ECLI:NL:RBOVE:2016:4138

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
13 oktober 2016
Publicatiedatum
27 oktober 2016
Zaaknummer
5261975 \ HA VERZ 16-107
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzoek tot verlenging van de ontruimingstermijn van een gehuurd object

In deze zaak heeft Bella Macchina, een vennootschap onder firma gevestigd in Deventer, een verzoek ingediend tot verlenging van de ontruimingstermijn van een gehuurd object. De huurovereenkomst, die op 1 maart 2011 is ingegaan, is sindsdien automatisch verlengd. Advicus III B.V., de verwerende partij en eigenaar van het pand, heeft de huur opgezegd per 4 juli 2016, maar de kantonrechter oordeelt dat deze opzegging niet geldig was. De opzegtermijn van drie maanden was niet in acht genomen, waardoor de huurovereenkomst nog steeds van kracht is. De kantonrechter heeft vastgesteld dat Bella Macchina niet ontvankelijk kan worden verklaard in haar verzoek tot verlenging van de ontruimingstermijn, omdat er geen sprake is van een beëindigde huurovereenkomst. De proceskosten worden gecompenseerd, wat betekent dat elke partij zijn eigen kosten draagt. De beschikking is gegeven door mr. W.F. Boele op 13 oktober 2016.

Uitspraak

RECHTBANK OVERIJSSEL

Team kanton en handelsrecht
Zittingsplaats Zwolle
Zaaknummer : 5261975 \ HA VERZ 16-107
Beschikking van de kantonrechter van 13 oktober 2016
in de zaak van
de vennootschap onder firma
'BELLA MACCHINA',
gevestigd en kantoorhoudende te Deventer,
verzoekende partij, verder te noemen Bella Macchina,
verschenen bij haar vennoten [A] en [B] ,
tegen
de besloten vennootschap
ADVICUS III B.V.,
gevestigd en kantoorhoudende te Deventer,
verwerende partij, verder te noemen Advicus III,
verschenen bij haar directeur [C] .

1.De procedure

1.1.
Bella Macchina heeft een verzoekschrift ingediend ingevolge artikel 7:230a van het Burgerlijk Wetboek (BW). Het verzoekschrift is op 26 juli 2016 ontvangen.
1.2.
Advicus III heeft een verweerschrift ingediend, ontvangen op 18 augustus 2016.
1.3.
Het verzoek is behandeld op 29 september 2016 waarbij Bella Macchina is vertegenwoordigd door haar vennoten en Advicus III is vertegenwoordigd door haar directeur.

2.De feiten

2.1.
Bella Macchina exploiteert een garagebedrijf dat is gespecialiseerd in de verkoop, reparatie en restauratie van Italiaanse auto’s. Voor de opslag van auto’s en aanverwante zaken huurt zij met ingang van 1 maart 2011 circa 250 m² bedrijfsruimte in een pand aan de St. Olafstraat (1200)3 te (7411 CG) Deventer.
2.2.
In de op 17 januari 2011 door Bella Macchina en Woonbedrijf Ieder1 (destijds eigenaar van het pand) ondertekende schriftelijke huurovereenkomst is ten aanzien van de duur, verlenging en opzegging bepaald:
“Duur, verlenging en opzegging
3.1
Deze overeenkomst is aangegaan voor de duur van 6 maanden, ingaande op
1 maart 2011en lopende tot en met
31 augustus 2011.
3.2
Na het verstrijken van de in 3.1 genoemde periode wordt deze overeenkomst voortgezet voor een aansluitende periode van 3 maanden, derhalve tot en met
30 november 2011.
Deze overeenkomst wordt vervolgens voortgezet voor aansluitende perioden van telkens
3maanden.
3.3.
Beëindiging van deze overeenkomst vindt plaats door opzegging tegen het einde van een huurperiode met inachtneming van een termijn van
3 maanden.
3.4
Opzegging dient te geschieden bij deurwaardersexploot of per aangetekend schrijven.”
2.3.
Artikel 8.5 van de huurovereenkomst luidt - voor zover van belang - als volgt:
“Herontwikkeling van de locatie
  • Huurder is er mee bekend en accepteert het feit dat een te sluiten huurovereenkomst een tijdelijk karakter heeft door het feit dat het gehuurde deel uitmaakt van een gebiedsontwikkelingsplan en het object in dit kader in de toekomst gesloopt zal worden.
  • In dit kader stemt huurder op voorhand in met de definitieve beëindiging van de huurovereenkomst aan het einde van een vigerende huurtermijn indien de overeenkomst door verhuurder is opgezegd. Hierbij ziet een huurder dus af van de mogelijkheid een verzoek te doen om te komen tot verlening op basis van de ontruimingsbescherming.”
2.4.
In een door Bella Macchina op 10 december 2013 en door Woonbedrijf Ieder1 op 6 februari 2014 ondertekende allonge is vastgelegd dat Bella Macchina per 1 januari 2014 een additioneel gedeelte van het bedrijfspand huurt. Daarbij hebben Bella Macchina en Woonbedrijf Ieder1 tevens vastgelegd dat de bepalingen in de huurovereenkomst van kracht blijven voor zover daar in de allonge niet van af is geweken.
2.5.
Advicus III heeft het pand aan de St. Olafstraat (1200)3 te Deventer gekocht van Woonbedrijf Ieder1 en is sinds begin 2016 eigenaar. Eind maart 2016 is een discussie ontstaan tussen Bella Macchina en Advicus III over de door Advicus III verlangde huurverhoging.
2.6.
Bij brief van 4 april 2016 aan Bella Macchina heeft Advicus III - voor zover van belang - het volgende meegedeeld:
“Middels deze brief zeg ik de huur voor alle door u in gebruik zijnde bedrijfsruimte aan de Sint Olafstraat 3 op met inachtneming van een opzegtermijn van drie maanden. Het pand dient uiterlijk 4 juli 2016 leeg en ontruimd te worden opgeleverd.”

3.Het geschil

3.1.
Het verzoek strekt tot verlenging van de ontruimingstermijn ex artikel 7:230a BW met de duur van één jaar.
3.2.
Het verweer strekt tot afwijzing van het verzochte. Een beroep op ontruimingsbescherming is volgens Advicus III niet aan de orde omdat Bella Macchina bij het aangaan van de huurovereenkomst en bij de allonge de mogelijkheid een verzoek te doen dat is gericht op verlenging van de ontruimingstermijn, heeft prijsgegeven.

4.De beoordeling

4.1.
Vooreerst staat ter beantwoording de vraag of de huurovereenkomst op 4 juli 2016 is geëindigd.
4.2.
Uit artikel 3 van de huurovereenkomst volgt dat de huurovereenkomst, die na de eerste periode is voortgezet tot en met 30 november 2011, sindsdien telkens automatisch is voortgezet voor aansluitende perioden van telkens drie maanden. Vanaf dat moment was de huurovereenkomst opzegbaar tegen het einde van elke periode (dus tegen 28 februari, 31 mei, 31 augustus en 30 november), een en ander met inachtneming van een opzegtermijn van drie maanden. Dit betekent dat de op 4 april 2016 gedane opzegging tegen 4 juli 2016 geen geldige opzegging is geweest en geen effect sorteert en dat bijgevolg de huurovereenkomst niet per 4 juli 2016 is geëindigd. Advicus III heeft bevestigd niet alsnog te hebben opgezegd met inachtneming van de geldende termijn zodat moet worden geconcludeerd dat de huur nog niet geëindigd is en dat evenmin een tijdstip bekend is waarop dit wel het geval zal zijn.
4.3.
Het voorgaande leidt de kantonrechter tot het oordeel dat Bella Macchina niet in haar verzoek kan worden ontvangen. Van een einde van de huurovereenkomst is bij gebreke van een (geldige) opzegging immers (nog) geen sprake. Daarmee kan de vraag of Bella Macchina ontruimingsbescherming ex artikel 7:230a BW toekomt nu niet aan de orde komen.
4.4.
Vanwege de aard van de procedure zal de kantonrechter de proceskosten tussen partijen compenseren.

5.De beslissing

De kantonrechter:
5.1.
verklaart Bella Macchina niet ontvankelijk in haar verzoek,
5.2.
compenseert de kosten zodanig dat iedere partij zijn eigen kosten draagt.
Deze beschikking is gegeven door mr. W.F. Boele, kantonrechter, en in het openbaar uitgesproken op 13 oktober 2016.