ECLI:NL:RBOVE:2017:3848
Rechtbank Overijssel
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Besluit tot tijdelijke sluiting van horecagelegenheid na beschietingen
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Overijssel op 12 oktober 2017 uitspraak gedaan in een verzoek om voorlopige voorziening van een horecagelegenheid in Enschede. De burgemeester van Enschede had op 20 september 2017 besloten om de horecagelegenheid voor een periode van drie maanden te sluiten, na beschietingen die in de nacht van 19 op 20 september hadden plaatsgevonden. De verzoeker, eigenaar van de horecagelegenheid, maakte bezwaar tegen dit sluitingsbevel en vroeg de voorzieningenrechter om een voorlopige voorziening.
Tijdens de zitting op 7 oktober 2017 is de zaak behandeld. De voorzieningenrechter oordeelde dat de burgemeester terecht had besloten tot sluiting van de horecagelegenheid, gezien de ernst van de situatie en de impact van de beschietingen op de openbare orde en veiligheid. De burgemeester had zijn besluit gebaseerd op mondelinge informatie van de politie, die later schriftelijk was bevestigd. De voorzieningenrechter concludeerde dat de burgemeester bevoegd was om het sluitingsbevel uit te vaardigen en dat er voldoende redenen waren om de sluiting noodzakelijk te achten voor de veiligheid van de buurt.
De voorzieningenrechter wees het verzoek om een voorlopige voorziening af, omdat het sluitingsbevel naar voorlopig oordeel in stand kon blijven. De rechter benadrukte dat het algemene belang van openbare orde en veiligheid zwaarder woog dan het individuele belang van de verzoeker bij voortzetting van de exploitatie van de horecagelegenheid. De uitspraak werd gedaan door mr. W.J.B. Cornelissen, in aanwezigheid van griffier R.K. Witteveen, en er stond geen rechtsmiddel open tegen deze beslissing.