Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
1.De procedure
- de dagvaarding van 15 februari 2018 met producties,
- het proces-verbaal van de mondelinge behandeling van 5 maart 2018,
Rechtbank Overijssel
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Overijssel op 20 maart 2018 uitspraak gedaan in een kort geding tussen een man en een vrouw, die in het kader van hun echtscheiding een geschil hebben over de beëindiging van een overlijdensrisicoverzekering. De man heeft de voorzieningenrechter verzocht om hem te machtigen om namens de vrouw een brief te ondertekenen voor de beëindiging van de overlijdensrisicoverzekering bij Legal & General. De vrouw had eerder verklaard mee te willen werken aan de wijziging van de verzekering, maar heeft uiteindelijk geweigerd om de benodigde documenten te ondertekenen. De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat de man voldoende aannemelijk heeft gemaakt dat hij de verzekering wil voortzetten en dat de vrouw, ondanks haar toezeggingen, niet vrijwillig meewerkt aan de wijziging. Daarom heeft de voorzieningenrechter de man gemachtigd om de brief te ondertekenen en de verzekering te beëindigen, waarbij de vrouw als verzekeringnemer wordt verwijderd. Daarnaast is de vrouw veroordeeld in de proceskosten, die zijn begroot op € 1.000,-. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.