Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
[X],
1.De procedure
- de dagvaarding
- de mondelinge behandeling
- de vermindering van eis.
2.De beoordeling
633,00
Rechtbank Overijssel
In deze zaak, die op 14 augustus 2018 door de Rechtbank Overijssel is behandeld, heeft de voorzieningenrechter uitspraak gedaan in een kort geding tussen de stichting STICHTING EEGA PLUS en ONS WERKT B.V. De eiseres, vertegenwoordigd door advocaat mr. H. den Besten, vorderde een bedrag van € 3.304,00 op basis van een geldleningsovereenkomst die was gesloten met de gedaagde partij. De gedaagden zijn niet verschenen tijdens de mondelinge behandeling, ondanks dat er een verzoek om uitstel was gedaan, maar dit verzoek was niet schriftelijk ingediend zoals vereist. Hierdoor verleende de voorzieningenrechter verstek tegen de gedaagden.
De voorzieningenrechter oordeelde dat er voldoende spoedeisendheid was, omdat de eiseres snel over het gevorderde bedrag moest beschikken voor haar activiteiten. De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat er een geldleningsovereenkomst was voor een bedrag van € 5.000,00, waarvan twee aflossingstermijnen van € 848,00 waren voldaan. De eiseres heeft haar vordering verminderd tot € 3.304,00. De voorzieningenrechter heeft de gevorderde hoofdsom toegewezen, omdat deze niet onrechtmatig of ongegrond werd geacht.
Daarnaast werd de vordering tot vergoeding van de wettelijke handelsrente afgewezen, omdat partijen een rente van 6% per jaar waren overeengekomen. De gedaagden werden veroordeeld in de proceskosten, die op € 2.780,92 werden begroot. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en het meer of anders gevorderde werd afgewezen.