Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
1.De procedure
- de dagvaarding inclusief de producties 1 tot en met 9
- productie 10 aan de zijde van eiseres
- de mondelinge behandeling
- de pleitnota van het RIBW.
2.De feiten
3.Het geschil
4.De beoordeling
816,00
Rechtbank Overijssel
In deze zaak heeft de Rechtbank Overijssel op 20 juli 2017 uitspraak gedaan in een kort geding tussen de Stichting RIBW Groep Overijssel en een gedaagde die in een woning verbleef op basis van een begeleidingsovereenkomst. De Stichting RIBW, een zorgaanbieder die ondersteuning biedt aan mensen met psychiatrische en psychosociale problemen, had de begeleidingsovereenkomst opgezegd en vorderde ontruiming van de woning. De gedaagde had geweigerd om mee te werken aan een overleg over zijn situatie en alternatieve woonruimte. De voorzieningenrechter oordeelde dat het gebruik van de woning afhankelijk was van de medewerking aan de begeleidingsovereenkomst en dat er geen huurbescherming van toepassing was. De rechter concludeerde dat de begeleidingsovereenkomst op goede gronden was beëindigd, gezien het gedrag van de gedaagde, dat leidde tot ernstige overlast en onveilige situaties. De vordering tot ontruiming werd toegewezen, met een termijn van 14 dagen voor de gedaagde om de woning te verlaten, en de gedaagde werd veroordeeld in de proceskosten.