ECLI:NL:RBOVE:2018:758

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
6 maart 2018
Publicatiedatum
13 maart 2018
Zaaknummer
6625695 \ CV EXPL 18-478
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing van invorderingskosten naast buitengerechtelijke kosten in civiele procedure

Op 6 maart 2018 heeft de Rechtbank Overijssel, zittingsplaats Zwolle, uitspraak gedaan in een civiele procedure tussen HMG Benelux GMBH en de commanditaire vennootschap Sportsglass C.V. HMG vorderde betaling van een bedrag van € 326,03, bestaande uit een onbetaalde factuur, wettelijke handelsrente, incassokosten en interne invorderingskosten. Sportsglass erkende de hoofdsom, maar voerde verweer tegen de invorderingskosten en extra kosten die voortvloeiden uit de dagvaarding. De kantonrechter oordeelde dat de gevorderde hoofdsom, inclusief wettelijke rente, toegewezen zou worden, maar wees de extra invorderingskosten af. De kantonrechter stelde vast dat artikel 6:96 BW geen grondslag biedt voor het naast elkaar vorderen van buitengerechtelijke incassokosten en extra invorderingskosten. Uiteindelijk werd een totaalbedrag van € 286,03 toegewezen aan HMG, en werd Sportsglass veroordeeld in de proceskosten, die op € 267,20 werden begroot. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad en het meer of anders gevorderde werd afgewezen.

Uitspraak

RECHTBANK OVERIJSSEL

Team kanton en handelsrecht
Zittingsplaats Zwolle
Zaaknummer : 6625695 \ CV EXPL 18-478
Vonnis van 6 maart 2018
in de zaak van
de vennootschap naar buitenlands recht
HMG Benelux GMBH,
gevestigd en kantoorhoudende te Zeven, Duitsland,
eisende partij, hierna te noemen HMG,
gemachtigde: mr.drs. J.J.F.M. Konings,
tegen

1.de commanditaire vennootschap Sportsglass C.V.,

gevestigd en kantoorhoudende te Zwolle,
2.
[gedaagde 2] ,
wonende te [woonplaats] ,
gedaagde partij, hierna te noemen Sportsglass,
verschenen bij gedaagde sub 2.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding
- de conclusie van antwoord.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.Het geschil

2.1.
HMG vordert - samengevat - veroordeling van Sportsglass tot betaling van een bedrag van € 326,03, bestaande uit een hoofdsom van € 203,91 wegens een onbetaalde factuur, € 25,32 wegens wettelijke handelsrente, € 56,80 wegens incassokosten inclusief btw en € 40,00 wegens interne invorderingskosten.
2.2.
Sportsglass voert verweer tegen de invorderingskosten en de extra kosten ten gevolge van het dagvaarden. Voor het overige erkent zij de vordering.
2.3.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

3.De beoordeling

3.1.
Sportsglass heeft de gevorderde hoofdsom erkend, zodat deze met inbegrip van de meegevorderde wettelijke rente zal worden toegewezen.
3.2.
HMG maakt voorts aanspraak op de vergoeding van buitengerechtelijke incassokosten. De kantonrechter stelt vast dat het Besluit vergoeding voor buitengerechtelijke incassokosten (hierna: het Besluit) van toepassing is nu het verzuim na 1 juli 2012 is ingetreden. De vergoeding van de buitengerechtelijke incassokosten is in het geval van een handelsovereenkomst zonder aanmaning verschuldigd vanaf de dag volgende op de dag waarop de wettelijke of overeengekomen uiterste dag van betaling is verstreken, zo is vastgelegd in artikel 6:96, vierde lid, BW, en bedraagt
ten minste€ 40,00. HMG hoeft niet aan te tonen dat zij daadwerkelijk incassokosten heeft gemaakt. Het gevorderde bedrag van € 56,80 inclusief btw aan buitengerechtelijke incassokosten komt overeen met het in het Besluit bepaalde tarief en zal worden toegewezen. De gevorderde (extra) invorderingskosten ad € 40,00 zullen worden afgewezen, omdat die kosten geacht worden te zijn begrepen in voornoemde buitengerechtelijke incassokosten. Anders dan HMG kennelijk betoogt, biedt artikel 6:96 BW geen grondslag voor het naast elkaar vorderen van dergelijke kosten.
3.3.
Al met al betekent dit dat een bedrag van (€ 203,91 + 25,32 + 56,80=) € 286,03 zal worden toegewezen.
3.4.
De kantonrechter zal Sportsglass als de grotendeels in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten veroordelen. Aangezien Sportsglass met de betaling van de hoofdsom, rente en buitengerechtelijke kosten in gebreke is gebleven, is HMG terecht overgegaan tot deze procedure en dient Sportsglass de daarmee gepaard gaande kosten te vergoeden. De proceskosten worden tot op heden aan de zijde van HMG begroot op € 267,20:
 € 60,00 voor salaris gemachtigde
 € 88,20 voor explootkosten
 € 119,00 voor griffierecht.

4.De beslissing

De kantonrechter
4.1.
veroordeelt Sportsglass aan HMG te betalen een bedrag van € 286,03, te
vermeerderen met de wettelijke rente over € 203,91 vanaf 8 januari 2018 tot de dag van
algehele voldoening;
4.2.
veroordeelt Sportsglass in de proceskosten, tot op heden aan de zijde van HMG begroot op € 267,20;
4.3.
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad;
4.4.
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. S.J.S. Groeneveld-Koekkoek, kantonrechter, en in het openbaar uitgesproken op 6 maart 2018.