In deze zaak heeft de vennootschap onder firma B&B Fryslân een kort geding aangespannen tegen [X] met als doel de afgifte van een Renault Kangoo te vorderen. De voorzieningenrechter heeft op 16 oktober 2018 uitspraak gedaan. B&B Fryslân stelt dat zij sinds 11 september 2014 eigenaar is van de auto, die op haar naam staat geregistreerd, en dat [X] deze auto in zijn bezit heeft. [X] heeft echter aangevoerd dat er een huurkoopovereenkomst bestaat tussen hem en een voormalige vennoot van B&B Fryslân, [D], en dat hij de auto rechtmatig in gebruik heeft. De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat er geen schriftelijke huurkoopovereenkomst bestaat, zoals vereist volgens het Burgerlijk Wetboek. Hierdoor is de vordering van B&B Fryslân toegewezen, en is [X] veroordeeld tot afgifte van de auto binnen twee dagen na betekening van het vonnis. Tevens is een dwangsom opgelegd voor het geval [X] niet aan deze veroordeling voldoet. In reconventie heeft [X] een vordering ingesteld voor betaling van onderhoudskosten, maar deze is niet-ontvankelijk verklaard omdat hij niet bijgestaan werd door een advocaat. De proceskosten zijn voor rekening van [X].