Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
1.De procedure
- de dagvaarding met de producties 1 tot en met 3
- de producties 1 en 2 van [gedaagde]
- de mondelinge behandeling op 14 februari 2017
- de pleitnota van [eiser]
- de pleitnota van [gedaagde] .
2.De feiten
3.Het geschil
4.De beoordeling
volledigen naar waarheid aan te voeren, brengt naar het oordeel van de voorzieningenrechter niet alleen het benoemen van in dit geval de bij het hof lopende procedure met zich mee, maar tevens het vermelden van de afloop van de procedure in eerste aanleg. Van de voorzieningenrechter kan niet worden verlangd dat hij uit de in het verzoekschrift verstrekte informatie het wellicht voor de hand liggende, maar niet enig mogelijke verloop van de procedure afleidt. Het had dan ook op de weg van [gedaagde] gelegen om de beslagrechter te over de afloop van de procedure in eerste aanleg informeren, teneinde deze een zo volledig mogelijk beeld van de (rechts)verhouding van partijen te geven. Nu deze voor de beslissing van de beslagrechter van belang zijnde informatie door [gedaagde] is achtergehouden en zij niet aannemelijk heeft gemaakt dat de beslagrechter in het geval deze informatie wel was verstrekt evenzeer verlof tot het leggen van beslag zou hebben gegeven, zal de voorzieningenrechter de beslagen die [gedaagde] op grond van de onvoldoende onderbouwde beslagverzoeken heeft gelegd, opheffen.
816,00