In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Overijssel op 31 maart 2017 uitspraak gedaan in een verzoek tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst van een onderwijzeres, werkzaam bij de Vereniging voor Protestants Christelijk Onderwijs te Hasselt (VPCO). De werkgever, VPCO, verzocht om ontbinding op basis van wantrouwen en een verstoorde arbeidsrelatie. De kantonrechter oordeelde dat er sprake was van een duurzaam verstoorde arbeidsverhouding, die voortkwam uit een gebrek aan vertrouwen tussen de onderwijzeres en de bovenschoolse directeur. Dit wantrouwen was ontstaan na verschillende incidenten, waaronder een berisping en een negatieve e-mail van de onderwijzeres over de directeur. Ondanks pogingen tot herstel van de samenwerking, waaronder mediation, bleek de situatie onwerkbaar. De kantonrechter heeft het verzoek tot ontbinding toegewezen en de arbeidsovereenkomst ontbonden met ingang van 1 mei 2017. Tevens werd een transitievergoeding van € 23.725,06 bruto toegekend aan de onderwijzeres, omdat er geen sprake was van een regeling die deze vergoeding uitsloot. De proceskosten werden gecompenseerd, waarbij iedere partij zijn eigen kosten droeg.