onder grote druk.Tot op het moment van het uitbrengen van het rapport kunnen de vennootschappen nog aan hun verplichtingen voldoen, behoudens de verplichting aan één der aandeelhouders uit hoofde van een verstrekte financiering en verrichte bouwaktiviteiten. De directie verwacht de komende 12 maanden eveneens aan haar externe verplichtingen te kunnen voldoen. Derhalve wordt uitgegaan van continuïteit van de vennootschappen.Wel hebben de aandeelhouders in de groep inmiddels besloten de samenwerking af te bouwen en uiteindelijk stop te zetten.”
€ 110.417,- en een negatief vermogen van € 93.262,-. De jaarrekening van Hamerstaete over 2008 is op 3 september 2010 door de algemene vergadering van aandeelhouders (AVA) vastgesteld, en werd bij de Kamer van Koophandel gedeponeerd op 6 september 2010.
“[…] Hamerstaete B.V. is onderdeel van een groep van vennootschappen […]. Uit de voorlopige interne cijfers van de vennootschappen van 2010 en 2011 blijkt dat de vennootschappen niet meer in staat zijn om aan hun verplichtingen te voldoen. […] De directie en aandeelhouders voorzien een faillissement van DCOG Projectmanagement B.V. en daarna van Hamerstaete B.V. vanwege de verplichting die deze vennootschap heeft aan DCOG Projectmanagement B.V. welke zij niet kan voldoen.”
€ 54.301,- en een negatief eigen vermogen van € 147.563,-. De jaarrekening van Hamerstaete over 2009 is op 12 juli 2011 door de AVA vastgesteld, en werd bij de
Kamer van Koophandel gedeponeerd op 14 juli 2011.
d.d. 1 maart 2011 staat onder meer:
“De aan Hamerstaete BV toe te delen onroerende zaken zullen doorgeschoven worden naar een vennootschap van [A] .”
“De maten in [D] (resp. De Swaen Exploitatie BV en Hamerstaete BV) zijn het erover eens dat de Maatschap uiteindelijk opgeheven dient te worden. om dit te bewerkstelligen willen we de appartementen aan de Brink 7a en 7b gaan “uitruilen”. (…) In deze situatie is het zo dat De Brink 7a eigendom wordt van [E] De Brink 7b gaat naar De Swaen Exploitatie BV.”2.15. [B] , in zijn hoedanigheid van bestuurder van D’state Holding, welke vennootschap daarbij handelde als bestuurder van Hamerstaete, heeft bij schriftelijke volmacht d.d. 30 mei 2011 [A] gevolmachtigd:
“…speciaal om:1. voor en namens Hamerstaete te verschijnen bij en te tekenen de akte van verdeling, inhoudende de toedeling en levering van (…):1. het appartementsrecht (…) Brink 7a te Eibergen , (…)2. het appartementsrecht (…) Brink 7b te Eibergen , (…),aan Hamerstaete het registergoed onder 1. genoemd en aan (…) De Swaen (…) het registergoed onder 2. genoemd, zulks onder betaling van een bedrag (…)(EUR 5.000,00) door Hamerstaete aan (…) De Swaen (…) wegens door Hamerstaete genoten overbedeling, een en ander conform het door Veldhuizen Beens Van de Castel notarissen te Amersfoort opgesteld concept van de akte van verdeling (…).2. te verschijnen bij en te tekenen de akte van levering, waarbij door Hamerstaete in eigendom wordt overgedragen aan (…) [E] (…) het hiervoor onder 1.1 genoemde registergoed,3. het bedrag wegens de genoten overbedeling te betalen en daarvoor kwijting te ontvangen en de koopprijs te ontvangen en daarvoor kwijting te verlenen (…).”2.16. Op 8 juni 2011 hebben De Swaen en Hamerstaete de twee appartementen verdeeld toebedeeld zoals voormeld. Appartement A1 ( Brink 7a ) is toebedeeld aan Hamerstaete. [A] trad daarbij op namens Hamerstaete krachtens voormelde volmacht van [B] . De notariële akte luidt, voor zover hier van belang, als volgt:
“- Partijen zijn overeengekomen dat er een verdeling van navermelde onroerende zaken zal plaatsvinden;- ieder der partijen verkoopt en levert zijn onverdeelde aandeel in de onroerende zaak overeenkomstig de hierna genoemde verdeling, aan de aldaar vermelde partij;- de economische en juridische levering vindt plaats met betaling van Hamerstaete aanDe Swaen van (…) (EUR 5.000,00) wegens de door Hamerstaete genoten overbedeling; (…)A. OMSCHRIJVING ONROERENDE ZAKEN1. het appartementsrecht (…) Brink 7a te Eibergen (…);1. het appartementsrecht (…) Brink 7b te Eibergen (…).E. VERDELINGMet betrekking tot de verdeling verklaren comparanten (…) dat partijen (…) zijn overeengekomen dat wordt toegedeeld aan:A. De Swaen:Het hiervoor onder sub A.2. gemelde registergoed;B. Hamerstaete:Het hiervoor onder sub A.1. gemelde registergoed. (…)Blijkens een aan deze akte gehechte waardeverklaring, opgesteld door M.G. te Veldhuis, makelaar/taxateur onroerende zaken (…) bedraagt de waarde van het registergoed aan Brink 7a te Eibergen (…) (EUR 135.000,00).”2.17. Eveneens op 8 juni 2011 heeft Hamerstaete bij afzonderlijke notariële akte appartement A1 overgedragen aan [E] . Ook hier trad [A] op namens Hamerstaete krachtens voormelde volmacht van [B] . De akte luidt, voor zover hier van belang, als volgt:
“A. KOOPOVEREENKOMST, LEVERING, REGISTERGOEDVerkoper verkoopt hierbij aan Koper, gelijk Koper koopt van Verkoper het hierna omschreven appartementsrecht.Ter uitvoering van die koopovereenkomst levert verkoper aan koper, die bij deze aanvaardt:het appartementsrecht ( Brink 7a te Eibergen , (…) hierna te noemen: het verkochte. (…)D. KOOPPRIJSDe koopprijs bedraagt (…) (EUR 135.000,00).J. KWITANTIEDe koopsom is tussen Verkoper en Koper door schuldvergelijking als volgt voldaan:(1) in mindering op de schuld welke Verkoper heeft aan (…) D.C.O.G. Vastgoed B.V.,(2) in mindering op de schuld welke D.C.O.G. Vastgoed B.V., voornoemd, heeft aan (…) [C](3) in mindering op de schuld welke [C] , voornoemd, heeft aan koper.”
[E] , en voor zich in privé, een recht van eerste hypotheek gevestigd op appartement A1 ten behoeve van FGH Bank N.V., tot zekerheid van diverse bedragen die de bank van [E] te vorderen had of te eniger tijd mocht hebben.
3.De vordering in conventie
[E] was een onverplichte rechtshandeling. Voor die datum bestond geen op de wet of een overeenkomst berustende verplichting voor zo’n overdracht.
“Een rechtshandeling anders dan om niet […] kan wegens benadeling slechts worden vernietigd, indien ook degenen met of jegens wie de schuldenaar de rechtshandeling verrichtte, wisten of behoorden te weten dat daarvan benadeling van de schuldeisers het gevolg zou zijn.”
de schuldenaar) als [E] (
degene met of jegens wie de schuldenaar de rechtshandeling verrichtte) wisten of behoorden te weten dat door de overdracht van het appartement de schuldeisers van Hamerstaete werden benadeeld. De overdracht vond immers plaats binnen een jaar voor de faillietverklaring, en Hamerstaete had zich niet reeds voor de aanvang van die termijn tot die overdracht verplicht. Bovendien hield [E] middellijk (namelijk via [C] ) de helft van de aandelen van Hamerstaete. [A] persoonlijk hield ook diezelfde helft van de aandelen van Hamerstaete middellijk, namelijk via [E] en via [C] . En [A] persoonlijk hield 100% van de aandelen in [E] .
onder 5 sub c en d Fw, welke bepalingen luiden als volgt:
“Artikel 431. Indien de rechtshandeling waardoor de schuldeisers zijn benadeeld, is verricht binnen een jaar voor de faillietverklaring en de schuldenaar zich niet reeds voor de aanvang van die termijn daartoe had verplicht, wordt de aan het slot van artikel 42, eerste lid, eerste zin, bedoelde wetenschap, behoudens tegenbewijs, vermoed aan beide zijden te bestaan:[….]5* bij rechtshandelingen, door de schuldenaar die rechtspersoon is, verricht met of jegens een andere rechtspersoon, indien[….]c. een bestuurder (of) natuurlijk persoon […] als aandeelhouder rechtstreeks of middellijk voor ten minste de helft van het geplaatste kapitaal deelneemt in de andere;d. in beide rechtspersonen voor ten minste de helft van het geplaatste kapitaal rechtstreeks of middellijk wordt deelgenomen door dezelfde rechtspersoon, dan wel dezelfde natuurlijke persoon […].
11 maart 2011 tussen [A] , [B] en [H] staat onder meer:
“De aan Hamerstaete BV toe te delen onroerende zaken zullen doorgeschoven worden naar een vennootschap van [A] .”Ook op grond van dit overleg moet wetenschap van benadeling worden aangenomen bij zowel Hamerstaete als bij [E] en bij [A] persoonlijk.
Boek 3 BW, dat luidt als volgt:
“Tenzij anders is bepaald, kan een gevolmachtigde slechts dan als wederpartij van de volmachtgever optreden, wanneer de inhoud van de te verrichten rechtshandeling zo nauwkeurig vaststaat, dat strijd tussen beider belangen uitgesloten is.”
- om voor recht te verklaren dat de overdracht van het appartement A1, meer in het bijzonder het sluiten van de koopovereenkomst en het leveren van het registergoed, alsmede de verrekening van de koopprijs, alsmede iedere overeenkomst waarbij gefailleerde zich heeft verplicht tot verkoop en/of levering van dat appartement, rechtsgeldig door de curator is vernietigd, althans – voor zover de rechtbank van oordeel mocht zijn dat deze rechtshandelingen niet reeds door de curator zijn vernietigd – te vernietigen;
- om [E] te veroordelen om het appartement aan de curator terug te geven met inachtneming van afdeling 2 van Titel 4 van Boek 6 BW (ongedaanmaking van hetgeen zonder rechtsgrond is gepresteerd);
- om [A] c.s. hoofdelijk te veroordelen tot vergoeding aan de curator van alle door de overdracht van het appartement A1 voor de boedel ontstane schade, op te maken bij staat, en te vermeerderen met de wettelijke rente van de dag der dagvaarding tot de dag der voldoening,
- een en ander met hoofdelijke veroordeling van [A] c.s. in de proceskosten, de beslagkosten en de nakosten daaronder begrepen, met de wettelijke rente van de datum van dit vonnis tot de dag der voldoening.
4.Het verweer in conventie
4.5. Uit het hiervoor in r.o. 2.3 vermelde gespreksverslag en de in r.o. 2.4. geciteerde e-mail van [G] blijkt duidelijk dat Hamerstaete en De Swaen al in of omstreeks maart of april 2011 zijn overeengekomen om de appartementen in Eibergen te verdelen.
[E] op 8 juni 2011 geen onverplichte rechtshandeling was. Die overdracht geschiedde immers ter uitvoering van een door voormelde betrokken partijen in maart of april 2011 gesloten overeenkomst. In april is een opeisbare verbintenis ontstaan, inhoudende dat Hamerstaete zich verplichtte tot levering van appartement A1 aan [E] .
5.De beoordeling in conventie
5.5. Bij de uitvoering van de transactie kon redelijkerwijs geen misverstand ontstaan, noch over de identiteit van de over te dragen onroerende zaak (appartement A1), noch over de hoogte van de voor dat appartement door [E] te betalen koopprijs, die immers blijkens de notariële akte van toedeling (geciteerd in r.o. 2.16) was vastgesteld overeenkomstig een door een taxateur geschatte waarde van € 135.000,-.
“Verkoper verkoopt hierbij aan Koper, gelijk Koper koopt van Verkoper het hierna omschreven appartementsrecht. Ter uitvoering van die koopovereenkomst levert verkoper aan koper, die bij deze aanvaardt:het appartementsrecht ( Brink 7a te Eibergen , (…) hierna te noemen: het verkochte.”
8 juni 2011 tot stand is gekomen als de nakoming van de uit die koopovereenkomst voortvloeiende verplichting van Hamerstaete tot levering van appartement A1 aan [E] .
(1) In een verslag van een gesprek tussen [A] , [B] en [H]
d.d. 1 maart 2011 staat onder meer:
“De aan Hamerstaete BV toe te delen onroerende zaken zullen doorgeschoven worden naar een vennootschap van [A] .”(r.o. 2.13)
(2) In een e-mail van 13 april 2011 van mevrouw [G] (de adviseur van [J] , bestuurder van De Swaen) aan notaris H. Beens staat onder meer:
“De maten in [D] (resp. De Swaen Exploitatie BV en Hamerstaete BV) zijn het erover eens dat de Maatschap uiteindelijk opgeheven dient te worden. Om dit te bewerkstelligen willen we de appartementen aan de Brink 7a en 7b gaan “uitruilen”. (…) In deze situatie is het zo datDe Brink 7a eigendom wordt van [E] De Brink 7b gaat naarDe Swaen Exploitatie BV.”(r.o. 2.14) en:
(3) In de volmacht van [B] aan [A] , die reeds dateert van 30 mei 2011, dus twaalf dagen vóór de leveringsdatum 8 juni 2011(zie r.o. 2.15) is uitdrukkelijk sprake van overdracht van het appartement aan [E] en betaling van de koopprijs.
6.De vordering in reconventie
7.Het verweer in reconventie
8. De beoordeling in reconventie:
9.De beslissing
[A] c.s. tot deze uitspraak begroot op € 608,- voor verschotten (griffierecht) en op € 2.842,- voor salaris van hun advocaat (twee punten, Tarief V).