Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
VESTEDA INVESTMENT MANAGEMENT B.V.,
gevestigd en kantoorhoudende te Maastricht,
1.[gedaagde 1] ,wonende te [woonplaats] ,
[gedaagde 2],
wonende te [woonplaats] ,
Rechtbank Overijssel
In deze zaak vordert Vesteda Investment Management B.V. hoofdelijke veroordeling van gedaagden tot betaling van een huurachterstand van € 2.974,92, vermeerderd met rente en buitengerechtelijke incassokosten. De huurovereenkomst tussen Vesteda en gedaagden is beëindigd op 27 november 2016, waarna gedaagden in gebreke zijn gebleven met de betaling van de huur. Gedaagden hebben aangevoerd dat zij bij het sluiten van de huurovereenkomst een bankgarantie hebben afgegeven ter grootte van drie maandtermijnen, maar hebben geen bewijs geleverd van het bestaan van deze bankgarantie. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de huurachterstand vaststaat en dat de vordering van Vesteda toewijsbaar is. De kantonrechter heeft geoordeeld dat het verweer van gedaagden niet kan slagen, omdat zij niet hebben aangetoond dat er daadwerkelijk een bankgarantie is afgegeven. De vordering tot betaling van de huurachterstand, inclusief wettelijke rente en buitengerechtelijke incassokosten, is toegewezen. Gedaagden zijn ook veroordeeld in de kosten van de procedure, die zijn begroot op € 930,55. Het vonnis is uitgesproken op 17 april 2018.