ECLI:NL:RBOVE:2017:3750
Rechtbank Overijssel
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- M.L.J. Koopmans
- Rechtspraak.nl
Tussentijdse beëindiging van de schuldsaneringsregeling wegens schending van de sollicitatie- en inlichtingenplicht
In deze zaak heeft de Rechtbank Overijssel op 7 maart 2017 uitspraak gedaan over de tussentijdse beëindiging van de schuldsaneringsregeling van [A]. De rechtbank oordeelde dat [A] tijdens de toelatingszitting op 28 juni 2016 een onjuist beeld heeft geschetst van haar cocaïneverslaving. Ondanks haar verklaring dat zij sinds 2012 clean was, bleek uit latere informatie dat zij kort na de toelatingszitting weer cocaïne had gebruikt en dat zij in behandeling was bij Tactus. De rechter-commissaris had op 31 januari 2017 een voordracht tot beëindiging van de schuldsaneringsregeling gedaan, die op 28 februari 2017 ter zitting werd behandeld. [A] was niet verschenen, maar haar bewindvoerder en de beschermingsbewindvoerder waren wel aanwezig. Na de zitting heeft [A] een e-mail gestuurd waarin zij haar afwezigheid verklaarde door autopech. De rechtbank concludeerde dat [A] niet in staat was om aan haar verplichtingen te voldoen, mede door haar verslaving en het plegen van winkeldiefstal op 8 februari 2017. De rechtbank oordeelde dat indien de informatie over haar verslaving ten tijde van de toelatingszitting bekend was geweest, de toelating tot de schuldsaneringsregeling niet zou zijn verleend. De rechtbank heeft de schuldsaneringsregeling tussentijds beëindigd op grond van artikel 350, derde lid, onder c en f van de Faillissementswet. Tevens is het salaris van de bewindvoerder vastgesteld en is bepaald dat het restant-actief, indien aanwezig, informeel onder de schuldeisers zal worden verdeeld.